Blad 38
Verslag van de raadsvergadering van maandag 28 september 1998
Gezien de vele bezwaarmakers zijn we toch nog weer eens
gaan kijken of het nu werkelijk zo zwaar overkomt als men
zegt. Ook met andere mensen van mijn fractie komen wij toch
tot de conclusie dat die bezwaren niet echt standhouden. De
andere argumenten zijn al door andere partijen genoemd, ik
zal niet in herhaling vallen.
Wij blijven voor het plan.
Mevrouw Hafkamp: Ik ben niet bij de commissievergadering
geweest, maar ik ben later wel met het plan nog eens gaan
kijken in die wijk. Ik snap de bezwaren wel, maar ik vind
ze niet zo zwaarwegend om te zeggen van dit voorstel maar
van tafel moet. Mijn fractie is akkoord.
De Voorzitter: Wij hebben in de commissie hier uitgebreid
over gesproken, bewoners die bezwaren hebben ingediend heb
ben ook de bezwaren toegelicht. Ik moet u zeggen dat naar
aanleiding van die commissiebehandeling het college niet
tot een andere conclusie is gekomen. De afstand tot de wo
ningen, de afstand tot de flat is zodanig groot dat wij
zeggen dat het natuurlijk prettiger voor bewoners is, be
grijp ik ook wel, om niet zo'n gebouw tegenover zich te
hebben, maar tegelijkertijd levert het niet een zodanige
aantasting van het woongenot op dat het onverantwoord zou
zijn om door te gaan met deze ontwikkeling.
Ik moet nog even iets ten aanzien van de planschade zeggen.
Het maakt bewoners op zichzelf natuurlijk niets uit of
planschade wordt vergoed door de gemeente dan wel door de
projectontwikkelaar. Ik hecht er dan ook aan om hier te
zeggen dat de procedure ten aanzien van de beoordeling
planschadevergoeding helemaal niet verandert. Het gaat om
een situatie waarbij de gemeente zegt daar met de project
ontwikkelaars overeenkomsten over te gaan sluiten, dat wij
in het algemeen ook het fenomeen planschade proberen daarin
te regelen. Dat is iets wat we in het afgelopen half jaar
natuurlijk steeds meer proberen te doen.
Mevrouw Van Ulzen: Voorzitter, u heeft volkomen gelijk dat
u de accenten op de planschade legt. Ik wil absoluut voor
komen dat ik de indruk wek dat wij akkoord gaan en dat wij
in het vervolg misschien niet akkoord zouden gaan uit angst
voor planschade. Dat is absoluut mijn bedoeling niet. Ik
neem aan dat u die correctie ook bedoelde. Mijn dank daar
voor, u heeft gelijk.
De hear J. de Jong: Ik fyn it spitich dat der gjin oerlis
west hat mei de buert om ta in kompromis te kommen. Yn it
ferline hawwe wy dit soart saken wolris sa oplost en ik
Blad 39
Verslag van de raadsvergadering van maandag 28 september 1998
miende dat dit ek de line wie. De mearderheid hat oars be-
sluten. It is in lytse treast foar omwenjenden dat sy moog-
lik planskeade easkje kinne, dy't dizze kear (dêr binne wy
oe sa bliid mei) de projektüntwikkeler betelje sil.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w., met de aantekening dat de leden
van de leden van de fracties van NLP en GPV/RPF/SGP geacht
willen worden te hebben tegengestemd.
Punt 17 (bijlage nr. 130).
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w.
Punt 14 (bijlage nr. 140).
De Voorzitter: Aan de orde is Convenant inzake ontwikke
ling, realisatie en exploitatie van de PDV/GDV-locatie De
Centrale
De heer De Vries: Dit convenant, dit project heeft al veel
tijd gevraagd. Wij gaan het niet overdoen, maar toen ik de
heer Postma van de LOV hoorde dacht ik, ik denk dat wij de
LOV alleen maar tevreden kunnen stellen als wij het plan
niet door laten gaan. Een stad ais Leeuwarden met een
knooppuntstatus kan zich dat niet permitteren. Wij vinden
dat de hele ontwikkeling van de Centrale, het convenant en
alles wat erbij zit, goed is doorgesproken. Er zijn veel
argumenten op tafel gekomen. Ik wil ik met nadruk zeggen
dat de hele commissie wakker ligt van het wel en wee van de
middenstand in de binnenstad, maar ook de wijkgebonden mid
denstand. Ze moeten natuurlijk wel zelf innovatief blijven
om voor te kunnen lopen. Wij gaan veel geld in de binnen
stad steken en dit project moet doorgaan. Wij hebben voor
gestemd en we blijven ook voorstemmen, zeker nadat de wet
houder mij nog heeft gebeld dat de second opinion op het
convenant ook nog eens goed is uitgevallen.
De heer J. de Jong: Sa as jo witte binne wy yn de foarige
kolleezjeperioade net akkoard gien mei in PDV/GDV-festiging
op De Centrale. Wy seagen op dit plak te min potinsje en in