Blad 44 Verslag van de raadsvergadering van 2 5 mei 1998 is. Tenzij je er op voorhand vanuit gaat dat er een uitver koop van onze aandelen in nutsbedrijven gaat plaatsvinden. Dat vinden wij toch niet z'n goed idee. Er ligt ook nog een heel groot probleem rond het baggeren van onze vaarwegen. Als GPV/RPF/SGP-fractie zijn wij er niet voor om de oude voorstellen rond MTC Schenkenschans weer uit de kast te halen als oplossing van deze problematiek, maar toch zal dit probleem, wanneer er een oplossing is, veel geld gaan kosten. Te veel vooruitschuiven is dan ook weer oogkleppenwerk als je kijkt naar deze PerspectiefnotaWij hebben de motie van de D66-fractie rond de baggerproblema- tiek ondersteund. Op pagina 12 geeft men aan dat er een bijdrage nodig zal zijn uit het gemeentelijk investeringsfonds voor de ontwik keling van het Rengerspark. Hoewel wij beseffen dat daar iets moet gebeuren als MCL-Noord daar vertrekt, hechten wij er toch nu al aan duidelijk te maken dat onze fractie de me ning is toegedaan dat de daar gevestigde voorzieningen in de vorm van de manege en de kinderboerderij daar dienen te blijven bestaan. Deze voorzieningen zijn immers prima inpas baar bij een eventueel nieuw concept voor zwembad De Blauwe Golf Het LIS-traject Wat is de reactie van het college op de uitspraak van de On dernemingsraad van gemeente Leeuwarden dat de resultaten van het LIS-traject te rooskleurig worden voorgesteld. Op pagina 23 lezen wijzeer recent is ons college gemeld dat bij de afvalinzameldienst over 1997 een sterk negatief resultaat behaald isDit is vooral het gevolg van een ster ke toename van de hoeveelheid aangeboden afval. Welke acties stelt het college hier tegenover? Het lijkt mij dat er op dit punt meer dan ooit bewust beleid nodig is om de afvalstroom te verminderen. Dit pleit wel voor een meer gedifferentieerd tarievensysteem, het afrekenen per kilo op gehaald afval. Ten slotte wil ik u wijzen op het belang van de grote gees telijke perspectiefnota, de Bijbel, voor uw persoonlijk le ven en de maatschappijDeze geeft zelfs iets aan dat met geen enkele jaarschijf is in te vullen, de mogelijkheid van eeuwig leven voor ieder die in Jezus Christus gelooft en uit zijn woord wil leven. De Voorzitter: Wij hebben nu de eerste termijn gehad. Dit heeft een 17-tal moties opgeleverd, ongeveer een zesde van het aantal dat in november 1993 door deze raad is ingediend en waarna er nog veel schorsingen en interfractieberaad moesten plaatsvinden. Het college schat in dat dat nu niet het geval zal zijn. Wij zullen ons uiteraard zelf wel bera Blad 45 Verslag van de raadsvergadering van 25 mei 1998 den op de nu ontstane situatie, maar wij stellen u deson danks voor om half vijf de vergadering te hervatten. De Voorzitter schorst om 15.55 uur de vergadering. De Voorzitter heropent om 16.50 uur de vergadering. De heer Den Oudsten (weth.)Er zijn een flink aantal alge mene opmerkingen gemaakt over de manier waarop je tegen deze meerjarenbegroting moet aankijken. Ik zou daar allereerst een aantal opmerkingen op willen maken. Vervolgens zal ik ingaan op de moties die liggen op het terrein van ruimtelij ke ordening, verkeer en vervoer en financiën en zal ik nog op een aantal specifieke beleidsopmerkingen ingaan. Allereerst de vraag hoe je tegen deze begroting moet aankij ken. De heer Stoker zegt dat het allemaal wel aardig lijkt, maar zit het nu ook wel zo goed. Een aantal anderen zeggen dat er in de begroting wel wat ruimte is, maar ondertussen zijn er toch een flink aantal pm-posten die de druk er weer flink op zetten. Iedereen die zegt dat het een begroting is met meer lucht en meer ruimte heeft gelijk en iedereen die zegt dat dat voor een deel ook komt doordat wij een aantal hele grote bedragen, die wij wel moeten uitgeven, nog niet hebben inge vuld, heeft ook gelijk. Dit is ook tegelijkertijd het lasti ge om te kunnen zeggen dat de financiële situatie vergeleken met de afgelopen jaren sterk is verbeterd. Ik deel dus de pessimistische invalshoek van de heer Jacobse, die zegt dat het er helemaal nog niet goed uitziet, in die zin niet. Wij hebben grote verbeteringen tot stand gebracht, maar het zou tegelijkertijd niet goed zijn als wij de begroting van nog toekomstige uitgaven niet voortdurend onder druk houden. Want dat zou ook iets zeggen van ons ambitieniveau. Dus wij hebben op dit moment de mogelijkheid om beleid te maken en om er ook geld voor beschikbaar te stellen, maar dat bete kent tegelijkertijd dat dit ons niet ontslaat van de plicht om scherpe keuzes te blijven maken. Dat brengt mij op een ander punt dat een aantal raadsleden aan de orde heeft gebracht. De heer Van Mourik zegt dat een deel van de lucht die wij krijgen ook te maken heeft met het feit dat er te weinig in de uitvoering wordt gepresteerd. Er zit een flink stuk on deruitputting in. Mevrouw Waanders zegt dat wij eigenlijk af moeten van de nota-cultuur en meer naar een doecultuur moe ten. Dat is nu ook precies waar dit college in de komende jaren steeds meer greep op wil maar ook gaat krijgen. Ik kan dat rustig met die stelligheid zeggen. Het is waar dat als

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1998 | | pagina 23