Blad \Z 32. Verslag van de raadsvergadering van 20 december 1999 het tegenvalt. Ook op andere punten heeft hij nog gezegd dat het niet rijp genoeg is en dat hij daarom tegen is. Ik wil met nadruk zeggen dat het niet zo moet zijn dat wij het hier vanachter de bestuurstafel in de puntjes moeten rege len. Er moet sprake zijn van een groeimodel en kansen. Mevrouw Uiterwijk Winkel zegt dat er eigenlijk helemaal geen twijfel is aan draagvlak. Bij sommige wijken wel, maar in zijn totaliteit niet. Dat ben ik met haar eens. Dat is ook de reden, dat blijkt ook bij de inspraak, dat wij heb ben gezegd dat het goed is om dit voorstel te doen. Mevrouw Waanders heeft gesproken over het maximale van f 750.000,- en zij brengt daar een relatie aan met: stel dat er toch nog een voorstel komt over de kosten van het opbouwwerk. Wij hebben inderdaad toegezegd dat wij daarop terug zullen komen, want het is van belang, dat is ook dui delijk aangegeven door de wijken zelf, dat wij niet alle wijken, maar wel veel wijken, begeleiding zullen moeten ge ven. Daar ligt ook de relazie met de stedelijke vernieu wing. Die is er onmiskenbaar, zeker in die wijken en daar is ook sprake van opbouwwerk. Op de één of andere manier komen wij daarop terug met een voorstel. Dan heeft mevrouw Waanders opgemerkt dat één van de punten in de wijkpanels het consensus is, de heer Jacobse sprak er ook over. Hoe we dat precies in het vat gieten zou ze terug willen hebben in de commissie. Dat kan natuurlijk bij de notitie die in de motie wordt gevraagd. Dat lijkt mij han dig. Dan wil ik tenslotte ingaan op de opmerking van mevrouw Waanders, dat het college te enthousiast - dat woord ge bruikte ze niet, maar ik proef dat er uit - de voorstellen heeft gepresenteerd. Ik wil wel zeggen dat het voorstel in juni in de commissie is geweest, dat er toen gezegd is: in- spraakrijp, gaat u maar. Dat was in de wijken zelf op onze kennismakingstocht met de burgemeester, u heeft gelijk. We zullen het voortaan zakelijker doen. Maar in de commissie heb ik in juni-juli wel duidelijk het signaal gekregen, unaniem, dat het voorstel in inspraak gebracht kon worden. Daar hebben wij dan vanavond het resultaat van. Rest mij nog in te gaan op de motie, waarvan ik vanavond de tekst voor het eerst zie. Ik denk dat ik, zonder op alle punten in te hoeven gaan, zou kunnen zeggen dat het college hier zeer wel mee kan leven. De heer Van Mourik: Ik zou nog graag één opmerking willen maken. Wethouder Bilker heeft aangegeven dat hij met be paalde voorbereidingen, etc. wel doo1' wil gaan. Daar kan ik mij iets bij voorstellen, maar het lijkt mij dan wel zaak Blad l#$1 Verslag van de raadsvergadering van 20 december 1999 dat er in ieder geval geen verplichtingen worden aangegaan. Verder wachten wij de notitie af. De heer Jacobse: De CDA-fractie zegt: laten we maar begin nen, want als je nooit begint, kom je nergens. Je kunt die insteek kiezen. Mevrouw Waanders zegt: laten we maar begin nen, maar laten we een heleboel zaken terugnemen naar de commissie om daar nog eens naar te kijken. Er ligt een mo tie van de VVD-fractie, waarin een heleboel zaken aan de orde komen, die nog geregeld moeten worden. Je kunt er voor kiezen om op die onzekere basis dit project te beginnen. Uiteindelijk heeft mijn fractie een andere afweging gemaakt en heeft gezegd: laten wij de zaak eerst goed regelen en het dan gaan uitvoeren. Maar dat is een kwestie van hoe je tegen dingen aankijkt. Wij vinden dat een goed begin inder daad te prefereren is. Er rest dan dat de raad wenst om vast een start te maken. Wij respecteren dat. Wij hadden een andere keuze gemaakt. Mevrouw Waanders: Even ter correctie, het is niet zo dat wij, noch volgens mij een andere ondertekenaar van de mo tie, zeggen: we beginnen nu, maar er zijn nog een aantal onvolkomenheden. Nee, omdat er nog een aantal onvolkomenhe den zijn zeggen wij: we beginnen straks, over een half jaar en lossen in de tussentijd die onvolkomenheden op. Kenne lijk heeft de heer Jacobse er wat minder vertrouwen in dat dat zal gebeuren. De heer Van Mourik: Ik moet nog op één opmerking ingaan. Wethouder Bilker heeft gewezen op een verschil van f 80.000,- ten aanzien van de behoefte aan budgetten en het bedrag dat in de motie is genoemd, die f 750.000,-. Met het bedrag van f 750.000,- is bedoeld aan te geven wat de maxi male claim zou kunnen zijn op de incidentele middelen van Perspectief, jaarschijven 2001 en 2002. De wijkaanpak is oorspronkelijk gepresenteerd als een operatie die praktisch geheel budgettair neutraal zou verlopen, dat blijkt niet haalbaar te zijn geweest. Dus ik neem aan dat die f 80.000,- binnen de bestaande budgetten zal worden ge zocht. De wethouder nam al een voorschot op die discussie en of dat dan ten laste van budget A of B moet, daar heb ik op dit moment geen enkel oordeel over. De heer Bilker (weth.): Er is duidelijk een vraag gesteld of we geen verplichting aan willen gaan, maar ik heb gezegd de zaak in de steigers te zetten. Dat betekent voor mij dat wij geen verplichtingen aangaan, omdat we in maart in de notitie de zaken helder willen hebben, die nu worden ge vraagd bij motie.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1999 | | pagina 7