Blad 22
Verslag van de raadsvergadering van 15 maart 1999
De Voorzitter: Aan de orde is Vaststellen Plan van aanpak
uitvoering Binnenstad Nieuwe Stad 1999 en beschikbaar stel
len van het krediet voor de uitvoering van het jaarprogram
ma 1999.
Mevrouw Inberg: Wij hebben in de commissie nog een licht
voorbehoud gemaakt, omdat wij wat zorgen hadden over de
prioriteitstelling wanneer alle gelden niet rond mochten
komen. Er is een dekkingstekort van ongeveer f 900.000,-
waarvoor een doorschuiflijst is gemaakt. In principe zijn
wij het daarmee eens. Dat is een heel praktisch voorstel.
Maar dan nog blijft er een niet geheel harde toezegging van
Brusselse gelden, waarover in april een besluit valt. Dat
zal voor 1999 gaan over een bedrag van f 1,2 miljoen. Wij
hebben in de stukken niet concrete voorstellen gevonden dat
mocht de nood aan de man komen, wij die en die projecten
zuiniger gaan uitvoeren of temporiseren of wat er allemaal
maar mogelijke is, wanneer er iets bezuinigd moet worden.
Er staat alleen in het stuk dat wij voor de commissie had
den, dat was iets uitgebreider, dat men niet het project
voor herinrichting van Nieuwestad noordzijde wil laten ver
vallen, omdat dat ook met de winkeliers etc. is afgespro
ken. Die prioriteit kunnen wij ons voorstellen. Alleen wij
vinden het wel een beetje krap tijd worden wanneer wij dan
april, als wel of niet het besluit valt of de Brusselse
Efro-gelden er komen of niet, nog te besluiten welke onder
delen opgeschoven of vervallen moeten worden. Wij vragen u
om toch tijdig met een noodplan te komen. Wij kunnen wel
een kleine voorzet geven, wij zouden wat dat betreft de
proef met de hekjes wel willen laten vervallen en de hekjes
laten staan. Wij hebben in de commissie al gezegd dat die
vier trafo's ter waarde van f 0,5 miljoen wat ons betreft
ook een bespreekbaar item is.
Ik wou graag eerst even het antwoord van de wethouder over
het noodplan afwachten.
De heer Den Oudsten (weth.): Mevrouw Inberg heeft in de
commissie ook haar zorg hierover uitgesproken. Wij hebben
op dit moment geen noodplan, omdat wij denken dat het ver
antwoord is om die besluitvorming af te wachten. Wij hebben
wel toegezegd dat wij de uitgave niet zullen doen als wij
niet zeker weten dat wij het geld krijgen. Nu zegt mevrouw
Inberg dat zij eigenlijk behoefte heeft om voor die tijd te
praten over een noodplan, je moet het in ieder geval klaar
hebben op het moment dat het besluit komt. Ik wil daar nog
wel eens even naar kijken. Ik denk wel dat wij op dezelfde
type dingen terechtkomen als mevrouw Inberg nu noemt, de
trafo's en misschien nog een aantal andere dingen. De hek
jes is wat lastiger, omdat wij met de raad hebben afgespro
ken dat wij een proef met die hekjes zullen doen, daarvoor
Blad 23
Verslag van de raadsvergadering van 15 maart 1999
zijn ook die natuurstenen deklijsten inmiddels besteld, om
dat die parallel meegenomen worden bij het herstel van de
grachtmuren. Om nu bij voorbaat besluitvorming op dit punt
uit te stellen, lijkt mij een beetje ver gaan. Maar ik wil
toezeggen dat ik een aantal elementen er uit afzonder waar
van wij denken binnen het college dat als wij moeten be
knibbelen het daar in gaat zitten. Maar ik zeg niet toe dat
het de hekjes zullen zijn.
Mevrouw Inberg: Maar de wethouder kan dan natuurlijk wel
een prioriteitenlijst aan de raad voorleggen waaruit wij
kunnen kiezen op dat moment.
De heer Den Oudsten (weth.)Dat kan, alleen ik denk dat
het ondoenlijk is om dat voor die tijd te doen.
Stel als wij op 2 april a.s. horen (het zwarte scenario)
dat het Brusselse geld niet doorgaat, dan hebben wij binnen
een week daarna een plan bij de raad liggen over wat wij
moeten doen.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w., met inachtneming van de toezeg
ging van de wethouder.
Punt 14, 15 en 16 (bijlage nrs32, 33 en 26)
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
de voorstellen van b. en w.
Punt 16a (bijlage nr. 35).
De Voorzitter: Aan de orde is Machtiging om over te gaan
tot rentefixatie.
De heer Jacobse: Het is een hele begrijpelijke gang van za
ken dat in een aantal spoedeisende gevallen het gemakkelij
ker is de senioren even bij elkaar te roepen dan een hele
raadsadviescommissie, want de raadsadviescommissies zijn
inmiddels van een dusdanige omvang dat dat niet zo gemakke
lijk is. Aan de ander kant is het wel iets dat steeds vaker
gebruikt wordt. Ik vind wel dat je dan ook de Verordening
op de raadsadviescommissies daarop zou moeten aanpassen,