Blad 34 Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999 mogelijk medewerking te verlenen aan een bouwplan op het Zuiderplein wat zou moeten worden gerealiseerd op het punt waar nu nog die gevels staan. Ik heb al eerder toegezegd dat wij over dat plan nog even goed met de commissie in overleg zullen treden. Ik denk dat het op zichzelf nuttig is om in breder verband met de commissie nader van gedach ten te wisselen over - dat zou ergens in januari kunnen wat mij betreft - de wijze waarop wij in de toekomst omgaan met zaken als beschermd stadsgezicht, wat doe je nu wel en wat niet. Wij hebben daar een nadrukkelijke visie op. Wij denken dat het verstandig is, ik merk dat het in de stad heel erg leeft, om daar nog een nadere discussie met de raad over te voeren. Het college is graag bereid om dat uitgebreid te doen. Maar een time-out, zoals mevrouw Inberg dat voorstelt, zou ik toch willen ontraden. Mevrouw Uiterwijk Winkel: Op een aantal vragen heb ik toch nog geen duidelijk antwoord gekregen. Ik had een duidelijke vraag over een claim van de Friesland Bank. (De heer De Vries: Mevrouw de voorzitterik hoor deze vraag voor de derde keer en hij is voor de derde keer bevestigd. Hoe lang moet de wethouder doorgaan, vijf keer, tien keer of twintig keer. We houden elkaar aan het werk, dat heb ik al eens eerder gezegd.) Nee, ik heb nog geen duidelijk antwoord hierop gehad van de wethouder. Ik vraag geen antwoord van de heer Drewel maar van de wethouder. (De Voorzitter: Had u nog meer vragen die niet beantwoord zijn.) Ja, ik vraag me nog steeds af waar die tekening voor het bestemmingsplan nu veranderd is. Daar heb ik ook nog geen antwoord op gekregen. Dat vind ik ook erg belangrijk. Mevrouw Inberg: Ik vraag om een schorsing. De Voorzitter schorst om 21.15 uur de vergadering. De Voorzitter heropent cm 21.45 uur de vergadering. Mevrouw Inberg: Voor wij deze vergadering ingingen hebben wij in de fractie gezegd, het zal wel gaan om een soort tekstlezing en een uitleg van een tekst en elkaar pakken op woorden, dat moet je zo uitleggen en dat moet je zo uitleg gen. Ik wil daar niet te lang meer op ingaan. Maar ik wil toch één stukje uit de Hüs en Hiembrief voorlezen. In eerste instantie is Hüs en Hiem niet akkoord met het plan. Vervolgens, staat er dan: heeft de commissie in tweede instantie, met behoud van haar eerder ingenomen standpunt, het volgende overwogen: 'Indien de gemeente etc. (dan komt er nog een verhaal)uiteindelijk eindigt de brief dan met: 'binnen de door de gemeente gestelde rand Blad 35 Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999 voorwaarden kan dit plan dan ook niet tot een positief pre advies leiden'Dan kunt u toch niet in de raadsbrief stellen dat er consensus over is ten aanzien van Hüs en Hiem. Wij zullen die discussie niet opnieuw aangaan. Ik laat het inderdaad aan de voorlichting naar buiten toe over dat de burgers zelf kennis kunnen nemen van de standpunten hieromtrentWij hebben wat dat betreft ook overwogen nog een motie in te dienen om toch nog uitstel te vragen om kennis te kunnen nemen van alle informatie die hier is. Die is naar onze oprechte mening niet echt overal goed neerge legd. Wij merken dat er op dit moment niet genoeg draagvlak voor is. We zullen die motie niet indienen. Alhoewel we wel willen benadrukken dat wanneer de wethouder zegt, ik merk dat het leeft onder de bevolking, dat een eufemisme is want het is heus niet zo dat alleen een groepje die de grenzen van de democratie zoekt, zoals de heer Brouwer het zo mooi verwoordde, zich hier druk over maakt, het zijn veel meer mensen. Als hij oprecht zegt dat hij die discussie wel wil aangaan met de bevolking en wel wil praten over deze ingrepen, dan zou het hem inderdaad sieren wanneer hij zou zeggen: we gaan eerst die discussie aan en vervolgens gaan we over voorbereidingsbesluiten en ingrepen praten. Dan wil ik nog één punt toevoegen. De raad zegt dat er kwaliteit moet komen. Hoogte is onderdeel van die kwali teit. Wij vinden als D66-fractie dat dit in de bouwplannen mee moet worden genomen als een kwaliteitsargument. Niet die dubbelzinnige en voor dubbele uitleg vatbare kwalifica ties er in zetten. De heer Stoker: Ik heb begrepen dat de brief van Hüs en Hiem vooral zou slaan op een situatie waarin er sprake was van een eerdere schets. Nu is er een nieuwe architect aan het werk, er komt nog wat anders. Ik had de door mevrouw Inberg voorgestelde time-out zeer verstandig gevonden, vind dat nog. Ik denk dat gezien de situatie, de motie komt er niet, het het meest verstandige is om inderdaad zoiets pas te beoordelen als er een plan voorligt. Wat mij betreft, nu die motie over de time-out er niet komt, zal ik tegen dit voorstel stemmen. Mevrouw Van Ulzen: Ook wij waren even in verwarring. We hebben toch begrepen dat de architect - dat is een andere architect - nu aan de gang gaat met de randvoorwaarden. Dat commentaar wat geleverd is, met de opmerking van Hüs en Hiem, dat resultaat komt dan in de commissie. Er is op grond daarvan ons inziens geen probleem om nu een voorbe- reidingsbesluit te nemen, niets meer en niets minder.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 18