Blad 92 Verslag van de raadsvergadering van 3 november 1998 een aantal zaken die wij niet tot de categorie rekenden van 'wat is dit aardig', namelijk een relatie met de bruikleen gevers. Die discussie werd op een manier gevoerd waarbij wij ons ernstig zorgen moesten maken over een groot deel van de collectie. Toen heeft het college nog voor de zomer besloten om incidenteel een injectie te geven in dat muse um. Daar is ook al eerder via de commissie over gecommuni ceerd. In die zin heb ik de informatie ook snel bij de raad gebracht De eerste fase impliceert dat er ook een tweede fase komt. Dat dient onderdeel te zijn van een integrale afweging zo als die ook gemaakt moet worden bij de Perspectiefnota van volgend jaar. Daar zal dan ook over die tweede fase gespro ken worden, zegt ik richting de heer Stoker. Datgene dat nog dit jaar besproken wordt is het stappen plan, waar ik u al eerder over geïnformeerd heb, inzake de fusie met het Fries Museum zelf. Nogmaals het feit dat wij nu de f 6,5 ton doen en niet hele pakket heeft te maken met de urgentie en de relatie met de bruikleengevers (De heer P. de Jong: f 6,5 ton? Dat heb ik niet meegekre gen Ik haal bedragen door elkaar, de heer De Jong heeft gelij k De heer Stoker: Ik blijf erbij dat de Perspectiefnota wat anders is dan najaar 1998, zoals wel was toegezegd. Ik zie dat als tijdrekken. De heer Boorsma: Gisteren hebben wij begrepen van de wet houder dat hij nog even zou ingaan op de problematiek die wij in de commissie hebben geschetst, dat heb ik nu nog niet gehoord. Vorige keer in de commissie heb ik aangekaart dat er wat problemen waren met de toegankelijkheid voor ge handicapten. Daar was de wethouder toen niet al te veel van bekend. Kan hij daar nu iets meer over zeggen? De heer Brok (weth.): Ik heb gisteren niets gezegd over dit onderwerp, mijnheer Boorsma. Ik heb vorige week gezegd in de raadsbehandeling over onder andere de hellingbaan en de lift, dat onderzocht zou worden wat de kosten zouden zijn en op het moment dat ik daar meer van wist, zou ik dat naar hem terug koppelen. Ik heb op dit moment die gegevens nog niet, maar ik zeg hem nogmaals toe dat als ik die gegevens heb, dan zal ik hem die toesturen. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w., met de aantekening dat de GPV/RPF/SGP-fractie geacht wil worden te hebben tegenge stemd. Blad 93 Verslag van de raadsvergadering van 3 november 1998 Punt 6 (bijlage nr. 169). De Voorzitter: Aan de orde is Taakstellend activeringsbe- leid. Mevrouw De Pree: De PvdA-fractie is heel blij met de voor liggende nota, die inhoud geeft aan nieuwe mogelijkheden van de gemeente om langdurig werklozen toe te leiden naar werk, scholing of wel sociale activering, waar deze nota over gaat. In de commissie ben ik al uitgebreid ingegaan op de inhoud van de nota, dat ga ik nu niet doen. Wel wil ik hier benadrukken dat deze nota heel belangrijk is voor de rol die de gemeente voor zichzelf ziet als regisseur. In deze nota wordt deze regierol namelijk veel concreter uit gewerkt. Ook wordt uitwerking gegeven aan het begrip inte- graliteit, een term die wij als raad graag in de mond ne men, maar waar wij niet altijd handen en voeten aan weten te geven, dat gebeurt in deze nota heel nadrukkelijk wel. Bovendien is deze nota taakstellend, spreekt zich uit over aantallen te bemiddelen personen. Kortom een voorbeeldnota. Ik wil dan ook de verantwoordelijk wethouder en de dienst Welzijn graag complimenteren met dit verhaal. De heer Brinks (weth.): Het college neemt de complimenten in dank aan en wij zullen dit ook aan de betrokkenen door geven. Ik denk dat mevrouw De Pree heel kort aangegeven heeft wat het belang van deze nota is, ook in het kader van het totale beleid van de gemeente Leeuwarden in de richting van activering en dergelijke. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 7 (bijlage nr. 158). De Voorzitter: Aan de orde is MUP-evaluatie 1997 en MUP- planning 1999. Mevrouw Inberg: Wij hebben in de commissie ook al gezegd dat de evaluatie en de planning aan de hand van de evalua tie twee dieptepunten en twee hoogtepunten kent. De hoogtepunten zijn energie en duurzaam bouwen. Voor ener gie hebben wij zelfs internationale prijzen gekregen, daar voor wil ik nog eens de complimenten aan de dienst geven. De twee dieptepunten zijn afval en de gemeentelijke interne milieuzorg. Voor wat betreft de gemeentelijke interne mili euzorg is er nu een coördinator aangesteld om de zaak los te trekken, zo hebben wij begrepen, zodat ook het gemeente lijk apparaat dan een voorbeeldrol kan spelen. Dat houdt dus dan ook in dat wij voortaan verschoond blijven van die

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1998 | | pagina 47