Blad 16
Verslag van de raadsvergadering van 17 maart 1997
De heer Bilker heeft namens zijn fractie aangegeven dat het
terugdringen van de automobiliteit hier niet aan de orde
is. In die zin heeft hij gelijk, dat zegt het college ook
en ook de heer Ten Hoeve is daar op ingegaan. Het gaat ook
niet zozeer om het terugdringen van de automobiliteit ten
opzichte van de huidige situatie, maar beperking van de
groei van de automobiliteit. Met andere woorden in plaats
van 70% groei volstaan met 30% groei. Dat is misschien al
jammer genoeg, maar dan doe je in ieder geval nog wat.
Daarmee kom je wel degelijk tegemoet aan een stuk beperking
van de overlast. Ik kom daar dadelijk nog op terug.
De heer Bilker heeft aangegeven moeite te hebben met de be
trekkelijk korte busbaan. 1,9 kilometer is toch een behoor
lijk eind, kan ik hem verzekeren, zeker als je zo lang in
de file moet staan elke ochtend. De huidige berekeningen
geven aan dat de komende jaren in meer dan 80% van de ge
vallen de bus zonder eerst zelf in de file te geraken op de
busbaan kan komen. Dat betekent dus in overgrote mate dat
de bus wel degelijk ten opzichte van het gewone autoverkeer
in een voorrangspositie is en dus snel de stad kan berei
ken. Op termijn zal het wellicht nodig zijn om de busbaan
van 1,9 kilometer te verlengen richting StiensDan ben ik
bij het punt van de heer Ten Hoeve. Er wordt serieus geke
ken of dan het huidige spoortracé, om dat daar gunstige
voorwaarden voor zijn, kan aansluiten op de busbaan die wij
hopelijk gaan aanleggen, zodat dat wellicht tot kostenbe
sparing kan leiden.
De heer Bilker heeft aangegeven, zoals mevrouw Van Ulzen
dat ook naar voren heeft gebracht, dat wij hier niet te ma
ken hebben met een integrale verkeersoplossingDat is cor
rect, dat staat ook helder in de stukken. Wij hebben moeten
vaststellen, dat geldt overigens niet alleen voor de ge
meente Leeuwarden maar dat is met name ook het samenwer
kingsverband van gemeenten, provincie en rijk, dat hoe ook
de uitkomst van de integrale vervoersstudie rondom Leeuwar
den zal zijn, het zal altijd zo zijn dat een zeer groot
deel van de gebruikers richting Leeuwarden ook Leeuwarden
als einddoel heeft, met andere woorden niet gebaat is met
een weg buiten de stad om, of dat u zou willen dat mensen
vanuit het noorden niet bij het Valeriusplein op de rondweg
aanpakken, maar bijvoorbeeld bij het Europaplein dan wel
een andere plaats. Daar staat die file al evenzeer. Het
heeft dus absoluut geen zin om de mensen die in de stad
moeten zijn op een andere plek binnen te laten komen dan
ter plaatse van het Valeriusplein. In die zin heeft de dis
cussie over een noordwest-tangent niet zo gek veel invloed
op dit voorstel. Die is immers met name bedoeld om de pro
blematiek van het doorgaande, vooral ook het zakelijke,
vrachtverkeer een kans te geven. Want die bedrijven moeten,
als ze niet in Leeuwarden hoeven te zijn, altijd via het
Leeuwarder wegennet, hetgeen tien a vijftien minuten tijd
Blad 17
Verslag van de raadsvergadering van 17 maart 1997
verlies betekent. Daarvoor is met name de eventuele aanleg
van de noordwest-tangent relevant.
De belangen van de bedrijven.
Ik denk dat je niet kunt volhouden dat de bedrijven, zoals
die er nu zijn, slechter bereikbaar worden na realisatie
van deze busbaan als in de huidige situatie. Ik denk dat
dat niet aan de orde is, men wordt niet slechter bereik
baar
Toename van lawaai, heeft de heer Bilker gezegd, omdat de
oppervlakte asfalt in de breedte toeneemt. Als je kijkt
naar de geluidshinder, dan gaat het om een minimale vergro
ting, in ieder geval zodanig dat er geen wettelijke maatre
gelen getroffen hoeven te worden. Ik zou de vraag willen
voorleggen wat er gebeurt als je niets doet. Dan zou het
wel eens zo kunnen zijn dat de files een stuk langer zijn
en dat er inderdaad permanent, weliswaar niet een hogere
geluidsbelasting, maar wel een veel langere en dus ook de
stankoverlast alleen maar zal toenemen. Dat punt moet ook
in de afweging worden betrokken, denk ik.
De heer Bilker heeft een opmerking gemaakt over dat de
meerderheid van de commissie geadviseerd heeft aan de raad
om niet in te stemmen met dit voorstelWij hebben in het
college aan de orde gehad en geconstateerd dat weliswaar
het aantal aanwezige leden voor wat betreft de tegenstem
mers groter was als degenen die positief wensten te advise
ren, maar wij hebben gekeken naar welke fracties zij verte
genwoordigden en toen bleek er een substantiële meerderheid
in de raad te bestaan voor dit voorstel ten opzichte van de
tegenstanders. Dat is voor het college aanleiding geweest
om voldoende vertrouwen te hebben om dit voorstel hier van
avond voor te leggen.
De heer De Jong heeft kort en krachtig aangegeven tegen het
voorstel te zijn. Ik hoef daar niet op te reageren, dat is
helder
De heer Ten Hoeve heeft nog eens aangegeven, zoals ook me
vrouw Inberg en mevrouw De Bruin, waarom het van belang is
wel degelijk te denken in oplossingen als busbanen. Terecht
heeft hij de verelendungstheorie hier niet van toepassing
willen verklaren. Ik denk dat dat juist is.
Individuele problemen zoveel mogelijk in goed overleg met
betrokkenen oplossen. Dat waren wij al van plan, dat hebben
wij ook al in een groot aantal situaties gedaan en dat zul
len wij blijven doen.
Het gebruik maken van de busbaan door taxi's. Ik kan toe
zeggen dat wij de voor- en nadelen die daaraan verbonden