Blad 48
Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999
maakt mij niet zoveel uit, alleen het aanpassen van de
verordening is. De wethouder zegt, ik komt in februari met
een aantal voorstellen, met ideeën daarover. Dan neem ik
aan dat het overleg moet gaan beginnen. Dat lijkt mij een
vrij tijdrovende zaak. Kan zij ook de zaak bespoedigen door
die GOA-middelen eerder in te zetten in overleg met de
school, als de schoolwerkplannen voldoende aanleiding geven
om een aantal elementen uit die middelen te honoreren? Dan
bied je al op korte termijn iets meer perspectief dan die
ellenlange overlegsituatie die we allemaal nog uit het
verleden kennen.
De heer Wijmenga: Ik ben blij met de beantwoording van de
wethouder op dit punt. Wij stemmen dan ook in met het
voorstel. We gaan er wel vanuit dat daar waar mogelijkheden
zijn om dat proces te versnellen, die dan ook te benutten.
De heer Boorsma: Zo kreeg ik onlangs eer. lot onder de neus
gedrukt, dat we geld konden geven om computers van een
school te financieren, de lagere school, dus in het ver
lengde van uw opmerking, dat vond ik een beetje een kwalij
ke zaak. Maar zo gaat het kennelijk tegenwoordig wel. De
school zit nu met een probleem en zij is wel degene die het
hier nu aankaart. Dat had wel of niet voorkomen kunnen
worden, daar kun je over discussiëren. Bij ons speelt de
gedachten van kun je dan niet voor deze school een eenmali
ge uitzondering maken. Haken en ogen zitten daaraan. Ik
vind wel dat alles wat de wethouder gezegd heeft zonet over
dat er wellicht toch nog mogelijkheden zijn voor de school,
op zich prima, maar ik pleit wel voor zo snel mogelijk een
goed constructief overleg op zeer korte termijn.
Mevrouw De Haan (weth. Maar even twee vragen combineren.
Er zit toch een hardheidsclausule in en had je dit nou niet
kunnen voorkomen? Ik denk op dit moment in ieder geval
niet, want als je een beroep wilt doen op die hardheids
clausule zal je ook een verhaal moeten nebben. Het hebben
van een aantal kinderen met zwaar gewicht, is geen goed
verhaal voor een verordening. Want dan krijg je de situatie
waarbij een andere school zegt, wij hebben dan weliswaar
niet 88%, maar wij hebben toch wel 30, dus bereken dan die
30 maar door of 20 of 10 of wat dan ook. Dus dat is niet
een goed verhaal om een beroep op te doen, er moet wat meer
liggen. Ik denk dat die school op een aantal terreinen daar
mee bezig is, maar het op een aantal terreinen ook nog moet
formuleren. Ik wil dat op heel korte termijn en ik wil dat
verhaal wel graag in februari klaar hebben. Maar een
verhaal, een stukje papier maakt niet een achterstands-
choolDe inspanning die daar voor nodig is en het werke
Blad 49
Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999
lijk er voor zorgen dat kinderen hun achterstand meetbaar
afneemt, dan heb je aan een stukje papier op zichzelf nog
niks. Ik wil naar de school toe ook niet de verwachting
wekken dat zij alles op een middag en liefst ook in februa
ri maar even geregeld moet hebben. Dat bestaat gewoon niet.
Daar heb je denk ik gewoon een aantal jaren voor nodig.
Kijk naar de ervaringen in het land. Dat doet je niet op
een achternamiddag, daar zit veel meer aan vast. Dus, ik
denk dat we het niet hebben kunnen voorkomen, tenzij deze
school al twee jaar geleden, bij wijze van spreken, haar
hele verhaal in termen van achterstandschool kant en klaar
had ingediend. Dan hadden we inderdaad een verhaal gehad en
dan hadden we, enz., enz.. Dat is gewoon niet het geval. Ik
denk dat we aan deze school hele hoge prioriteit moeten
geven, heel snel moeten willen. Ik zeg toe volgende week
daarmee te beginnen, voor zover er niet al een start
gemaakt is, want in het kader van de buurtschool is natuur
lijk al een start gemaakt en investeren we ook als gemeente
al extra in die school. Maar nogmaals, mijn eigen indruk is
dat er nog heel wat meer achter wegkomt. Daar wil ik alle
mogelijke medewerking aan verlenen, omdat ik er van over
tuigd ben dat we dat hard nodig hebben. Daar is geen enkele
twijfel over. Dat kost tijd. Het verhaal, liefst in februa
ri helderheid over waar en op welk punt we dan investeren,
of dat huisvesting is of wellicht een aantal andere dingen,
dat zou dus allemaal best kunnen, inzet in ieder geval van
die middelen die bedoeld zijn voor onderwijsachterstand,
praten over GOA—middelen, dat hoort daar ook bijDan
kijken we wat er nog eventueel extra nodig is. Ik denk dat
je dan op de meest positieve manier bezig bent, in ieder
geval op de manier waarmee de school ook wat kan.
(De heer Roekiman: Laten wij dan meer gaan praten over
kansenscholenwant dat sluit meer aan op de staatssecreta
ris en geeft ook een positieve labelingDe wethouder gaat
toch praten, ik hoop dat zij die term wil gebruiken
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van b. en w., met inachtneming van de toezeg
ging van de wethouder.
Punt 25 (bijlage nr. 159).
De Voorzitter: Aan de orde is Bestuurlijke fusie tussen de
Buitenschool en de Professor Grewelschool
De heer Stoker: Eerder, tijdens de commissievergadering
hebben wij gesteld tegen dit voorstel te zijn vanwege de