Blad 32 IIZ
Verslag van de raadsvergadering van 20 december 1999
ook namens het college willen voorstellen de moties om pro
cedurele redenen, maar ook inhoudelijk, niet te steunen.
Dan de heer Roekiman. Hij heeft gezegd in de commissie een
kanttekening of aantekening te hebben bij het aantal te
slopen woningen. Ik denk dat ik er zonet op ingegaan ben
dat het ambitieniveau eigenlijk eerder te laag is, dus ook
ten aanzien van de aantallen. Er wordt op dit moment eigen
lijk helemaal niet gesloopt, behalve dan de Hooidollen en
de Jokse, als gevolg van een besluit van vorig jaar. Dat
moeten wij allemaal wel in ogenschouw nemen.
Recentelijk is er ook nog een CBB-onderzoek geweest, waarin
gepubliceerd is dat er een aanzienlijke vermindering op
treedt in de aandacht voor huurwoningen. Dat illustreert
waar we hier ook mee bezig zijn.
Mevrouw Inberg heeft gesproken over woningcorporaties die
projectontwikkelaars zijn. Dat zou ik niet zo durven zeg
gen, want woningcorporaties bestaan natuurlijk wel van ge
meenschapsgeld, dus puur in de markt van projectontwikke
laar zijn ze dat niet. Ze zijn met name, dat is een primai
re taak, sociale verhuurder, zeker voor de primaire doel
groep
Dan heeft mevrouw Inberg gesproken over marges in de wo
ningbouw, ook in relatie tot de sloopcijfersHet antwoord
daarop is dat nu ruime marges worden gehanteerd. Daar ligt
een relatie met OKL. Dan legt mevrouw Inberg ook heel dui
delijk een relatie met de huursubsidie. Overigens is dat
nauwelijks meer een gemeentelijke verantwoordelijkheid. We
zullen daar in commissie nog over spreken. Maar ik wil wel
zeggen dat we spreken over de totale woningmarkt, waarbij
de onderkant van die woningmarkt in groot gevaar verkeert
of komt te verkeren. Als het dan echt, zoals zij zegt, dra
matische vormen aan gaat nemen, dan zullen we dat moeten
bijstellen, maar dat is nu niet aan de orde. Ook hier moet
ik zeggen dat straks per concreet project aan de orde komt
hoe we de zaken, cijfers en aantallen in gaan vullen.
Tenslotte, wordt ook voorgesteld dat er een effect monito
ring aan de orde is, waarop we toetsen hoe we de echte cij
fers moeten hanteren. Pas op, het gaat hier over het Kader
plan
De heer De Jong, NLP-fractie, zegt uit Achter de Hoven/
Vegelin moeten we lering trekken. Maar dat is ook logisch.
Vanuit al die processen, die wij ook nog nooit eerder heb
ben gedaan, stellen wij voortdurend toch onze werkwijze
bij. De heer De Jong vraagt hoe het zit met de planning. De
planning wordt grotendeels gehaald op kleine aanpassingen
na. Dat is ook logisch, dat is ook bij Achter de Ho-
ven/Vegelin thans het geval. Als er op dit moment serieus
gesproken wordt met groepen, wordt ook heel duidelijk waar
om sommige zaken vertragen. Want omdat nieuwe feiten zich
Blad 36 1/3
Verslag van de raadsvergadering van 20 december 1999
voordoen en dat weer consequenties heeft voor het geheel,
ziet men hoe dat werkt. Maar juist dan moet er goed gecom
municeerd worden.
De heer Kalsbeek, de motie over tegemoetkoming in de onkos
ten. Pas op, het gaat over een tegemoetkoming en niet de
vergoeding van het geheel. U zult zich niet verbazen dat,
om dezelfde argumenten als bij mevrouw De Haan, deze motie
door het college niet wordt aanbevolen.
De heer Kalsbeek heeft ook nog gezegd dat je de woningmarkt
per wijk zou moeten bekijken, zou moeten aanpakken. Ik vind
dat dat juist niet moet, want we hebben het hier over een
Kaderplan, we hebben het over de totale woningmarkt van
Leeuwarden en dan krijg je andere keuzes. Ik zou niet de
weg van de heer Kalsbeek willen bewandelen.
Tenslotte nog van de heer Kalsbeek een vraag over het GSB-
geld. Dat is voor het grootste gedeelte geen nieuw geld,
maar juist gelden bijeikaar opgeteld, die in projecten al
voor het grootste gedeelte aan de raad zijn voorgelegd, dus
ook het economische gedeelte.
De heer Feddema heeft veel concrete punten naar aanleiding
van de actualiteit. Hij zegt daarvan: het stuk is abstract,
heeft een hoog ambitieniveau. Ik vind het jammer dat de
heer Feddema nu deze lijn kiest, want dit is absoluut niet
het geval. Het ambitieniveau is niet te hoog maar juist het
gevolg van de besluitvorming in de raad. Maar ook omdat we
zelf, als convenantenpartijen, met behulp van een Kaderplan
een algehele visie van de gemeente op de woningmarkt wilden
ontwikkelen. Dat ligt nu aan de raad voor. Afspraken worden
gehouden, zonet ben ik ingegaan op waar het niet goed liep,
waar het stroef liep. Dan vind ik dat we het, juist vanuit
een nieuwe situatie, niet te negatief moeten benaderen,
want het gaat wel over de hele woningmarkt. Ik wil ook nog
wijzen op de hele serie stadsgesprekken die er geweest
zijn, dus er is voldoende aandacht aan besteed.
Dan stelt de heer Feddema wat moeilijke vragen als het gaat
over het spel. Het spel van de Meenthe, het spel financiën.
Het zal duidelijk zijn dat ik dat niet herken en dat ik
daar niet op zal ingaan. Ik heb daar al van gezegd dat het
juist nu weer vaart krijgt, omdat we een nieuwe aanpak heb
ben gekozen door middel van onderhandeling.
Een concrete vraag over het gesprek raadsleden-corporatie.
Er is inderdaad een regulier overleg, maar ik vat het zo
op, mevrouw De Jong wijst mij daar meestal op, dat dat weer
eens moet gebeuren. Wij zullen daar een afspraak voor pro
beren te regelen.
De f 500,- verschil die er nog is in de uitkering eenderde
tweederde. Dit is niet geheel voor Volkshuisvesting, die
afspraak is destijds niet gemaakt, dat had te maken met de
verhouding onrendabele toppen en daarvan ging het subsidie-