Blad 6
Verslag van de raadsvergadering van maandag 28 september 1998
inderdaad de suggestie was dat het wellicht al zover was
dat er gepraat werd over verdwijning van onze lerarenoplei
ding naar Groningen. Ik wil in ieder geval zeggen dat dat
een zeer voorbarige conclusie van de krant is. Als je het
stukje verder goed leest dan geeft de NHL aan (ik denk dat
dat ook de werkelijkheid is) dat de lerarenopleiding voor
de NHL financieel een groot probleem betekent. Dat probleem
ligt op het bordje van het ministerie. De NHL heeft aange
geven door middel van een plan en de kosten die daarmee ge
moeid zijn, hoe je de lerarenopleiding bij de NHL in Leeu
warden zou kunnen handhaven. Tot nu toe heeft het kabinet
of de regering of de minister daar nog niet op gereageerd.
Dat betekent dat de NHL in de tussentijd ook met de Univer
siteit van Groningen overleg voert over een mogelijke vorm
van samenwerking. Daar is een interne nota over geschreven,
die op dit moment kennelijk is uitgelekt, waarin gesproken
wordt over een nieuw initiatief waarbij wellicht de grens
tussen, de universitaire eerste graads opleidingen en de
ander opleidingen geconcentreerd zouden kunnen worden in
één nieuw instituut. Daar wordt ook gesproken over het feit
dat zo'n nieuw instituut wellicht in Groningen zou moeten
worden gehuisvest. Wat ons betreft is met name dat laatste,
dat een dergelijk instituut dus naar Groningen zou moeten
gaan, volstrekt niet aanvaardbaar. Met ons bedoel ik dan
het College van de gemeente Leeuwarden. Ondertussen moet ik
melden dat wij het initiatief hebben genomen om samen met
de provincie en de drie hogescholen om de tafel te zitten,
wij hebben al voor de grote vakantie dat initiatief geno
men, waarbij wij praten over op welke manier wij door geza
menlijk de koppen bij elkaar te steken de positie van het
HBO kunnen versterken. Wij hebben vanochtend opnieuw bij
elkaar gezeten in die setting en in feite afgesproken dat
wij allemaal, dus én gemeente én provincie én de drie hoge
scholen, nu eerst samen met het Rijk overleggen op welke
manier en wat er nodig is om de lerarenopleiding hier te
krijgen. Zolang wij daar geen helderheid over hebben, is
wat ons betreft een optie voor een nieuw instituut in Gro
ningen, niet aan de orde is. Dus wij streven er gezamenlijk
naar om de lerarenopleiding hier te houden, zullen dan ook
gezamenlijk overleggen met het Rijk, met minister Hermans.
Ik verwacht daar binnenkort een antwoord op te krijgen. Zo
lang we dat antwoord niet helder hebben is voor ons in ie
der geval de optie Groningen absoluut onbespreekbaar. Dat
is niet alleen onbespreekbaar voor het College van de ge
meente Leeuwarden maar ook voor de provincie en ook voor de
drie hogescholen. Dat even ten aanzien van dat punt.
Overigens praten wij verder over een verdere versterking,
■meer een structureel verhaal, van de positie van het HBO in
zijn algemeenheid, waarbij ook samenwerking met de drie ho
gescholen aan de orde is.
Blad 7
Verslag
van de raadsvergadering van maandag 28 september 1998
De heer Stoker: Onlangs hebben mijn fractie en de CDA-
fractie het college gevraagd om geen vergunning te verlenen
voor het optreden van de pornoband The Impotent See Snakes
in Zalen Schaaf. Er is evenwel na een bespreking in het
driehoeksoverleg besloten toch toestemming te geven voor
deze, in mijn ogen, walgelijke en immorele vertoning, die
in mijn ogen ook niet bijdraagt tot een goede Leeuwarder
promotie. We zijn daar uiteraard niet tevreden over en wij
willen het college vragen deze zaak nader te kunnen bespre
ken in de desbetreffende commissie.
De Voorzitter: Dat lijkt mij een verzoek wat aanvaard moet
worden. Het is overigens zo dat dit ook een bevoegdheid is
van de burgemeester en die heeft dit beoordeeld, ook in
termen van: Is hier sprake van een gevaar voor de openbare
orde. Dat oordeel is negatief uitgevallen. Er zijn een aan
tal voorzorgsmaatregelen genomen, waardoor het met dat cri
terium in het achterhoofd, verantwoord werd geacht om dit
door te laten gaan. Dit laat evenwel onverlet hoe je daar
tegenover moet staan.
Ik stel u voor om het volgende te doen. Er zal in november
een vergadering van de Commissie Openbare Orde bij elkaar
worden geroepen, waarin een aantal onderwerpen ter be
spreekt worden aangeboden. Ik stel u voor om ook dit te
agenderen op die vergadering. Dan kunnen we er in een wat
ruimer verband nog even goed naar kijken, om te zien of u
deze beoordeling ook uiteindelijk volgt of niet.
De heer Wijmenga: De gemeenten hebben recent van het Fries
Platform Zorg een overzicht gekregen, informatie gekregen,
over het aantal personen met een verstandelijke handicap
dat wacht op zorgreaiisatieAls w<=> ons beperken tot die
personen die wachten op dagbesteding, dan gaat het om drie
schoolverlaters in 1998 en elf andere mensen. Nu is de ge
meente op zich niet verantwoordelijk voor de mensen die
vallen onder zorg die betaald wordt uit de AWBZ, maar de
gemeente heeft wel een verantwoordelijkheid voor de inwo
ners in de gemeente. Nu heb ik begrepen dat een aantal ge
meenten op dit moment bezig is om te kijken of de gemeenten
een stukje hulp daarbij kunnen verlenen, door tijdelijk ge
deeltelijke zorg te realiseren voor die personen. Enerzijds
ter overbrugging en anderzijds ook om de nood bij de direc
te omgeving van die mensen te ontlasten. Als voorbeeld zou
ik daarvan willen noemen de gemeente Opsterland. Mijn vraag
aan de wethouder is of wij in de Commissie Welzijn binnen
kort dit onderwerp ook eens zouden kunnen bespreken en kun
nen nagaan of de gemeente Leeuwarden niet iets dergelijks
zou kunnen doen.