Blad 26
Verslag van de raadsvergadering van 14 april 1998
Er staat: Voor het buitengebied is een zorgvuldige afweging
van belang tussen de elementen agrarische sector, recreatie
en milieu. Onze fractie vindt dat er in de geactualiseerde
Dorpennota in elk geval voldoende aandacht moet zijn voor
de economische perspectieven van deze kleine kernen.
Bladzijde 23, Woningmarkt. Wij lezen daar: Met het oog op
het verkrijgen van voldoende kwantitatief aanbod dienen in
de komende vier jaar de afgesproken taakstellingen voor
nieuw te bouwen woningen gerealiseerd te worden. Onze frac
tie heeft daarom voorgesteld de personele capaciteit van de
dienst Stadsontwikkeling te vergroten. Maar wij beseffen
dat dit niet de enige voorwaarde is om de doelstellingen te
halen. Er zal altijd een deel zijn dat wij niet in de hand
hebben, bezwaarprocedures die burgers volgen kunnen de no
dige gevolgen hebben.
Verder stelt men dat besloten zal worden tot sloop van be
paalde woningcomplexen waarna op dezelfde plaats een nieuw
meer eigentijds leefmilieu kan worden ontwikkeld gericht op
de vraag. Wij stemmen niet op voorhand in met dit beleid.
Op bladzijde 26 lezen wij dat het huidige fietsbeleid geac
tualiseerd moet worden. Er zijn extra investeringen nodig
in voorzieningen die snelle verbindingen en de doorstroming
van het fietsverkeer bevorderen en die gericht zijn op het
tot stand komen van een sluitend en veilig systeem van
fiets- en voetpaden. Ik reken dan ook op een kritische hou
ding van het college ten aanzien van de keuze van scholen
gemeenschap Comenius om uit te breiden in de vorm van een
unielocatie op Achter de Hoven waardoor de belangrijke
fietsroute langs de Potmarge zal verdwijnen.
Verder ben ik zeer te spreken dat men onze speerpunten
heeft overgenomen met betrekking tot de uitbreiding van het
aantal overdekte bushaltes
Hetzelfde geldt het op bladzijde 27 vermeldde speciaal plan
van aanpak voor het tegengaan van graffiti-spuiten. Ook dat
was één van onze specifieke wensen.
Verder blijft onze fractie voorstander van het huidige be
leid met betrekking tot de onkruidbestrijding, in die zin
dat het borstelen moet blijven en wat ons betreft mag men
daar meer geld voor uittrekken. Naar onze inschatting zal
daar een raadsmeerderheid voor te vinden zijn.
Wij zijn zeer benieuwd naar het op bladzijde 31 vermeldde
voornemen om bij de Perspectiefnota 2000-2003 te komen met
een voorstel of en hoe de rioolheffing gekoppeld kan worden
aan de hoeveelheid lozing op het riool. Als ik zie hoe
moeizaam de discussie rond het zogenaamde waterspoor ver
loopt, dan verwacht ik er niet al te veel van. Immers dit
gaat nog veel verder.
Blad 27
Verslag van de raadsvergadering van 14 april 1998
De Voorzitter: Mag ik de conclusie trekken dat u conform
het gestelde in de brief die u heeft ontvangen van burge
meester en secretaris, waarbij wij u voorstellen het Be-
stuursprogramma en de bespiegelingen rondom het collegefor
matieproces eerst te houden en dan formeel het Bestuurspro-
gramma voor kennisgeving aan te nemen, dat u nu van mening
bent dat dit in één termijn is behandeld en dat u het ook
bij de ene termijn zou willen laten?
Ik concludeer dat dat het geval is
Het Bestuursprogramma is voor kennisgeving aangenomen.
Aan de orde is het tweede deel van dit programma: De benoe
ming van de wethouders
Ik heb begrepen dat wordt gesproken over nominaal vijf wet
houders, waarvan vier met een voltijdsbeslag en de vijfde
met een vijftig procents tijdsbeslag. Dat betekent - en ik
meldt dat maar voor de orde ter inleiding van dit agenda
punt - dat wij dus expliciet als gemeenteraad uitspreken
gebruik te willen maken van artikel 36 van de Gemeentewet,
lid 2: In gemeenten waar het wethouderschap een volledige
betrekking is, kan de raad besluiten dat een of meer van
die betrekkingen in deeltijd worden uitgeoefend. U maakt
dus gebruik van artikel 36, lid 2.
Dan volgt ook artikel 36, lid 4: Indien het tweede lid toe
passing vindt, stelt de raad bij de benoeming van de wet
houders de tijdsbestedingsnorm van elke wethouder vast. Dat
hoeft dus alleen maar voor die deeltijdfunctie.
Ik stel u voor nu uit te spreken daarover geen stemming te
houden en dat u de vijfde zetels als een vijftig procents
tijdsbestedingszetel wenst aan te merken.
Ook dat is het geval
Aan de orde is de verkiezing van wethouderszetel nr. 1.
Mevrouw Waanders: Namens de fractie stel ik de raad voor om
Hermien de Haan als wethouder te benoemen.
De Voorzitter: Ik verzoek u tot stemming over te gaan op
vacature A.
De uitslag van de stemming is als volgt:
Aan de stemming hebben deelgenomen 36 leden, waarvan 34
stemmen zijn uitgebracht op mevrouw De Haan en 2 blanco
stemmen
