Blad 18
Verslag van de raadsvergadering van 17 mei 1999
een der genoemde ministers de verantwoordelijkheid draagt,
hoe komt het dan in geval van een ramp met de uitwerking?
De Voorzitter: De heer Krol vraagt naar afstemming met de
omliggende gemeenten, daar is in de commissie ook even over
gesproken. Het is wel ambtelijk afgestemd, maar nog niet
bestuurlijk, dat gaat wel gebeuren. Het zou heel goed kun
nen dat, als die afstemming heeft plaatsgevonden, hier en
daar nog iets moet worden bijgesteld, maar voor zover dat
gebeurt, zal er ook uiteindelijk weer met de raad over ge
sproken worden. Wij vinden het wel noodzakelijk dat dat ge
beurt. Datzelfde geldt bijvoorbeeld ook voor een onmiddel
lijke aansluiting als het gaat om het rampenplan van bij
voorbeeld het vliegveld, wat niet onder onze verantwoorde
lijkheid tot stand is gekomen, maar wel heel erg goed in
haakt in het rampenplan hier.
Het tweede is dat het rampenplan alleen maar nut heeft als
er inderdaad ook geoefend wordt. Ik moet u zeggen dat ik op
dit moment niet precies weet hoe het oefenschema er uit
ziet. Maar het is zeker zo, zeker nu wij een nieuw rampen
plan gaan invoeren, dat er binnenkort oefeningen zullen
worden voorbereid. Mochten die oefeningen zodanige budget
taire gevolgen hebben dat het niet uit bestaande posten ge
dekt kan worden, dan zullen wij uiteraard bij de raad te
rugkomen. Overigens is het zo dat zeker de ambtelijke be
trokkenheid bij rampen en dus ook bij het oefenen moet wor
den geacht te behoren tot de normale taken, dus ook uit de
normale budgetten bekostigd behoort te worden. Mocht het
straks gaan om grootscheepse oefeningen, zoals wij die in
het verleden ook wel eens gehouden hebben, dan zal er een
budgettaire regeling voor moeten worden getroffen.
De vraag van mevrouw De Haan is in geen enkel verband tot
nu toe naar voren gekomen. Als het gaat om openbare orde en
veiligheid voor al die mensen die binnen het grondgebied
van de gemeente verblijven, dan is de eerste aangewezene
natuurlijk de burgemeester. Die geeft ook leiding aan het
crisisteam, om het maar even zo toe noemen. Het is natuur
lijk onbestaanbaar als het gaat om specifieke groepen inwo
ners, dat dan niet in nauw contact een afstemming plaats
vindt met de verantwoordelijken en zeker een speciale groep
zoals mevrouw De Haan die omschrijft. Dan zal er uiteraard
op ministerieel niveau contact plaatsvinden, waardoor ook
aansluiting wordt gezocht bij de rampenbehandeling die op
dat niveau plaatsvindt, want ook daar zijn natuurlijk een
aantal scenario's die klaar liggen, maar die gelden voor
het hele land en niet alleen voor Leeuwarden.
Aan de orde is de stemming.
Blad 19
Verslag van de raadsvergadering van 17 mei 1999
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w.
Punt 9 (bijlage nr. 55).
De Voorzitter: Aan de orde is Vaststellen vernieuwingsplan
en beeldkwaliteit Vlietzone.
Mevrouw Inberg: Wij waren met de herinrichting van het
Vliet akkoord, alleen voor wat betreft het beeldkwaliteit
plan, wat er naast gelegd is, waren wij niet akkoord. Nu is
onze vraag bij de raadsbrief in hoeverre er nog over het
beeldkwaliteitplan kan worden gesproken. In feite hebben
wij dat even in de commissie bekeken, maar het is een heel
uitgebreid plan. Er zitten voor diverse onderdelen van het
Vliet schetsen en foto's bij. Ik vond eigenlijk dat de be
handeling wat dat betreft vrij kort was in de commissie. Ik
heb ook begrepen dat het beeldkwaliteitplan nog een keer
terug zou komen in de commissie. Ik kan dat verkeerd begre
pen hebben. Graag zou ik nog wat uitleg willen hebben van
de wethouder hierover.
Op bladzijde 4 van de raadsbrief staat op de een na onder
ste alinea dat het beeldkwaliteitplan voor de terreinen
rond Van Duuren en de Erven Kolk (daar ging het ons met na
me in de discussie om) ruimer is dan het bestemmingsplan
dat daarvoor nu geldt. Naar verwachting, wanneer dit gebied
ontwikkeld moet worden, moet het bestemmingsplan aangepast
worden en dan biedt het beeldkwaliteitplan meer ruimte. Wij
zouden dat graag apart in de commissie willen bespreken,
omdat het met name gaat om die monumentale romp van de mo
len van Van Duuren. Dat is een zwaar discussiepunt. Het
lijkt ons dat dit niet in het grote geheel van het plan
moet verdwijnen. Het zou erg prettig zijn wanneer de wet
houder dat nog een keer apart op de agenda van de commis
siebehandeling zou willen zetten.
De heer Jacobse: In de commissie heb ik een voorbehoud ge
maakt bij dit punt. Wij hebben in de fractie daar zeer uit
voering over gesproken, met name geconcentreerd op twee on
derwerpen
Het eerste was het vervallen van de parkeerplaatsen.
Wat dat eerste betreft gaan wij uiteindelijk akkoord met
het voorstel. Daarmee houden wij de wethouder aan zijn toe
zegging dat het regulerend tarief zal zijn om lang parkeren
daar te voorkomen en dat het niet als een melkkoetje wordt
gebruikt