Blad 8
Verslag van de raadsvergadering van 23 november 1998
zelfs aan de gemeenteraad. Want stel je voor, een gek virus
breekt uit en iedereen van die commissie zou raar beginnen
te doen, dan moet je natuurlijk ergens kunnen melden dat er
iets niet deugt. Waar kan ik dan terecht?
Daarop aansluitend, de secretaris van diezelfde commissie
wordt in de verordening voor de behandeling van de beroep
en bezwaarschriften bij artikel 4 door de verordening om
schreven als zijnde aangewezen door b. en w. Verder wordt
er nergens iets naders omschreven van de secretaris.
Mijn tweede vraag is wat is zijn inbreng tijdens hoorzit
tingen?
De Voorzitter: Ik stel u voor dat wij de vragen schrifte
lijk zullen behandelen. Dat lijkt mij verstandiger dan dat
wij u nu hier een fragmentarisch antwoord geven. Het gaat
om de juridische context waarin de beide commissies werken.
U stelt misschien een eenvoudige vraag, maar vaak ligt de
waarheid wat ingewikkelder. Wij denken dat het verstandig
is dat wij zorgvuldig en met alle regels die van toepassing
zijn dit op papier zetten en dan krijgt u dat toegestuurd.
Punt 2
Er wordt geen gebruik gemaakt van het Vragenhalfuurtje voor
raadsleden
Punt 3
De notulen van de raadsvergadering van 7 september 1998
wordt ongewijzigd vastgesteld.
Punt 4
Rondgezonden mededelingen.
Sub A.
Deze brief wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub B.
Het Jaarplan 1999 Politie district Midden Friesland wordt
voor kennisgeving aangenomen en wordt besproken in de Com
missie Openbare Orde d.d. 1 december 1998.
Sub C en D.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w.
Punt 5 (bijlage nr. 180) is afgevoerd.
Blad 9
Verslag van de raadsvergadering van 23 november 1998
Punt 6 (bijlage nr. 182).
De Voorzitter: Aan de orde is Voorbereidingsbesluit ex
artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke ordening voor
het gebied, begrensd door de Julianalaan, de Suriname-
straat, de Curagaostraat en de Antillenweg in Leeuwar
den
Mevrouw Inberg: Mijn fractie heeft een voorbehoud gemaakt
in de commissie ten aanzien van dit voorbereidingsbesluit.
Wij komen daarop terug, omdat toch de wijzigingen voor het
toekomstige bestemmingsplan niet dermate groot zijn dat je
in redelijkheid op het voorbereidingsbesluit terug kunt ko
men, hoewel wij wel onze bedenkingen blijven houden bij de
plannen zoals die neergelegd zijn. Ik wil dit toch nog
eventjes uiten, want wij hebben de grote lijnen gepresen
teerd gekregen in de commissie en die waren inderdaad wel
erg groot. Wij hebben nog niet een indruk gekregen van de
eenheid die voorgesteld wordt met het schooleiland (cam
pus) Op zich een heel leuk idee. Maar er is ons helemaal
niets bekend hoe de gevelwand aan de Julianalaan er uit
komt te zien. Wij hebben tot nu toe een indruk gekregen van
stukjes die aan elkaar gebreid moeten worden in de loop van
de tijd. Het enige waar wij op af kunnen gaan is het bouw
plan aan de Antillenweg, waarmee wij in dit geval ook ak
koord gaan. Het is een beetje een dubbele constructie, je
gaat met het bouwplan akkoord en je gaat met het voorberei
dingsbesluit akkoord. Wij hechten er aan om dit toch even
neer te leggen, want wij vrezen dat wanneer het doorgaat in
de trend van het bouwplan A3, dat het dan inderdaad weer
een constructie wordt met veel glas en aan elkaar breien.
Wij hebben ook in de commissie al bezwaren geuit tegen de
duurzaamheid van dergelijke constructies. Wij hebben veel
toestanden gehad met glazen wanden. Wij hadden gehoopt dat
de bouwplannen ook op die voorwaarden getoetst werden, zo
als wij dat ook in een beleidsnotitie neergelegd hebben.
Daar hebben wij nog niks van kunnen zien. Wij willen nu
niet het voorbereidingsbesluit verder frustreren, maar wij
willen wel graag bij volgende bouwplannen in dit gebied be
ter voorgelicht worden.
De Voorzitter: Mevrouw Inberg heeft deze opmerkingen ook in
de commissie gemaakt. Ik moet zeggen dat ik dat wel kan
billijken, omdat als je kijkt naar de samenhang en de ar
chitectuur van de gebouwen, dan kwam daarin onvoldoende tot
uitdrukking hoe die er uiteindelijk uit zal zien. Tegelij
kertijd hebben wij de architect ook laten toelichten wat
zijn filosofie eronder is om u voldoende indruk te geven
van de kwaliteit die daar beoogd wordt te bereiken. Dat sa
men met het feit dat de verdere bouwplannen nog aan de com
missie worden voorgelegd, vonden wij dat er voldoende ze
kerheid zou zijn om ook nu met het voorbereidingsbesluit
akkoord te gaan. Er zijn aan de ene kant voldoende moge
lijkheden om nog in te schieten op wat er uiteindelijk uit
komt en aan de andere kant toch de voortgang ook bewaken.
Ik heb begrepen dat dat standpunt van het college ook door