Blad 14
Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999
keerde wijze van uitoefenen van hun beroep op de Reperbahn.
Ik ben overigens bang dat dit weinig geholpen heeft.
Een ander leerzaam reisje was met de Commissie Stadsontwik
keling naar onder andere Maastricht om de parkeergarage on
der het Vrijthof te bekijken. Na een kort bezoek aan de
parkeergarage werd ook een lang bezoek gebracht aan de om
geving. Hoogtepunt was het meningsverschil tussen de wet
houder en een hoofdambtenaar. De strijd die verbaal van
zeer hoge kwaliteit was, werd uiteindelijk beslecht door
enkele forse rake klappen. Dat was wel het hoogtepunt van
het reisje, moet ik zeggen.
Heel goed herinner ik mij ook mijn eerste optreden in de
raad, toen onder voorzitterschap van de heer Brandsma, som
migen onder ons kunnen hem waarschijnlijk nog heel vaag
herinneren. Ik vroeg uiteraard heel schuchter, zoals dat
bij mij past, het woord en zei: 'u zult bij de stemming wel
horen hoe wij over dit onderwerp denken'Als door een wesp
gestoken schoot hij overeind en zei: 'als u niet meer te
zeggen hebt, krijgt u van mij niet weer het woord'
Ook uit die periode stammen de zogenaamde 'gezellige'
avondjes. Op een van die 'gezellige' avondjes werden de
raadsleden de hele avond bezig gehouden door de heer
Brandsma met een diaserie over de ontwikkeling in Indonesië
voor wat betreft de drinkwatervoorziening. Vanaf dat moment
ontloop ik alle diapresentaties.
Een kortere maar interessantere periode was het wethouder
schap. Ik zal uiteraard niet verklappen hoe het daar alle
maal precies toeging, maar wel heb ik in die periode een
bevestiging gekregen van wat ik eigenlijk wel wist, name
lijk een goed netwerk is onontbeerlijk voor het goed func
tioneren. Dat geldt uiteraard niet alleen voor een wethou
der, dat geldt ook voor de raadsleden.
Ook een belangrijke rol in die tijd speelden de secretares
ses en de bodes en last but not least de gemeentesecreta
ris. Daar heb ik veel respect voor gekregen, want hij moet
altijd maar schipperen tussen politiek en ambtenaar zijn en
dat is niet een geringe opgave.
Tot slot vraag ik mij af of het een verdienste is om zo
lang raadslid te zijn. Van sommige mensen mag het ook hele
maal niet. Maar ik vind het nog steeds heel interessant en
leuk en blijf het zeker deze periode nog doen.
Mensen allemaal hartelijk bedankt voor jullie reacties.
De heer Ten Hoeve: Ik wil ook nog graag even reageren, in
een andere zin denk ik dan Jan. Wij hebben dezelfde erva
ringen. Als je Jan zo hoort, denk ik het is vijfentwintig
Blad 15
Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999
jaar feest geweest. Er was soms feest, maar er was niet al
leen maar feest natuurlijk.
In de eerste plaats dank voor uw woorden, die doen mij
goed, ze roepen ook meteen reacties op. Ik moest aan het
spreekwoord denken 'Tiden hawwe tiden'U spreekt over de
zaak die ik toen aanspande over de Westerplantage, omdat de
stadsgracht daar vreselijk vernield werd. Ik dacht ook dat
dat moest. Nu vind ik het opvallend dat wij in die buurt
weer bezig gaan met de Hofsingel en ons afvragen of wij die
boel daar niet kunnen versmallen en de schutting er niet
weer uit kunnen halen. Zo zijn er meer dingen opvallend.
In die tijd speelde er een brug bij de Oldehove, waar heel
monumenten Nederland over te hoop liep, en nu komt Fons
Verheijen in één van de schetsen (welke overigens niet
doorgaat) met diezelfde brug te voorschijn.
Of, heel recent, de geschiedenis met de marktkooplui, een
zwaar beladen onderwerp, op de Voorstreek - Nieuweburen.
Die geschiedenis lijkt soms vergeten te zijn.
Dat was even door dingen die u zei.
25 jaar in de raad, daarvan wil ik ook beslist zeggen, dat
kan alleen als je in een goede fractie zit en het werk leuk
is. Met nadruk wil ik dat zeggen, want ik weet ook hoe het
in andere politieke gremia is, dat er soms heel veel ruzie
is. Ik heb echt het geluk gehad 25 jaar in een fantastische
fractie te zitten. Er zijn beslist moeilijke perioden ge
weest, maar niet eens zo veel. Het belang van de stad heeft
altijd voorop gestaan. Dat heb ik als heel waardevol erva
ren. Daarnaast mag het werk spannend zijn en soms ook emo
tioneel, maar het moet vooral ook leuk zijn en dat heb ik
die 25 jaar gevonden.
Ik wil nog even zeggen hoe het begon. Ik was niet lid van
de Partij van de Arbeid, dat ben ik nu al jaren. Toen ging
de demping van het Vliet spelen. Dat was een emotionele
zaak, waar de politiek ook een rol in speelde. Ik vind dat
nog altijd illustratief voor hoe besluitvorming tot stand
komt. Het Vliet, de laatste monumentale gracht in Nederland
die gedempt is. De Partij van de Arbeid organiseerde een
hoorzitting in Passe-partoutDaar kwamen al de Vlietsters,
die eerst zelf het Vliet hadden gedempt met oude matrassen.
Het stonk er vreselijk. Dat was een opstand, het Vliet
moest gedempt worden, als je daar zat kon j» er niet anders
over denken. Maar het groter belang van het historische ge
zicht dat daar was sneeuwde onder. De demping heeft plaats
gevonden en nu moeten wij weer met allerlei mogelijkheden
ik hoop dat dat goed komt - het Vliet herinrichten en als
verkeersweg is het Vliet aanstonds helemaal niet meer zo
van belang. Toen ik op die avond was - ik had kritiek -
dacht ik als je kritiek hebt moet je niet aan de kant blij
ven staan zeuren, maar moet je actief worden en proberen de