Blad 16
Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999
besluitvorming te beïnvloeden. Dat is de reden geweest dat
ik lid ben geworden en na een tijdje ook in de gemeenteraad
ben gekomen.
Ik noemde het woord 'zeuren', dat kunnen Leeuwarders heel
goed. Ik noem dat altijd het LeeuwardengevoelDat is voor
mij niet een positief gevoel. Een heleboel Leeuwarders zijn
wel trots op hun stad, ze kunnen de Oldehove niet missen,
maar ze zeuren ook altijd, 'sjantere' zeggen ze in Leeuwar
den. Vanmorgen nog op Omrop Fryslan over Sirkus Ljouwert.
'Mevrouw hoe vond u het?' 'Waardeloos, ik hew nog niks
sien, maar it is waardeloos'Dat is opvallend en ik wil
dat heel graag vervangen voor het Oldehovegevoel, zo noem
ik dat, trots wezen op je stad en dat ook uitstralen.
Dan het begin van de raad 25 jaar geleden. Jan heeft wat
anekdotes opgehaald. Voor mij begon het heel mooi, ik was
heel zenuwachtig, ik werd meteen fractievoorzitter. Moet je
nooit doen, ook nooit direct wethouder worden als je in de
raad komt, je moet eerst wat ervaring opdoen. Ik wilde de
eed afleggen, maar bleef er in hangen. Brandsma ging het
mij voorzeggen. Toen ik ging zitten bleef ik met mijn broek
achter de stoel hangen en die scheurde van boven tot bene
den open. Vlak daarvoor had wethouder Miedema tegen mij ge
zegd, ik was toen 28 jaar: 'Bist troud jonge, nee, moast
earst een wiif sykje en dan yn de polityk'
Inhoudelijk was er natuurlijk ook van alles aan de hand, u
hebt net het tijdsbeeld geschetst, al de dingen die er
speelden. Voor Leeuwarden was heel essentieel de situatie
rond de binnenstad. Al heel lang daarvoor was daar discus
sie over geweest en die vond zijn voortgang in 1974, waarin
je ook - Jan heeft dat beeld wat geschetst - een afwisse
ling van de wacht kreeg, de oude kanonnen als Vellinga, De
Leeuw, Binne Piet van der Veen, die fantastische ordedebat
ten hielden, verdwenen en er kwam een nieuwe generatie. Wij
kregen toen ook en ik denk dat dat essentieel is geweest
voor de stad, een omslag in het denken. De dempingen ver
dwenen van de kaart, de gruwelijke doorbraken, waardoor
niks van de stad over zou blijven, zijn weggepoetst. De
raad heeft toentertijd - ik geloof in 1976 - 22 moties in
gediend om die zaak te keren. Er kwam een omslag en dat
heeft naar mijn gevoel gemaakt dat Leeuwarden dat karakter,
waar wij trots op moeten zijn, één van de weinige steden
waar nauwelijks grote doorbraken hebben plaatsgevonden, dat
wij dat nog hebben.
Er waren veel spannende zaken, emotionele, leuke. Ik moest
ook even denken aan dat ik op een avond niet in de raad was
bij een grote vergadering, ik had schoolkeuze er moest voor
de kinderen uitgezocht worden naar welke school ze moesten.
Ik was doodmoe, ging naar huis, kleedde mij uit, zat in on
Blad 17
Verslag van de raadsvergadering van 13 september 1999
derbroek bij de tafel en nam een borreltje. Toen ging de
telefoon: je moet meteen komen, de stemmen staken 18-18. Ik
de kleren weer aan en hier naar toe. Joop ten Brug stond
een half uur te praten om de zaak gaande te houden. Toen ik
binnenstapte zei hij: nu kan ik wel ophouden. Toen konden
wij stemmen. Dat was één van de leuke voorvallen.
In al die jaren natuurlijk ook heel veel gezichten, dat was
ook heel aardig te zien op de foto die ik kreeg. Daarbij
moest ik nog even denken aan dat er heel veel wisselingen
zijn geweest, politieke partijen zijn wel eens bang dat er
te weinig doorstroming is. Maar heel illustratief vind ik
dat als je de raad van 1994 en 1998 vergelijkt er van de 37
raadsleden 20 die vervangen zijn. Dat is in één raadsperio
de 17. Dat vind ik fors, want ik vind het ook van belang,
ook door de dingen die ik net zei, dat er ervaringen blijft
in de raad - misschien hoeft dat geen 25 jaar - dat er ook
een geheugen is, dat je weet van de dingen die gespeeld
hebben
Ik wil nog een paar dingen noemen. Jan noemde het woord
'netwerken'. Dat verschil is er ook. Soms is er wel eens
wat mismuilend gesproken over netwerken. Maar ik denk dat
netwerken heel belangrijk zijn, niet in de sfeer van kliek
jes, maar raadsleden moeten naar mijn gevoel zitten in ver
enigingen, in besturen, zij moeten hun buurt kennen, zij
moeten de stad kennen. Het raadswerk is altijd om je heen
en dat is niet alleen in deze raadszaal of in de commissie
vergadering. Je moet de stad als het ware proeven. In die
zin zit het mij dwars - ik weet dat het wettelijk niet an
ders kan - dat 48% van onze ambtenaren buiten de stad woont
en niet die directe binding met de stad hebben, dat ze de
plaatselijke krant voor een deel niet lezen. Je moet in je
werk wonen, ik vind dat van groot belang, 48% vind ik veel
te veel
Ik wil ook de sociale kant noemen. Wij zijn met veel pro
jecten bezig, grote projecten, aansprekende projecten, dat
moet ook. Maar wij moeten ook niet de oude wijken, de schil
en de buurten van de rondweg vergeten. Dan doel ik met name
op de woonsituatie van mensen. Natuurlijk is Leeuwarden een
prachtige stad, als je over de Troelstraweg of de Span
jaardslaan loopt, prima allemaal. Maar het grootste deel
van onze mensen woont in andere woningen, in flats in Bil-
gaard, in Lekkumerend. Ik vind nog altijd de dagelijkse
leefomgeving het belangrijkste welzijnspunt, daar moet heel
veel aandacht op gericht blijven. Dat is op dit moment ook
zo
Laatste punt dat mij heel erg aan het hart gaat.
Leeuwarden is een unieke stad, Leeuwarden heeft identiteit,
Leeuwarden heeft karakter. Wij zijn met allemaal plannen