Blad 86 Verslag van de raadsvergadering van 20 december 1999 volg moeten we ook in voorkomende gevallen de hand in eigen boezem steken. Met andere woorden, als raad vroegtijdig, het liefst bij Perspectief, duidelijk maken of er nu wel of geen geld ingepompt wordt. Nu hebben we de wijken een worst voorgehouden waar ze in het ongunstigste geval alleen maar aan mochten ruiken. Dat is ook de reden dat naarstig naar een oplossing is gezocht. Daarom hebben we de motie, zoals die door de VVD-fractie is verwoord, ondertekend. Een motie met als strekking dat wat eenmaal ingezet is, ook afgerond wordt. Natuurlijk zal het wijkwerk verder vorm en inhoud moeten krijgen. Een aantal punten, zoals bevoegdheden en het takenpakket, moet wellicht meer worden uitgelijnd. De evaluatiecriteria moeten helder zijn. Daarom is het goed dat dit terug in de commissie komt. Ondanks de aarzelingen of vraagtekens die je kunt plaatsen bij dit voorstel. Geef de wijken de ruimte en laat ze het waarmaken. Laten we het onszelf in dit opzicht niet te moeilijk maken, want om met prediker te zeggen: 'die altijd op de wind let, zal nooit zaaien, wie altijd op de wolken let, zal nooit maaien'Ge woon beginnen dus, direct na Perspectief. Wat ons betreft kan met de voorbereiding worden begonnen. De heer Jacobse: Bij alle behandelingen in de commissies is namens mijn fractie aandacht gevraagd voor de samenstelling van de wijkpanels en de wijze waarop die panels totstandko men. Wethouder Bilker is in de commissie niet bereid geble ken dit nader te regelen. Mijn fractie is niet bereid om op haar beurt bevoegdheden over te dragen aan panels waarvan de samenstelling, zonodig verkiezing en controle, niet de mocratisch en doorzichtig is. Ook uw voorwaarde voor con sensus in de besluitvorming achten we een monstrum. Los daarvan zijn er nog vele andere onduidelijkheden, die de heer Van Mourik in de motie reeds genoemd heeft. Wij hebben de motie niet ondertekend omdat voor ons aanneming van die motie niet afdoende is om thans met de wijkaanpak te begin nen. Wij zijn voor de wijkaanpak. Er zitten heel veel goede zaken in dit voorstel, maar mijn fractie concludeert dat het voorstel nog niet besluitrijp is en dus ook niet uit- voeringsrijp is. Wij stemmen derhalve tegen het voorstel. De heer Kalsbeek: Wij zien een duidelijke omslag in de om gang met de wijken. Deze fundamentele verandering van be leid juichen wij toe. Ook nu al wordt er geld gereserveerd voor de wijken, zonder dat de wijkverenigingen gekozen zijn op een manier waar de gemeente controle op heeft. Er zijn in dit plan echter nogal wat knelpunten. Zoals al eerder gezegd, de financiën zijn niet rond. Een aantal dingen staat in de motie, die door de VVD-fractie is ingediend. Blad 87 Verslag van de raadsvergadering van 20 december 1999 Een belangrijk punt, wat niet zo goed uit die motie naar voren komt, maar wat voor ons wel heel belangrijk is, is hoe je de representativiteit van deze panels bepaalt. We vinden het van groot belang dat de wijken niet gedwongen worden om mee te doen. Verschillende zaken moeten nog gere geld worden. Om te voorkomen dat er een valse start gemaakt wordt, hebben wij de motie van de VVD-fractie gesteund. Tijdens dit uitstel kan er gewerkt worden om de puntjes op de i te zetten, zodat we goed van start kunnen gaan. De heer P. Jong: Over het Ontwikkelingsplan Wijkaanpak is het nodige al gezegd. Het afgelopen half jaar is hier lang durig discussie over geweest. De D66-fractie vindt het op zich verheugend dat er een stukje zeggenschap terug gaat naar waar dat hoort, namelijk naar de burgers. Een instru ment dat daarbij gehanteerd wordt, is het instrument van de wijkpanels. We hebben lang met elkaar gediscussieerd over de mate van representativiteit. Wij vertrouwen erop dat daar adequate maatregelen voor genomen worden. Met dit in strument wordt de monopoliepositie van de buurt— en wijk— verenigingen, van de wijkbesturen, aangepakt. Wij vinden dat een goede zaak. Kijkend naar de inspraak, denk ik dat er goed geluisterd is naar datgene wat in de inspraak naar voren is gebracht. Het college is op een aantal punten van de aanvankelijke indeling van wijken teruggekomen. Dat brengt mij toch op een typisch Leeuwarder punt. Als je zegt dat je van 34 or ganisaties of 34 gebieden terug zou willen naar veertien of vijftien, blijkt dat een paar wijken te veel en te ver zijn. Die radicale breuk met het verleden kunnen we helaas niet maken. Dat betekent dat er via lijnen van geleidelijk heid moet worden gewerkt. Als dat per definitie een groter draagvlak oplevert, is dat ons wel wat waard. Ik denk dat het goed is, dat signaal willen we wel afgeven, dat ook hier aan schaalvergroting wordt gewerkt, waarbij op wijkni veau ook het eigene behouden kan worden. Dus is er op zich goed geluisterd. We hebben gelezen dat er toenemende druk is op het aantal vrijwilligers. Wij hebben ook gelezen dat het de vraag is of mensen in beweging te krijgen zijn voor deze wijkaanpak. Wij denken dat die mensen wel in beweging te krijgen zijn. Als men ziet dat het de gemeente en ons, want daar gaat het uiteindelijk om, wat waard is om een stukje zeggenschap terug te geven aan die burgers. Dat be tekent dat we ook in dit huis de zaak organisatorisch ge zien goed op orde moeten hebben. Wat dat betreft kunnen we veel leren van het rapport dat de Commissie voor de Reke ning onlangs heeft afgescheiden. Als je kijkt naar de be ginperiode en de verwachtingen die wellicht zijn gewekt, zijn we iets te snel geweest. Dat brengt mij ook naar dit voorstel. De heer Van Mourik heeft op een aantal, ons in ziens, onvolkomenheden gewezen in het voorstel zoals het er

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 4