Blad 14
Verslag van de raadsvergadering van 19 januari 1998
De heer Meerdink: Bij Sub A, de brief van de Stichting Be
strijding Akoestisch Milieuvervuiling, vind ik de reactie
van het college wat mager. Ik heb de brief van BAM gelezen.
Ik wil niet zeggen dat ik helemaal meega in hun toonzet
ting, zij hebben het over de terreur van het geluid, overal
is herrie nergens is meer stilte. Maar er wordt wel een
probleem aangesneden door de stichting, waarvan ik denk dat
wij als bestuur van de stad echt moeten bekijken wat wij
daar aan zouden kunnen doen. Er wordt wel een aantal sug
gesties gegeven in het antwoord aan de Stichting BAM, maar
ik zou daar toch wat meer tegemoetkoming richting die
stichting in terug willen zien. Er staat nu: wij staan open
voor de ervaring van de betrokkenen bij deze problematiek.
Ik denk dat er meer over te zeggen is en ook meer aan ge
daan zou kunnen worden. Wat dat betreft zou ik graag een
wat concreter en toegespitst antwoord van het college van
b. en w. willen.
De heer Brinks: Ik denk dat de heer Meerdink wel gelijk
heeft als hij zegt dat wij heel erg kort door de bocht zijn
gegaan met de beantwoording van deze brief. Ik wil best
kijken of wij een breder antwoord kunnen geven, zeker ver
wijzend naar de nota 'Geluid bij evenementen', maar ook ze
ker kijkend naar het terug dringen van autoverkeer in de
binnenstad, wat toch ook een geluiddempend resultaat zal
hebben. Wij zullen in die zin een aanscherping van het ant
woord geven
Als de raad ermee akkoord gaat, sturen wij die brief onmid
dellijk weg, want anders blijft het nog langer duren.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van het college, met inachtneming van de toe
zegging van de wethouder
Sub B.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w.
Blad 15
Verslag van de raadsvergadering van 19 januari 1998
Punt 6 tot en met 12 (bijlage nrs1, 2, 3, 4, 6, 5 en 7).
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
de voorstellen van b. en w.
Punt 13 (bijlage nr. 8)
De Voorzitter: Aan de orde is Voorbereidingsbesluit ex ar
tikel 21 van de Wet op de ruimtelijke ordening voor een ge
bied gelegen aan de Grote Kerkstraat en de Bollemanssteeg
te Leeuwarden.
De heer Sluiter: Wij hebben in de commissie van harte inge
stemd met het voorbereidingsbesluit en met vreugde vastge
steld dat het schoolgebouw van de voormalige MMS in de Gro
te Kerkstraat met respect en eerbied behandeld wordt, van
binnen zowel als van buiten. Wij hebben daar overigens bij
opgemerkt, dat met de verbouwwerkzaamheden al begonnen is
voordat er een voorbereidingsbesluit in de commissie aan de
orde is geweest. Dat is toch een beetje een merkwaardige
situatie
Het tweede punt is dat het voorbereidingsbesluit genomen
wordt voor twee bouwplannen, ook voor de percelen die beho
ren bij het huidige Jongbloed-complexWij hechten er aan
nu hier alvast in de raad aan te geven dat wij ook in de
commissie die bouwplannen, die nu in een slechte beoorde-
lingsvorm ter inzage liggen, heel goed op hun passendheid
in de historische context van dat deel van de binnenstad
zullen beoordelen. Ook omdat in die stukken gesproken wordt
van een buitengewoon kostbaar stukje binnenstad.
De heer Den Oudsten (weth.)Dit lijkt mij een erg verstan
dige opstelling van de fractie. Het gaat om zo'n kwetsbaar
gebied dat ik denk dat iedereen eigenlijk zo'n plan buiten
gewoon zorgvuldig zou moeten beoordelen, binnen de kaders
uiteraard waarbinnen een raad dit soort zaken beoordeelt.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w.