Blad 82
Verslag van de raadsvergadering van 3 november 1998
de materie op z'n minst niet eenvoudig is. Daarnaast zou ik
ook hier vanavond in de raad kunnen zeggen, hoeveel van u
die niet in de Commissie Bestuur en Middelen zitten hebben
zich echt heel nadrukkelijk in deze materie verdiept? U mag
hier ook een stem op uitbrengen en u vertrouwt op degene
van uw fractie die zich daar wel in verdiept heeft. Op
zichzelf zijn de burgers in onze optiek wel degelijk in
staat zich een oordeel te vormen en is het ook voor die
burgers belangrijk genoeg. Echter het is anders, wij hebben
er begrip voor dat partijen zeggen dat zij er geen referen
dum over willen, daar kunnen allerlei goede argumenten voor
zijn, denk alleen maar aan de kosten. Alleen als je een re
ferendum afwijst, gebruik dan de goede argumenten. Op het
moment dat je de argumenten gebruikt, zoals die in de com
missie zijn gebruikt, dan sluit je volgens ons de deur voor
alle referenda in de toekomst, want vrijwel voor ieder re
ferendum van enig important onderwerp gelden dan diezelfde
argumenten voor. Die zullen wij dan ook zeker tegen u ge
bruiken. Want zoals de heer Van der Brug zei, ik heb een
geheugen als een olifant.
We hadden het voorstel lang van tevoren aangekondigd, zodat
u zich daar een oordeel over kon vormen. Wij hebben in de
commissie dat oordeel van de raad ook gehoord. Zoals u uit
het verleden van ons weet, zijn wij niet voornemens een
voorstel te doen waarvan van tevoren vaststaat dat geen en
kele andere fractie dat zal ondersteunen. Wij zullen dus
ook het voorstel niet doen.
Concluderend, wij hebben er uitgebreid in de commissie over
gesproken en ook vanavond enige woorden aan gewijd, het zal
duidelijk zijn dat wij tegen uw voorstel zijn.
De heer P. de Jong: Ik heb in de commissiebehandeling ge
zegd dat het een debat was met een snuifje Marx en een
vleugje Adam Smith. Dat wordt vanavond in feite even her
haald. Ik heb niet zoveel behoefte om dat vanavond nog een
keer over te doen. Ik dacht wel toen ik de heer Jacobse
hoorde dat het er nog maar ontbrak dat hij zou zeggen dat
hij eigenlijk ook twijfelt aan de kwaliteit van de fractie
woordvoerders hier in de commissie en in de raad. Hij zei
het niet, maar je hoorde hem dat tussen de regels door bij
na zeggen. Ik vind dat hij te ver gaat als hij zegt dat hij
de kwaliteit van de fractiewoordvoerders in twijfel trekt.
Een tweede opmerking daarbij is dat hij zegt dat de rest
van de raad vindt dat de burgers daar gewoon te dom voor
zijn. Ik werp dat verre van mij. Wij hebben heldere argu
menten gegeven waarom wij vinden dat dit niet voor een re
ferendum in aanmerking moet komen. Wij kijken naar de maat
schappelijke discussie die er over plaats vindt, als wij
dat bekijken van de afgelopen maanden, dan hebben wij niet
de indruk dat hier heel erg zwaar over gediscussieerd is in
de samenleving in Fryslan. Dan moet je daar ook niet een
referendum aan willen wijden. Ik heb nog andere argumenten
gebruikt, ik wil het hierbij laten.
Wij hebben gekeken naar de opbrengst van de financiën, de
invloed van de gemeente, de werkgelegenheid en u moet op
Blad 83
Verslag van de raadsvergadering van 3 november 1998
recht van mij geloven dat het voor ons toch een worsteling
is. Ik heb daar ook iets van gezegd in de commissie. Die
werkgelegenheidsgarantiesik heb het woord 'sterfhuiscon
structie' in de mond genomen in de commissie en de angst
daarvoor uitgesproken. Dan kom ik toch weer een beetje te
rug bij de heer Jacobse. Wij hebben uiteindelijk de afwe
ging anders gemaakt, wij hebben gezegd dat wij ervan uit
gaan dat de invloed van de gemeenten aanzienlijk zal zijn.
Wij hopen echt dat dat na tien jaar niet afgelopen is, want
hoe dan ook, het bedrijf zal moeten reorganiseren.
Als je dat allemaal afweegt, dan komen wij tot de conclu
sie, dat zoals het er nu voorligt en kijkend naar het on
derhandelingsresultaat zoals dat gedaan is door de aandeel
houders, dat dit een fatsoenlijk pakket is waarmee wij heel
goed door de deur kunnen.
Met andere woorden, de D66-fractie zal met het voorstel in
stemmen
De heer Nijzink: In eerste instantie hecht mijn fractie er
aan om nog eens met nadruk vast te stellen dat wij hier
niet praten over de privatisering van de Frigem. Waar wij
wel over praten, de heer Jacobse schijnt dat onderscheid
maar niet te kunnen maken, is de verkoop van de aandelen
aan Edon. Edon is een bedrijf dat gecontroleerd wordt door
een aantal andere overheden, te weten provincies.
Verder hecht ik er aan om namens mijn fractie vast te stel
len dat de Energiewet voldoende garanties biedt voor de be
scherming van de zogenaamde gebonden klanten, te weten de
kleinverbruikers
Als wij dan toch wat moeten opmerken over liberalisering en
de daaruit vloeiende schaalvergroting dan leidt dat, is de
ervaring, tot verlaging van de kosten per eenheid product
en dus tot de tarieven bij een doorgaans gelijk blijvende
kwaliteit. Ik heb in de commissie daar ook al iets over ge
zegd. Het kabinet is zelfs zo stelling overtuigd dat dat
gaat gebeuren, dat minister Jorritsma zich al een deel van
die kostenreductie heeft toegeëigend.
De vraag mag gesteld worden, of dat zo verstandig is vanuit
een oogpunt van vermindering van de milieubelasting, of je
de tarieven wel altijd zo laag mogelijk zou moeten stellen.
Dit even terzijde.
Kortom, wij delen de accopolistische visie van de NLP-
fractie waarin Adam Smith en Karl Marx in één graf worden
gegooid in een poging aannemelijk te maken dat de wereld
gegeseld zal worden door één of enkele mega-energie-
bedrijven met de consument als slachtoffer, absoluut niet.
De bewering die hij in die richting gedaan heeft zijn vol
strekt onbewijsbaar en dus ook onbewezen.
Ik heb in de commissie ook opgemerkt dat ik vind namens
mijn fractie dat de informatie waarop wij de beslissing
hebben moeten nemen of nu moeten nemen wat karig is uitge
vallen. Het is ons, ook na de behandeling in de commissie,
nog steeds niet echt duidelijk waarom Edon zo graag de Fri-
gem-aandelen wil kopen. Wij moesten tot de commissiebehan
deling wacht voordat wij de informatie kregen dat de prijs
die er voor de aandelen uit de onderhandelingen is gesleept