Blad 58
Verslag van de raadsvergadering van 14 december 1998
De heer Brinks (weth.): Naast een paar korte opmerkingen
wil ik vooral ingaan op de beide moties.
Een korte opmerking in de richting van de heer Feddema,
mailing alleen naar de doelgroep, dat doen we ook, dat le
vert dan meteen voor mevrouw De Haan ook een oplossing op.
Als men een brief heeft gekregen, heeft men ook recht op de
korting. Dan hoeven er geen moeilijke dingen uitgezocht te
worden of wat dan ook. Juist dan is die korting ook heel
direct beschikbaar. Ik neem aan dat daarmee een groot aan
tal bezwaren van mevrouw De Haan is weggenomen.
(Mevrouw De Haan: Mag ik even vragen hoe u aan die 14.000
personen komt, want dat schijnt de doelgroep te zijn.)
Er is een berekening gemaakt van het aantal mensen dat op
of rond het minimuminkomen zit. Het gaat dan niet alleen om
een uitkering via de algemene bijstand van Sociale Zaken.
Het gaat ook om mensen met een WAO-uitkering. Het gaat ook
om mensen met een AOW-uitkeringHet gaat zelfs om mensen
die regulier aan het werk zijn en niet een volledige baan
hebben. Het gaat dus om een grote groep. Daar is een schat
ting van gemaakt. Er is een bureau dat tegen ons gezegd
heeft dat die schatting heel goed is. Wij kunnen door op
een slimme manier gebruik te maken van bekende gegevens,
ook 95% van die doelgroep bereiken, dus aanschrijven. Dat
betekent dat we die doelgroep in ieder geval voor 95% aan
schrijven. Voor de rest zetten we een advertentie in buurt
en wijkblaadjes, maar ook in Huis-aan-Huisom er voor te
zorgen dat zo breed mogelijk bekend is dat deze regeling
ingevoerd gaat worden. Het zijn trouwens zaken die u ook na
heeft kunnen lezen in de beschikbaar gestelde documentatie.
In de richting van meneer Van Olffen, afspraken met leve
ranciers van witgoed. Het lijkt dan een soort categorale
regeling te worden. We komen nog met nadere voorstellen,
dan zullen we dit meenemen. Wat ik wel als een beetje een
negatief element er in vind, is dat je enerzijds mensen be
perkt in hun keuze van leveranciers. Je moet afspraken met
één of twee leveranciers maken vanwege de grote hoeveel
heid, zodat je echt korting kunt krijgen. Het tweede is dat
het stigmatiserende er wel altijd aan blijft. Mag ik zo'n
mooie koelkast of dat mooie fornuis van je. Dat zijn twee
elementen die ik er negatief in vind, maar we zullen daar
later op terugkomen.
Nog een opmerking in de richting van de heer Feddema, 130%
bruto is 105% netto. Dat weten we, vandaar we in deze rege
ling rekening houden met een netto-inkomen, dat is die
105%. Diegene die 130% verdient, komt ook voor deze rege
ling in aanmerking als hij netto, na belastingaftrek, 105%
overhoudt
Blad 59
Verslag van de raadsvergadering van 14 december 1998
Dan de beide moties.
De eerste motie daar heb ik eigenlijk één opmerking over.
Die opmerking gaat over de tweede overweging en over het
laatste gedeelte van het besluit. In de tweede overweging
daar staat: Mat er een tekort of overschot van dat be
schikbare bedrag naar het volgende jaar wordt overgehe
veld' Dat is niet de lijn zoals wij die hier in onze ge
meente afgesproken hebben voor wat betreft het financieel
beleid. Ik verbaas me een beetje over de bijdrage van mijn
heer Van de Brug, die zegt: wij zijn er wel voor om geld
wat we niet uitgegeven hebben door te schuiven naar een
volgend jaar. Dat is niet de beleidslijn zoals we hebben
afgesproken. Wat we afgesproken hebben in deze raad is dat
geld wat overblijft terug gaat naar de algemene middelen,
geld wat tekort is komt uit algemene middelen. Je kun zeg
gen, een tekort vullen we aan, een overschot laten we te
rugvloeien naar de algemene middelen. Daar hebben we niet
het fonds voor nodig, dat zijn juist onze algemene midde
len. Dus de overweging klopt niet, want we doen het niet
zoals het hier staat. Dat betekent eigenlijk dat de laatste
zin van het besluit in feite niet kan. Ik heb vanuit het
college niet de vrijheid om te zeggen, kom laten we dat
maar doen, de overheveling van het budget naar een volgend
jaar. Wat ik wel in de commissie heb aangegeven - dat zegt
iets over die open einderegeling of niet - is waarom we het
bedrag geraamd hebben zoals we het geraamd hebben. Er is
uit onderzoek in Groningen, die een kortingssysteem heeft
waarbij men mensen rechtstreeks aanschrijft, gebleken dat
ongeveer 25% van de doelgroep gebruik maakt van de rege
ling. Vandaar dat wij gezegd hebben, laten we dat als ra
ming opnemen. Ik heb gezegd, zoals de heer De Jong al aan
gegeven heeft, op het moment dat er meer geld bij moet, be
tekent dat niet dat we zeggen, pas als het geld op is gaan
we met een voorstel komen in de richting van de raad om
eventueel er wat bij te leggen. Dat gaan we natuurlijk in
de loop van dat jaar al doen. Op het moment dat we tekort
komen, komen we bij u terug. Vandaar ook dat ik denk dat
het laatste gedeelte van het tweede besluit niet opgenomen
zou hoeven worden.
Voor de rest heb ik, eerlijk gezegd, geen problemen met de
motie
De tweede motie, als ik die zo mag interpreteren dat we bij
de resultaten en conclusies van het onderzoek naar de ar
moedeval onder andere meenemen, of je dan niet eventueel
tot een verhoging van het percentage moet komen of dat je
misschien met een versnelling van het gebruik van de rege
ling moet komen, dan heb ik aan de twee motie geen behoef
te, want die hebben we daarmee eigenlijk geïncorporeerd in
de eerste.