Blad 16
Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999
het voorliggende plan kan je hier geen zinnig woord over
zeggen
De fractie is tevreden met de toezegging van de wethouder
in de commissie dat de cijfers van de verkeersplannen
zullen worden geactualiseerd en dat ons mogelijk een aantal
alternatieven zal worden voorgelegd. Voorlopig spreekt de
ontsluiting via de Lekkumerweg ons het meeste aan en
eventueel het langzame verkeer via de VrijheidswijkMaar
in dit stadium van de planvorming sluiten wij overigens
andere oplossingen niet uit, wij wachten af.
Conclusie, wij stemmen in met het plan.
De heer Stoker: Het is niet, zoals de heer Straatsma in de
inspraak zei, dat het niet doorgaan van de herindeling het
bouwen in de Bullepolder mogelijk maakte. Het is ons
inziens zo dat het niet doorgaan van de herindeling, bouwen
in de Bullepolder nodig maakt. Wanneer je dat doet, dan wil
je daarbij, als je verstandig bent, de natuur zoveel
mogelijk ontzien. Het blijkt dat het college in deze
verstandig is, daar zij in de commissievergadering heeft
toegezegd te zullen komen met een concreet voorstel ter
compensatie van het verlies aan ecologische natuurwaarden.
Wij vinden dat een goede zaak.
Wij stemmen in met het voorliggende plan en hebben daarbij
nog de volgende opmerkingen.
Vierhonderd woningen is voor ons het absolute maximum. Ook
willen wij niet tornen aan de vermelde segmenten, het top-
en hoge marktsegment. Dus geen woningen in het middenseg
ment
Verder willen wij graag dat er ruime aandacht komt voor een
goede ontsluiting van het gebied.
Tenslotte, de afgelopen jaren is er heel wat gesproken over
gedogen, wanneer het ging over drugsbeleid. We zijn blij
dat er nu eens iets positiefs wordt gedoogd, namelijk
ganzen
Mevrouw T. de Haan: Ik wou mij aansluiten bij de heer De
Jong van de NLP-fractie en bij de heer Stoker. Ik denk dat
je je bijna kunt aansluiten bij iedereen. Ik ben voor
topsegment
De heer Den Oudsten (weth.): Mevrouw de voorzitter, wij
hebben een flink aantal malen heel uitgebreid gepraat over
moet je dit nu wel of niet doen. Het college heeft van de
raad de opdracht gekregen in januari van dit jaar om een
onderzoek in te stellen naar mogelijkheden voor woningbouw
binnen het gebied tussen Moark en Ie. Dat was een veel
groter gebied dan waartoe we nu besloten hebben om u voor
te stellen woningbouw daadwerkelijk in te vullen. Ik denk
Blad 17
Verslag van de raadsvergadering van 13 december 1999
dat er wat dat betreft sprake is van een open planprocedu
re, waarbij alle stappen die tot nu toe gezet zijn in volle
openheid en in overleg met verschillende belangengroepen
gedaan zijn. Dat neemt niet weg dat dit natuurlijk toch,
zeker voor de mensen die in dat gebied wonen dan wel daar
een bijzonder affiniteit mee hebben, of zij nu lid zijn van
de vogelwacht of houden van het naastliggende natuurgebied
de Grote Wielen maakt weinig uit, een bittere pil is. Dat
beseffen wij ook. Wij denken ook dat dat voor ons een extra
aansporing moet zijn om met de verdere planinvulling zo
zorgvuldig mogelijk om te gaan. Wat het college betreft zal
dat ook in dezelfde openheid en in dezelfde open overleg
structuur plaatsvinden. Daarvoor zijn dan wel ook partijen
nodig die bereid zijn, ondanks het feit dat er ontwikkelin
gen zijn waar zij het op zichzelf misschien niet mee eens
zijn, om toch mee te praten zoveel mogelijk mee sturing te
geven aan wat daar wel kan. Ik zou deze gelegenheid ten
baat willen nemen en die partijen, dat geldt zeker ook voor
Dorpsbelang Lekkum en Snakkerburen, vragen om toch vooral
met de gemeente om tafel te blijven.
De eerste opmerkingen van vanavond over dit geheel zijn
geplaatst door de heer Straatsma. De heer Straatsma heeft
in de commissievergadering op dezelfde wijze gereageerd als
hij nu doet. Ik denk dat ik daar nu iets minder uitgebreid
op antwoord, omdat het toch teruggaat in de geschiedenis
van de afgelopen jaren in de bewijzen waarop het beleid van
de gemeente Leeuwarden zich heeft ontwikkeld. Het is
absoluut niet zo, zoals hij keer op keer zegt, dat er niks
veranderd is in de structuurschets 1995. Wij kennen wel een
aantal essentiële veranderingen die ons er toe hebben
gebracht om juist in dit gebied te gaan zoeken naar moge
lijkheden voor woningbouw voor specifieke segmenten (ik kom
straks nog even op die segmenten terug)Dat betekent ook
dat de afspraken die gemaakt zijn in het ontwikkelingskader
Leeuwarden, het niet doorgaan van herindeling, maar ook de
taakstelling, maar ook de eigen ambitie van de gemeente
Leeuwarden voor de komende jaren, grondslag zijn voor deze
planvorming. Dat je verschillend kunt denken over waar dan
bepaalde uitbreidingen moeten plaatsvinden - meneer
Straatsma heeft gezegd, ik vind dat het eigenlijk wel bij
de Zwette kan - dat kan ik mij op zichzelf wel voorstellen.
Maar we zijn al een aantal malen uitgebreid ingegaan op de
wijze waarop wij vanuit het college aankijken tegen waar je
wel en waar je minder geslaagd woningbouw kunt plegen. Dat
geldt ook specifiek voor deze segmenten.
Dat dit om een gebied gaat, dat hoor je in elke bijdrage,
waar je extra zorgvuldigheid bij moet betrachten, niet
alleen als het gaat om natuur en milieu maar vooral als het
gaat om de uitgangspunten ten aanzien van het vrijhouden
van de dorpen, lijkt mij ook duidelijk. Wij denken dat in
dit plan die zorgvuldigheid ook betracht wordt.