Blad 18
Verslag van de begrotingsvergadering van 2 november 1998
Het scenario Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Het plan voor sociale activering is onlangs gepresenteerd,
het staat vandaag ook opnieuw op de agenda. Het plan is door
ons met enthousiasme ontvangen. Wij stemmen in met de voor
gestelde investeringen.
Over de structurele uitzettingen en de inkrimpingen, het
volgende
Er wordt aangegeven dat er dienstegalisatiereserves inge
steld dienen te worden. Hiermee kunnen wij instemmen.
Wij sluiten overigens wel aan bij de gemaakt opmerkingen,
vragen, van mevrouw Waanders ten aanzien van dit onderwerp.
Er ligt na verwerking van alle mutaties een sluitende begro
ting en sluitende meerjarenbegroting op tafel. Inderdaad
iets om tevreden over te zijn.
De ontwikkelingen in de Algemene Reserve.
Hierin wordt gemeld dat de Algemene Reserve tijdelijk zal
dalen met f 236.000,-. Wij maakten hiertegen bezwaar bij
Commissie Bestuur en Middelen, omdat we bij Perspectief heb
ben afgesproken vast te houden aan het gestelde bedrag van f
15 miljoen. Met de uitleg van mevrouw De Haan, dat het col
lege het wil wagen om een jaar onder de f 15 miljoen te gaan
zitten, kan mijn fractie leven, mede gelet op het verwachte
positieve rekeningresultaat.
Het voorstel van de Wvg-gelden is teruggenomen door het col
lege. Wij waren toen al tegen dit voorstel. Wij wachten wel
af wat er nu verder gaat gebeuren.
Nog kort even iets over de Zalmsnip.
Wij hebben begrepen dat er een evaluatie zal komen en die
wachten wij ook af.
Nog een laatste opmerking hierover: het Rijk heeft het door
onduidelijke regelgeving, de gemeente erg moeilijk gemaakt.
Vooral ook omdat door de Tweede Kamer is gesteld dat de
Zalmsnip beschikbaar moet zijn voor alle huishoudens. Maar
nogmaals wij willen het verder niet meer aan de orde hebben
omdat wij eerst die evaluatie af willen wachten of het nog
naar andere groepen toe zal moeten, ja dan nee.
Hoofdstuk 6, paragraaf 6.2 personeel en organisatie.
Hierin wordt gesproken over de taak van de gemeente als re
gisserende en innoverende overheid. Dat deze hernieuwde taak
een belangrijke cultuurverandering voor zowel leidinggeven
den als medewerkers met zich meebrengt spreekt voor zich. In
hoeverre het extra opleidingsbudget van f 500.000,- toerei
kend zal zijn, zal nog wel blijken.
Blad 19
Verslag van de begrotingsvergadering van 2 november 1998
Over de post achterstallig onderhoud, heb ik al eerder iets
gezegd. Ook wij zitten met smart te wachten op een overzicht
van nu precies de plannen zijn.
Er is heel veel werk verricht door de ambtenaren in het be
antwoorden van de vragen. Ik vond het heel verhelderend om
zowel de vragen als de antwoorden bij de begroting te kunnen
bestuderen. Daarvoor onze dank.
In het seniorenconvent hebben we het er over gehad dat de
procedure rond de begroting niet onze instemming verdient.
We hebben toen afgesproken dat we daar op terug zouden ko
men. Dit lijkt mij wat dat betreft voldoende.
De heer Jacobse: Met de tong op de schoenen behandelen wij
vandaag de begroting. De ambtenaren nog met zere vingers van
het typen en wij met schele ogen van het lezen.
Wij hebben geen flauw idee wat fracties vandaag nog gaan
voorstellen. Wij hebben blijkbaar zoveel op de rails gezet
en zoveel informatie nodig dat we in ademnood achter de
trein lopen, roepende opzij, opzij, opzij, maak plaats, maak
plaats, maak plaats, we hebben ongelooflijke haast.
(De Voorzitter: U heeft maar 10 minuten hoor)
De bestuurscultuur van nu brengt met zich mee dat de raad,
als richtinggevend orgaan, overal vanaf het begin over mee
denkt en meepraat. Dat de discussies op basis van informatie
plaats moeten vinden is ook helder. Het is aan de raad zelf
om zich beperkingen op te leggen en aan het college en appa
raat om de logistieke processen, want daar zit vaak de
kneep, te verbeteren.
Het beeld, dat het de gemeente financieel goed gaat, ver
dient volgens mijn fractie enige nuancering. U geeft zelf
aan dat om verdere kapitaalvernietiging bij verhardingen,
bruggen en kaden etc. tegen te gaan, structureel f 4 miljoen
per jaar meer nodig is. U stelt nu f 1,3 miljoen extra be
schikbaar en constateert: er wordt aan gewerkt. Feitelijk
gaat de kwaliteit van de openbare ruimte dus nog altijd ach
teruit
Ook de bodemkwaliteit blijft reden tot zorg. U zegt: "Als we
alles zullen saneren zou de gemeente voor f 100 miljoen moe
ten reserveren, dat geld hebben wij niet. Gelukkig zijn we
ook niet verplicht tot die sanering". Op zich is dat juist.
Maar dat neemt niet weg dat er een probleem ligt dat niet
kleiner wordt en waarvoor geen beleid is en dat dus doorge
schoven wordt naar komende generaties.
Ook op andere gebieden is er nog geen gezonde financiële si
tuatie. Het handhavingsbeleid, jongeren- ouderenbeleid, par
ticipatiebevordering, sportbeleid, en zo kan ik nog even
doorgaan, zijn hetzij als vorm voor bepaalde ontwikkeling,
hetzij als gevolg van bezuinigingen uit het verleden, onder
de maat en zullen de komende jaren nog veel extra middelen