Blad 32
Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999
Het concentratiegebied, dat zich concentreert aan de west
zijde van de Weaze, wij hebben in de commissie al aangege
ven dat wij hiermee instemmen.
Wat de tippelzone betreft vinden wij vooralsnog, net zoals
het college dit voorstelt, dat men niet een officiële tip
pelzone zou moeten instellen. Dit gezien het geringe aantal
prostituees dat tippelt en de mogelijke aanzuigende wer
king, die een officiële tippelzone zou kunnen hebben.
Dit brengt ons bij het punt handhaving. Wij vinden dat er
strikt gehandhaafd moet worden op zaken die niet legaal
zijn. Dit betekent dat straatprostitutie niet geoorloofd is
en dat stelt hoge eisen aan het handhavingsbeleid.
Verder betekent dit dat wij ook geen gedoogsituaties meer
in stand willen houden, behalve dat wij ons kunnen vinden
in het collegevoorstel om de huidige inrichtingen aan de
Groningerstraatweg en Heerestraat de mogelijkheid te geven
om hun bedrijf op deze plaats te kunnen voortzetten en
hierop het uitsterfbeleid toe te passen. Wij beseffen wel
dat dit niet helemaal strookt met onze opvattingen over het
gedogen, maar wij zijn het met het college eens dat deze
bedrijven veelal andere doelgroepen bedienen dan die geves
tigd zijn in het concentratiegebied Weaze Westzijde. Wat
voor ons ook van belang is, is het feit dat omtrent deze
panden bij de politie geen overlastmeldingen bekend zijn.
Op het moment dat deze panden wel overlast veroorzaken, zal
hierop gehandhaafd moeten worden, met als mogelijke gevolg
dat de exploitatievergunning wordt ingetrokken.
De Voorzitter: In zijn algemeenheid hebben wij bij dit be
leid de modelverordening VNG en de adviezen van de mr. De
Graafstichting, de stichting die zeer betrokken is bij de
prostitutie, als uitgangspunt genomen. Als uitgangspunt is
derhalve gehanteerd zoveel mogelijk aansluiten bij de be
staande situaties, dit om te voorkomen dat we teveel ver-
huisbewegingen krijgen, teveel onrust, teveel overlast.
Daarmee zoveel mogelijk aansluiten bij bestaande situaties.
Dan hebben wij het niet over de panden die vandaag een bor
deel zijn en morgen weer wat anders, maar hebben wij het
over de situatie die ons bekend was op het moment dat wij
deze nota schreven. Ook in de nota staat over welke panden
wij het niet hebben en die dus ook niet vallen in die over
gangssituatie van die vijf jaar, doodeenvoudig omdat ze op
het moment van beschrijven niet die functie hadden. Die mo
gen daar dus ook niet die functie in de toekomst weer aan
gaan brengen of voortzetten, mocht dat al de afgelopen we
ken gebeurd zijn. De Groningerstraatweg en de Heerestraat
horen dus bij de bestaande situatie, waarvan niemand op dit
moment overlast heeft
Blad 33
Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999
Ik denk dat er al zo ongeveer twaalf-dertien jaar discussie
is in de Tweede Kamer om dat bordeelverbod op te heffen,
dit uit het Wetboek van Strafrecht te halen, het een gewoon
bedrijf te laten zijn met arbeidsomstandigheden en dus ook
met controlemogelijkheden en te gaan werken, met een ver
gunningenstelsel en die bevoegdheid aan de gemeenten te ge
ven omdat die de lokale situatie het beste kennen. Het is
een groot goed, ik denk dat het historisch mag heten, dat
wij vanavond dit doen. Wij proberen dus een beleid vast te
stellen waar wij niet volgende week weer op terug moeten
komen, een beleid voor de toekomst.
Dat betekent dat wij tot een aanwijzing van het concentra
tiegebied komen, waarvan inderdaad de discussie is of er
panden bij moeten aan de Weaze of dat je het alleen vast
stelt voor wat er op dit moment is. Het is een keuze om zo
veel mogelijk aan te sluiten bij de bestaande situatie, om
dat je pertinent niet wilt dat links en rechts - en zeker
niet in woonwijken - weer nieuwe situaties gaan ontstaan,
omdat waar een behoefte is, dit gaat ontstaan. Wij willen
enige ruimte geven aan de westzijde van de Weaze, omdat zo
mogelijk in de toekomst verbouwingen kunnen plaatsvinden.
Ons voorstel is om de kamertjes minimaal 5 m2 te laten
zijn. De heer Jacobse vraagt of het geen 6 m2 kan zijn,
maar die 5 m2 meer is dan in menige situatie nu. Dus een
duidelijke verbetering ten opzichte van de huidige situa
tie. Wij staan een beleid voor om dit met name op de bene
denverdieping te situeren. Er is een ontheffing mogelijk,
maar wij zijn voorstander van de benedenverdieping. Dat be
tekent dat als je uitgaat van de bestaande situatie en ze
ventig werkplekken, je uit kunt rekenen dat er enigszins
uitbreiding noodzakelijk is, wil je het aanbod van nu in
stand houden. Dus wij denken niet aan uitbreiding, alhoewel
het optisch wel zo lijkt, maar het is vanwege de voorwaar
den die wij stellen aan de grootte en de oppervlakte van de
bordelen
De Minister van Justitie heeft recent op 28 juli j.l. nog
een brochure uit laten gaan en stelt daarin heel duidelijk,
dat is denk ik van eminent belang als het gaat om handha
ving, wat onze gezamenlijke zorg is: 'illegale prostitutie
zal meer dan tot nu toe te duchten gaan hebben van opspo
ring en vervolging' Dat zijn landelijke afspraken bij het
gezelschap Procureurs Generaal en dat zijn afspraken die in
de driehoek voortgezet worden en staan. 'Deze bedrijfstak
(dan hebben zij het over de prostitutie) zal gezonder, vei
liger en transparanter gemaakt moeten worden'Dit staat in
officiële stukken van het Ministerie van Justitie. Daar is
geen onduidelijkheid over.
De handhaving, dan hebben wij het over het bestuursrecht,
wordt nu mogelijk gemaakt door onze besluitvorming, en dan
heb je het vervolgens over het strafrechtelijk optreden,
daar is dit bij van belang.