Blad 42
Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999
herinneren was dit ook de afspraak. De raad heeft destijds
de huisvestingsverordening vastgesteld met dien verstande
dat deze opnieuw in de commissie zou worden besproken. Dit
zou gebeuren op het moment dat de gemeente het beheer zou
krijgen over de GOA-middelen. Volgens mij hebben wij nu het
beheer van de GOA-middelen. Dit betekent dat de verordening
al eerder behandeld had moeten worden in de Commissie
Welzijn. Mijn fractie wil van de wethouder weten of dit
juist is. Zo ja, is het college het met ons eens dat de
Vrijheid de dupe is geworden van de verordening die niet
tijdig is aangepast? Is het college het met ons eens dat de
Vrijheid alsnog het recht heeft op de benodigde financiële
middelen voor de noodzakelijke aanpassing? Gaarne een
reactie van het college.
Mevrouw Inberg: De D66-fractie was het ermee eens dat er
een uitpandige ruimte, zoals dat zo mooi heet een gemeen
schapslokaal, zou komen tussen de oudere leerlingen en het
gebouw van de kleuterleerlingen. Dat is afgewezen, er komt
maar f 75.000,- voor de Vrijheid. Dan moet er een inpandige
gemeenschapsruimte worden gemaakt. Wij vinden dat heel
jammer, want ze hebben het heel erg nodig. Daar is al
genoeg op gewezen in de commissie etc. en in de inspraak.
Dus dat hoeven we niet over te doen. De heer Van Olffen
heeft in commissie al aangegeven dat er op een omgebouwd
toilet taalles gegeven moet worden aan een bepaalde groep.
Het is toch te gek dat we weer opnieuw moeten praten over
een gemeenschapsruimte en voldoende kleine ruimtes, waarin
al die extra activiteiten kunnen plaatsvinden.
Er is in de commissie door de meeste partijen een voorbe
houd gemaakt naar mijn idee, maar het verslag van de
commissie ligt er nog niet, ten minste ik kon het niet uit
de computer krijgen. In mijn herinnering zou mevrouw De
Haan nog eens kijken naar hoe die verordening in elkaar
stak en hoe ermee omgegaan kan worden op dit specifieke
punt. In het vragenhalfuurtje heeft zij aangegeven dat er
misschien wat ruimte zit, maar dat de school dan eerst nog
weer met een visie zou moeten komen en dar dat het bespro
ken zou moeten worden. Dan kan er weer dat traject van
mogelijke verbouw ingegaan worden. Dit is iets waar wij
steeds voor gewaarschuwd hebben, al toen er naar onze
mening de nog steeds foute locatiekeuze is gedaan van de
drie scholen in Bilgaard te houden. Toen hebben we gezegd,
als het dan gebeurt, zorg dan ook dat heel snel die verbou
wing plaatsvindt en dat de scholen eindelijk hun eigen plek
krijgen. Nu moet de Vrijheid opnieuw een visie neerleggen,
die ze naar onze mening al lang heeft, die in allerlei
papieren naar ons idee wel vastligt. Dan gaan we weer het
traject van vertraging in en dan duurt het weer een jaar
langer. Naar onze oprechte mening kan deze school dat niet
Blad 43
Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999
meer hebben. Ik zou toch willen vragen om af te zien van
een heel langdurig proces van over en weer praten, maar
gewoon die gemeenschapsruimte, die verbindende ruimte, toe
te staan en daar ruimte voor te zoeken en dat aan de raad
voor te leggen.
De heer Stoker: Wij hebben bij de commissievergadering op
dit punt geen voorbehoud gemaakt, omdat wij van mening zijn
dat je je aan de verordeningen moet houden. Ik herinner me
overigens heel goed dat bij het vaststellen van deze
verordening er is gezegd dat wijzigingen aan deze verorde
ning zouden worden voorgesteld na overleg met het onder
wijsveld zelf. Wanneer wij, hopelijk binnenkort, wijzigin
gen tegemoet zien, dan zou ik wel graag zien dat het ook op
die manier gebeurt. Ik denk dat je niet zomaar kunt afwij
ken van deze verordening. Dan kan elke school wel bij ons
op de stoep staan. Dan hebben we helemaal geen regels
nodig. Ik kan me heel goed voorstellen dat je zegt, er zijn
mogelijkheden in het kader van achterstandbeleid, maar dat
moet je eerst aanvragen en op papier zetten. Dat vind ik
heel logisch. Omdat, wanneer je in het onderwijsveldoverleg
gezamenlijk beslist over de voorzieningen die je zult
aanvragen, ook andere scholen zult moeten overtuigen. Dan
heb je een schriftelijke visie nodig, lijkt mij.
Wij stemmen in met het voorliggend voorstel.
De heer Boorsma: Het is in feite jammer dat de gemeente
hiermee wordt geconfronteerd. Het is natuurlijk ook het
gevolg van de decentralisatie van het Rijk naar de gemeen
ten, maar dit terzijde. Ik kan het betoog van de PvdA-
fractie steunen als het gaat om wat meer flexibiliteit en
een bepaalde starheid die in de verordening zit. Ik kan me
dat heel goed voorstellen. Anderzijds zit de gemeente nu
wel met deze verordening. Ik kan me wel iets voorstellen
bij de keuze die het college maakt. Kortom, dit is een
ontzettend lastig punt.
Er is een aantal hele relevante vragen gesteld. Ik ben zeer
benieuwd naar het antwoord. Ik vind wel, dat ben ik met de
D66-fractie eens, dat de problematiek van de school vrij
duidelijk is. Ik heb grote twijfels bij een bepaalde
precedentwerking die er vanuit gaat als je nu toezegt aan
de school dat wij hen wel kunnen steunen in het helpen
vinden van een extra ruimte en geld daarvoor. Ik denk dat
elk voorstel en elke toezegging, die je doet in die rich
ting, je op elk moment goed zal moeten kunnen onderbouwen.
Volgens mij valt het dan met die precedentwerking wel een
beetje mee.