Blad 68 Verslag van de raadsvergadering van 14 december 1998 het College van Burgemeester en Wethouders wordt ge acht dit aan het Kabinet kenbaar te maken; en gaat over tot de orde van de dag." De motie is ondertekend door mijzelf en de heer Kalsbeek namens de SP-fractie en de heer Roekiman van de PAL/GroenLinks-fractie Daarnaast nog over 30% uitstroom WW waar in het rapport sprake van is. Ik heb ondertussen begrepen, wat ik ook in de commissie heb gevraagd, dat het inderdaad 15% moet zijn en dat het een fout in het rapport is. (De VoorzitterDe motie maakt deel uit van de beraadsla gingen De heer Van Olffen: Ik heb in de commissie een aantal vra gen gesteld met betrekking tot de post 'oninbare posten' Ik wilde graag weten wat het karakter was. Ik had gedacht dat we die informatie voor deze raadbehandeling zouden krijgen. Ik neem aan dan we hem nu in de commissie krijgen Ik wil met betrekking tot dat punt, indien noodzakelijk daar in de commissie eventueel nog een discussie over voe ren, mocht die rapportage daartoe aanleiding geven. Ik wil nogmaals aan het college vragen om die informatie te krij gen en zonodig te agenderen bij een commissievergadering. De heer Roekiman: In het Beleidsplan 1999 Uitvoering Alge mene bijstandswet staan twee thema's centraal. Op hoofdlij nen wordt aandacht besteed aan de kwijtschelding en terug vordering en invordering van onverschuldigde betaalde uit kering en de wettelijke verplichting om een cliëntenparti cipatie in te voeren. De fractie van PAL/GroenLinks kan in stemmen met de voorstellen van het college ter zake. Voor het overige wachten wij de uitwerking inzake de kwijtschel ding van de schulden en cliëntenparticipatie af. Uit het eerste jaarrapport Armoede en Sociale uitsluiting blijkt dat 4 tot 5% van de Nederlandse bevolking een inko men heeft onder het sociaal minimum en dat één op de vijf en twintig huishoudens onder de armoedegrens verkeert. Een gegeven is ook dat de woonlasten en de lokale heffingen de laatste jaren sterk zijn gestegen. Vooral de woonlasten drukken in verhouding zwaar op het budget van de laagste inkomensgroep. Jaarlijks krijgen circa 100.000 huishoudens te maken met beslaglegging op hun inkomen en ongeveer 6.000 met huisuitzetting. Circa driekwart van de beslaglegging betreft sociale uitkering, met name bijstandsuitkering. Volgens Divosa is de verhoging van de bijstandsuitkering met minimaal 5% noodzakelijk. Blad 69 Verslag van de raadsvergadering van 14 december 1998 De fractie van PAL/GroenLinks heeft naar aanleiding hiervan een initiatiefvoorstel ingediend op 17 februari 1997 en heeft de raad, op grond van de door de PAL/GroenLinks- fractie ingediende motie, het college opgedragen het kabi net kenbaar te maken dat het noodzakelijk is de minimumuit kering substantieel te verhogen, zodanig dat de koopkracht daardoor toeneemt. De financiële positie van de mens met een uitkering is tot op heden niet verbeterd. Het sociale minimum is achterge bleven bij loonwerkenden en te laag om fatsoenlijk van te kunnen leven. Het is de taak van de rijksoverheid om hier iets aan te doen. De FNV, Raad van Kerken, CDA en Groen- Links landelijk, hebben er bij de minister op aangedrongen het sociaal minimum te verhogen en doen een oproep om deze actie te steunen. Armoede staat op dit moment hoog op de politieke agenda in Den Haag. Al met al genoeg reden voor de fractie van PAL/GroenLinks om de motie van de SP-fractie te steunen. Daarmee vragen we de raad om het college nog maals op te dragen de oproep tot verhoging van het sociaal minimum te ondersteunen en kenbaar te maken bij het Kabi net De heer Stoker: De motie van PAL/GroenLinks in 1997 is, dacht ik, vrij breed ondersteund, niet geheel. Moet dat een structurele zaak worden of zo? Dit is een herhaling van zetten. Het lijkt mij overbodig om er elk jaar zo'n motie heen te sturen. De heer Van Mourik: Wij waren, bij mijn weten, een van de weinige partijen die de motie van 1997 niet hebben onder steund. We vinden dit een vorm van oneigenlijk getuigenis politiek, die op dit moment niet waargemaakt kan worden. Wij zullen dan ook nu niet deze motie steunen. De heer P. Jong: Ik beperk mij tot de motie, want de rest hebben we in de commissie uitvoerig uitgediscussieerd. Ik ben het met de heer Stoker eens, als je dit elk jaar gaat doen, krijg je een soort inflatie van moties en dan helpt het allemaal niet meer. Ik denk dat het veel verstan diger is, dat je via je eigen politieke kanalen daar de no dige aandacht voor vraagt. Ik moet u zeggen dat ik op dit moment geen enkele behoefte meer heb aan deze motie, dan wordt het uiteindelijk getuigenispolitiek. Daar schieten we niks mee op. Het gaat er om dat die zaak op landelijk ni veau geregeld wordt, daar hebben we allemaal onze kanalen voor De heer Wijmenga: Ik beperk me ook tot de motie. Door ande ren is al opgemerkt dat vorig jaar een dergelijke motie ook

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1998 | | pagina 35