Blad 4
Verslag van de raadsvergadering van 18 oktober 1999
daarvan spreekt men heel diplomatiek over opvoeding. Verder
vind ik de brief te positief over het actief bevorderen van
arbeidsdeelname van alleenstaande ouders. Als men het zelf
wil, prima, maar het is niet de taak van de overheid hen
een duw in de rug te geven. Het gaat hier mijns inziens om
een keuze in de privé-sfeer.
Evenals de heer Jacobse vind ik dat we als raad moeten uit
spreken dat we geen gebruik maken van die dwangmogelijk-
heid, zoals wel in de oorspronkelijke motie stond.
Mevrouw Waanders: Wat ons betreft is dit een prima brief,
die ook tegemoet komt aan de opmerking die we vorige week
maakten over niet zozeer de strekking maar wel de rest van
de tekst, zoals die was ingediend door de SP-fractie. Ik
denk dat we moeten waken voor scherpslijperij, want anders
krijgen we nooit een tekst waarin de raad zich kan vinden.
Terwijl, neem ik aan, nog steeds iedereen zich wel kan vin
den in de strekking en die is ten opzichte van vorige week
onveranderd gebleven. Ik heb vorige week verwezen naar de
situatie dat een boel bijstandsvrouwen met kinderen onder
de vijf jaar in de Leeuwarder situatie nu nog in die cate
gorie vier zitten. De gemeente Leeuwarden is er alles aan
gelegen om die vrouwen toch te stimuleren voor een deel be
taald werk te gaan verrichten. Het accent ligt hier toch
enigszins op het stimuleren van bijstandsvrouwen om de ar
beidsmarkt weer te betreden, al dan niet na een opleiding,
dat ondersteunen wij. De plicht is er uit, wij zijn daar
een groot voorstander van, dat was ook de strekking van de
tekst van vorige week.
Tot slot zou ik het aardig vinden, ik denk dat daarmee ook
de SP-fractie recht wordt gedaan, dat in de inleiding van
de brief even wordt verwezen naar het initiatief dat door
de SP-fractie is genomen en dat deze actie daaruit is
voortgekomen
De heer Van Mourik: Ik heb vorige week namens mijn fractie
verschillende bedenkingen kenbaar gemaakt tegen de tekst
van de interpellatie zoals die toen op tafel lag. Het gaat
er kort gezegd om dat wij de plannen van staatssecretaris
mevrouw Verstand, om bijstandsmoeders met kinderen jonger
dan vijf jaar maximaal vier en twintig uur per week te la
ten werken, niet op voorhand willen veroordelen. Het zwaar
ste punt voor ons is dat een pauze van vijf jaar van de ar
beidsmarkt funest zal uitpakken op een ieders arbeidsper-
spectief. Ontwikkelingen gaan tegenwoordig zo snel dat een
pauze van vijf jaar gemakkelijk op een nog veel langere
pauze kan uitdraaien. Je kunt je zelfs afvragen of een kind
van zes, zeven, tien of twaalf jaar daarbij gebaat is.
Daar komt bij dat er nu al genoeg éénoudergezinnen zijn die
dit probleem zelf oplossen. Voordat we het weten zijn we
Blad 5
Verslag van de raadsvergadering van 18 oktober 1999
terug bij de situatie dat moeders wordt aangepraat dat ze
wis en zeker toch minimaal de eerste jaren moreel verplicht
zijn om thuis te zitten. Er wordt weliswaar gesproken van
een keuzemogelijkheid die moet worden geboden, maar gaat
die keuzemogelijkheid bijvoorbeeld ook zo ver dat iemand
die nu een redelijke baan heeft vrijwillig in de bijstand
kan gaan om voor de kinderen te zorgen? Dat zou volgens de
VVD-fractie geen goede zaak zijn en volgens ons werkt het
ook niet zo.
Voorop staat natuurlijk dat er mogelijkheden moeten zijn om
verantwoorde opvang buitenshuis te realiseren. Daar willen
wij ook graag aan meewerken. Ik zal verder mijn bijdrage
van vorige week niet herhalen. Ik heb toen gezegd dat wij
de brief van het college zullen afwachten. Die ligt er nu.
Sommige passages in de brief van het college spreken ons
aan, bijvoorbeeld de mogelijkheid om maatwerk te kunnen le
veren. Gelet echter op het feit dat de brief eindigt met
een principiële verwerping van de arbeidsverplichting, zo
als die nu in de concept-plannen is verwoord, zullen wij de
concept-brief niet onderschrijven. Ik zou u willen verzoe
ken mevrouw de voorzitter om dat gevoelen van mijn fractie
in de definitieve uitgaande brief kenbaar te willen maken.
De heer Wijmenga: We hebben de brief bekeken en we kunnen
daar in principe wel mee instemmen. Het geeft voor mensen
die dit niet willen de ruimte dat ze niet gedwongen worden
om te solliciteren. Aan de andere kant kun je de mensen die
wel willen helpen met de mogelijkheden die de gemeente ten
dienste staan. Ik ben het met mijn buurman, de heer Stoker,
eens dat het woord gezin in deze brief helemaal niet terug
komt, dat hebben wij vorige week in onze bijdrage ook heel
nadrukkelijk aangehaald als een van de belangrijke redenen
waarom wij eigenlijk tegen die sollicitatieplicht waren,
dat vind ik op zich jammer.
Een ander punt wat ik inderdaad ook wil aanhalen is dat als
je landelijk kijkt bijna alle gemeenten gebruik maken van
de vrijstellingsmogelijkheden. Ik vind dat we dat als ge
meente Leeuwarden ook zouden moeten doen en ons daarbij
zouden moeten aansluiten.
De heer P. de Jong: We hebben vorige week wat kanttekenin
gen gemaakt bij de tekst van de motie van de SP-fractie. Ik
constateer dat dit op zich een prima brief is. Er staat een
aantal passages in waar wij ons prima in kunnen vinden. Dat
bezwaar is wat ons betreft weg. De strekking is voor ons
ook helder, daar is geen wijziging in gekomen. Ik denk dat
dit getuigt van twee aspecten. Enerzijds verantwoordelijk
heid bij het individu leggen, anderzijds maatwerk leveren.
Dat zijn punten waar de VVD-fractie toch eens over na zou
moeten denken.