Blad 10 Verslag van de begrotingsvergadering van 2 november 1998 Stedelijk investerings- en ontwikkelingsfonds in het leven te roepen. Aangekondigd wordt tevens om pas in het voorjaar van 1999 daaromtrent met concrete voorstellen te komen. De CDA- fractie staat positief tegenover het instellen van het fonds, maar vindt wel dat er vanaf het begin duidelijk ge formuleerde criteria voor besteding van de gelden moeten komen. Zelf hebben we nog geen gedetailleerde uitwerkingen. Maar een paar hoofdaccenten willen we nu wel hebben bespro ken en vastgesteld. Ik noem, wat ons betreft, een aantal hoofdcriteria - We vinden dat het om investeringen met een langdurig ka rakter moet gaan. - Investeringen moeten ook een duurzaam karakter hebben. Denk in dit verband aan milieu. - De investering moet rendabel zijn. Niet alleen finan cieel, maar ook in andere zin. Het maatschappelijk rende ment moet, om het zo maar eens te noemen, aantoonbaar zijn. - De investering moet meetbaar zijn in termen van product en effectiviteit. Jaarlijks moet er een evaluatie plaats vinden aan de hand van vooraf opgestelde criteria. - Investeringen zouden een aanjaagfunctie moeten hebben. Geld met geld maken. - Cofinanciering. Uitgangspunt zou daarbij moeten zijn dat eigen geld minimaal een multiplyeffect heeft van 50%. - Onttrekkingen uit het fonds zouden moeten worden toege spitst op de kernthema's of kernproblemen, zoals u wilt, van deze gemeente. Ik noem: herstructurering van de woningvoorraad; de werkgelegenheid en de daaraan gekoppelde proble matiek van de werkloosheid; de verbetering van de infrastructuur in en rondom de stad; het definitief oplossen van de problematiek van het achterstallig onderhoud; projecten die bepalend zijn voor de toekomstige structuur van de stad voor de pakweg de komende 25 jaar. - Er moet een ondergrens worden gesteld voor de bedragen/ investeringen welke uit het fonds worden gehaald. Het gaat immers te allen tijde om grote majeure projecten. Graag willen we hieromtrent een duidelijke reactie van het college en indien nodig komen we hieromtrent met een motie in tweede termijn. Onderhoud De CDA-fractie is natuurlijk ingenomen met de f 1,2 miljoen die wordt uitgetrokken voor het onderhoud. Toch is dat bij lange na niet voldoende. Het ontbreekt ons als raad nog steeds aan het volgende: - Waar besteden we het nu allemaal echt aan? Blad 11 Verslag van de begrotingsvergadering van 2 november 1998 - Wat gaat er structureel nu allemaal zichtbaar en tech nisch verbeteren? Tot nu toe geeft het allemaal een wat onbevredigend gevoel. Daarom verzoeken we het college een voorstel te ontwikkelen voor de raad, nog te bespreken ruimschoots voor de Perspec tiefnota van volgend jaar, waar niet alleen de tot nu toe beschikbaar gestelde bedragen op een rij worden gezet, maar waarbij ook het bedrag van f 6 a 8 miljoen in wordt ge noemd, wat het college steeds noemt wanneer het gaat om het definitief wegwerken van het achterstallig onderhoud. Wij beseffen dat zo'n operatie niet kan worden uitgevoerd in één jaar. Het zal dan ook moeten gaan over een meerjaren perspectief, wij denken aan een termijn tot uiterlijk 2003. In dat meerjarenperspectief zal dan moeten staan hoe het onderhoud in die jaren op het gewenste niveau kan worden gebracht. Let wel: we hebben het dan alleen nog maar over het inhalen van de achterstand. Het college schrijft zelf in de risicoparagraaf dat er sprake is of kan zijn van kapitaalvernietiging en dat moet ten koste van alles worden voorkomen. Samenvattend wat dit onderdeel betreft: We verwachten nu van het college de toezegging dat het voorstel er komt bin nen de door ons geformuleerde termijn, met daarin opgenomen een duidelijk plan voor de komende 3 a 4 jaar om zodoende (verdere) kapitaalvernietiging te voorkomen. Wvg-gelden Het voorstel omtrent overheveling van Wvg-gelden ten bate van de Algemene Reserve is door het college teruggenomen. De CDA-fractie is daar blij mee, omdat het voor ons onmoge lijk was om in zo'n kort tijdsbestek daaromtrent verant woord te kunnen beslissen. Het lijkt ons beter dit opnieuw aan de orde te stellen bij de volgende PerspectiefnotaIn tussentijd kan dan worden nagegaan of het geld daadwerkelijk moet worden overgeheveld naar de Algemene Reserve en of bijvoorbeeld de zogenaamde eigen bijdrage in relatie tot de omringende gemeenten moet worden heroverwogen of bijgesteld, of de wachtlijstenpro- blematiek in de gemeente Leeuwarden voor een beperkte peri ode moeten worden aangepakt. Zo zou ik nog wel een aantal voorbeelden kunnen noemen. Overleg met het Wvg-platform is daarbij onontbeerlijk. Hierdoor daalt de Algemene Reserve onder het afgesproken bedrag. Wellicht kan, voor de korte termijn, hiervoor even gebruik gemaakt worden van de Frigem-gelden Het Kalverdijkje De CDA-fractie wil tijdens deze begrotingsbehandeling toch een paar woorden wijden aan de problematiek van Zwembad het Kalverdij kj e

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1998 | | pagina 6