Blad 22 Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999 doen, tenzij daartoe aanleiding is. Toch wil ik nog een paar zaken aan de orde stellen. Allereerst het gebied. Wij zijn het eens met de concentratie van de prostitutie aan de Weaze Westzijde, maar - en dat heb ik ook al betoogd in de Commissie Bestuur en Middelen - wij vinden het gebied te uitgebreid en te uitgestrekt. Een inspreker is daar ook al mee gekomen. Wij zouden graag als grens willen zien de Ayttasteeg. Dus niet de gehele strook aan de Weaze Westzij de. De concentratie betekent op zich al een forse uitbrei ding en meer hoeft wat ons betreft niet, dat werkt alleen maar uitbreiding in de hand en dat vinden wij in ieder ge val niet onze taak. De VVD-fractie zal daar mede namens de CDA-fractie een motie over indienen. De inrichtingen op de Groningerstraatweg en in de Hee restraat moeten wat ons betreft binnen vijf jaar dicht. Het college was hier aanvankelijk ook voor, later niet meer. Zo hebben wij nu begrepen middels motivering dat de cliëntèle aan de Groningerstraatweg toch niet naar de Weaze gaat, terwijl de Weaze Oostzijde wel moet worden verplaatst. Ge lijke monniken, gelijke kappen vinden wij. Door dit type redeneringen lijkt het alsof wij ons min of meer gaan be moeien met de bedrijfsvoering. Dat kan toch niet de bedoe ling zijn? De CDA-fractie is ook voorstander van het formuleren van zodanige eisen dat de arbeidsomstandigheden van prostituees worden verbeterd, inclusief alles wat met gezondheid te ma ken heeft. Het is goed dat ook de GGD daarbij betrokken wordt of een andere dienst of instelling. Daarbij moeten wij wel bedenken wat onze taak is. Voorwaarden scheppen, kwaliteitseisen formuleren, vergunningen verlenen, prima, maar het kan niet zo zijn dat wij ons regelrecht bezig hou den met bedrijfsvoering en daar vervolgens ook nog subsidie voor betalen of anderszins financieren. Dat moet die be drijfstak zelf maar betalen, vinden wij. Dat betekent dus dat wij bij Perspectief 2001 niet zonder meer zullen in stemmen met voorstellen nieuw beleid omtrent dit punt. Alles staat en valt natuurlijk met de handhaving op dit ge bied. Ik ga ervan uit dat de politie frequent en regelmatig gaat controleren. Ik heb begrepen dat wij daar tijdens de eerstvolgende vergadering van de Commissie Openbare Orde en Veiligheid nog uitgebreid op terugkomen. Overigens vraag ik mij af wanneer die commissievergadering zal zijn. Wij gaan akkoord met het beleid zoals verwoord in de nota, met uitzondering van de omvang van het gebied, de situatie Groningerstraatweg - Heerestraat en de voorstellen omtrent Blad 23 Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999 het betrekken van de GGD bij het geheel, inclusief het zo genaamde huiskamerproject. De heer Van Mourik: In de Commissie Bestuur en Middelen is uitgebreid over deze nota gediscussieerd. Daarna is er aan vullende informatie verstrekt en is de raadsbrief op onder delen aangevuld. Ook heeft het college op één onderdeel zijn oorspronkelijke stellingname herzien, het gaat om de bordelen aan de Groningerstraatweg en de Heerestraat. De resterende discussiepunten wil ik in het kort even met u langslopen Handhaving. De wijziging van de Apv heeft een brede wer king. Alle activiteiten die de seksbranche raken worden vergunningplichtig gesteld, waarbij de vergunningverlening is gekoppeld aan een gebiedsaanwijzing, het zogenaamde con centratiegebied. De discussie over de consequenties voor de bestaande inrichtingen heeft zich helemaal toegespitst op de twee eerder door mij genoemde bordelen en een bordeel aan de oostzijde van de Weaze. In de commissie is door ons de vraag gesteld of tegen alle inrichtingen, die onder de brede begripsomschrijving vallen, zal worden opgetreden. Daar is toen eigenlijk geen goed antwoord op gegeven. Het typische is namelijk dat de huidige regeling en de ver schillende voorstellen het mogelijk maken, en het eigenlijk het college ook verplichten, om bijvoorbeeld wel krachtig op te treden tegen een seksbioscoop of een escortbedrijf en dat tegelijkertijd een levenslange vrijstelling op naam wordt gegeven aan een tweetal bordelen. Het is een beetje een technisch verhaal, maar op beide type bedrijven is de zelfde begripsomschrijving en vergunningplicht van toepas sing, maar er wordt een onderscheid gemaakt dat in juri disch opzicht mijns inziens moeilijk staande te houden zal zijn. Daar wordt met andere woorden een strakke regeling gegeven, maar in het laatste artikel wordt mijns inziens volstrekt willekeurig ineens gezegd 'maar het geldt niet voor Jantje en Pietje' en ik doel dan op de twee eerderge noemde bordelen. Daar komt dan bij dat bij het bordeel aan de Weaze Oostzijde juist heel strak aan de eis van vijf jaar wordt vastgehouden, hoewel dit bedrijf tegen het con centratiegebied aanligt en sommige andere inrichtingen in pure woonbuurten zijn gevestigd. Wij hebben moeite met dit onderscheid en vinden dat er duidelijkheid moet komen over de breedte van de handhaving en dat er een eenduidige over gangstermijn voor alle inrichtingen van vijf jaar moet ko men. Dan is er duidelijkheid en dan ook is er de kans dat er daadwerkelijk een concentratie zal optreden. Dus heel duidelijk de vraag: worden alle huidige bedrijven over de volle breedte van de branche aangepakt en gedwongen om naar het concentratiegebied te verhuizen? Als het ant woord ja is, dan is het onderscheid met de Groningerstraat-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 12