Blad 10
Verslag van de raadsvergadering van 20 april 1998
missie Bestuur en Middelen terug te laten keren in de vorm
van een ontwerp-voorstelDat zou kunnen bij advertentie.
Daar zouden wij dan een besluit over kennen nemen.
Wij komen er op terug in de Commissie Bestuur en Middelen
met een voorstel van onze kant
De heer Van Olffen: U heeft de teneur van mijn opmerkingen
voortreffelijk weergegeven. Als u het zo wilt uitvoeren,
dan heeft u een tevreden raadslid.
De heer P. de Jong: Mag ik daarbij wel de kanttekening ma
ken dat het natuurlijk gaat om meerdere gemeenten dan al
leen de gemeente Leeuwarden in het geval van TelekabelDat
vereist dan wel de nodige afstemming. (De heer Van Olffen:
Het gaat natuurlijk alleen om de kandidaten die uit Leeu
warden komen.) Maar als je streeft naar representativiteit
dan moet je dat ook afspreken met de gemeenten waarmee je
te maken hebt. Dan kun je ook met een uitstekend voorstel
komen. Ik wil de heer Van Olffen wat dat betreft wel steu
nen, maar het vereist wel afstemming.
De Voorzitter: Wij zijn ook in staat geweest een goede af
stemming te plegen toen het ging om de extra sponsorgelden
van Nuon over de betrokken gemeenten. Ik denk dat de sug
gestie van de heer De Jong in te vullen is door wederom met
die groep gemeenten om tafel te gaan. Want dan moet je dat
ook een beetje gelijkluidend doen.
Wij komen hier op terug in de Commissie Bestuur en Midde
len
Aanbeveling van burgemeester en wethouders:
a. mevrouw M. Ferno
b. de heer H. Jarir
c. mevrouw M. van Dorsten
Benoemd worden de aanbevolenen met algemene stemmen.
De heren Veldhuis en Van Mourik vormden met de voorzitter
de leden van het stembureau.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w., met inachtneming van de toezeg
ging van de wethouder
Blad 11
Verslag van de raadsvergadering van 20 april 1998
Punt 6 (bijlage nr. 59)
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w.
Punt 7 (bijlage nr. 60)
De Voorzitter: Aan de orde is Voorstel tot wijzigen van de
Verordening op de heffing en invordering van rechten, in
casu wijzigen van de tarieventabel ten aanzien van de leges
Exploitatievergunning horecabedrijf en de leges Drank- en
horecawetvergunning
De heer Stoker: Dit is een voorstel dat al een stukje ge
schiedenis kent. Er is door de raadsfracties in het recente
verleden te weinig aandacht geweest voor de grote gevolgen
die de exploitatievergunning heeft voor de niet-commerciële
horeca
Dan wordt er ingesproken namens de sport onder andere door
de heer Tadema, wiens inbreng eigenlijk in twee delen viel
te kenmerken.
Ten eerste de sport wenst niet over één kam geschoren te
worden met de coffeeshops.
Ten tweede de financiële gevolgen zijn te groot.
In het nu voorliggende voorstel wordt alleen het tweede
verholpen. Men heeft onlangs bij de commissiebehandeling,
op onze fractie na, gewoon de oren gesloten voor het eerste
principiële argument. Partijen kunnen dan wel denken dat
het door hen jarenlang gevoerde gedoogbeleid ten gevolge
heeft gehad dat het verschijnsel coffeeshop algemeen geac
cepteerd is, maar uit de reacties vanuit de sport blijkt
dat dat niet zomaar het geval is.
En wat doet de raad? Zij doet alsof ze het niet hoortLost
de financiële aspecten van het probleem op en gaat over tot
de orde van de dag.
Ik kan in elk geval niet instemmen met dit voorstelVanuit
de optiek van de handhaving is er ook geen enkele aanlei
ding om de horeca bij de amateursport eens extra in de
greep te krijgen, zoals die er bij de coffeeshops regelma
tig wel is. Men stelt voor steeds proefgewijze te controle
ren. Ik vraag mij af, is dit handhavingsbeleid nu een poli
tietaak of een ambtelijke taak vanuit de gemeente. Dit
voorstel lijkt op dit punt verwarring te scheppen. Dit
voorstel noemt ook heel andere gegevens dan die waarvan de
politie-afdeling bijzondere wetten uitgaat. Hier spreekt
men over 35 sportkantines, 26 wijk- en 5 dorpcentra, en 5
kerkelijke centra. Terwijl volgens de afdeling Bijzondere
Wetten het zou gaan op 33 sportkantines, 34 wijk- en dorps-