Blad 34
Verslag van de raadsvergadering van 14 februari 2000
voor. Ik zie dat anders, dat hebben wij ook voor Cambuur.
Ik heb nooit vermogen in te zien waarom de Harmonie kunst
is en waarom Cambuur volksvermaak en wat het verschil is.
Terecht heeft de wethouder gezegd dat op moment dat je zo'n
subsidiecontract aangaat, garanties zijn of worden gevraagd
dat die partij in staat is die prestaties te leveren. Dat
is ook heel gebruikelijk. Dat is exact de reden waarom wij
nadere voorwaarden hebben gesteld in de twee moties, zoals
we die hebben ingediend. De wethouder zegt, er is uiteraard
het nodige in het informele circuit, maar daar heb ik van
avond niet zoveel mee te maken.
Ik kom tot de twee moties. Ik stel voor in de eerste motie
in het eerste gedachtestreepje het gedeelte 'per 1 maart
2000' te schrappen. Dat betekent dus wel dat het college
alsnog de afweging moet maken of er naar haar oordeel zicht
is op. Dat blijft dus staan. De datum per 1 maart gaat
eruit. Maar u moet in uw collegevergadering nog wel de
afweging maken of er naar uw mening voldoende zicht is op
de totstandkoming van zo'n bestuur. (De heer Den Oudsten
(weth.): Dat betekent dus dat de heer Jacobse zegt maximaal
f 750.000,- indien het bestuur van de BVO Cambuur zicht
geeft op welke wijze en wanneer versterking van het bestuur
enzovoort.) Dat klopt.
(De heer Van Mourik: Zoals de motie nu luidt is hij volgens
mij in overeenstemming met het voorstel. Nat is dan de
afwijking van het voorstel?) Volgens mij geeft het wel
degelijk een bepaalde versterking aan van datgene wat er
staat. De motie begint ook met een nadere formulering van
de voorwaarden. Het is maar net hoe je bepaalde dingen wilt
lezen. Maar het is helder dat hier in ieder geval een afwe
ging door het college moet worden gemaakt of er voldoende
invulling is gegeven aan de bestuurssamenstelling. In ieder
geval dat daar voldoende vertrouwen in is.
De tweede motie is naar de geest overgenomen. Het gaat ons
niet om of dat drie of vier keer per jaar is. Je moet ook
niet vergaderen om het vergaderen. Het is helder dat één
keer te weinig is. Op een gegeven moment lopen dingen naar
het oordeel van het college. Het college is daar uiteinde
lijke ook verantwoordelijk voor.
Ik kom tot de constatering dat wij het geheel met elkaar
eens zijn geworden.
De heer Van Mourik: In eerste termijn heeft de heer Roeki-
man gevraagd, waarom zijn er bepaalde aanpassingen in het
voorstel aangebracht. Het lijkt erop alsof dat is gedaan om
bepaalde partijen tegemoet te komen. Ik vind dat mevrouw
Waanders daar heel adequaat op geantwoord heeft. Eerder had
de heer De Jong al genoemd de vinger aan de trekker houden.
Blad 35
Verslag van de raadsvergadering van 14 februari 2000
De bedoeling van die aanpassingen is versoepeling, waar dat
onontkoombaar is. Dat is die f 1,5 miljoen, want we wisten
allemaal dat dat geld nooit terug zou komen. En een aan
scherping en vergroting van de betrokkenheid van de raad
waar dat noodzakelijk is. Dat is die f 7,5 ton en dat is de
datum 1 juli. Dat is ook de reden geweest dat de VVD-
fractie in de commissie die inbreng heeft geleverd.
Ik ben in de commissie ook uitgebreid ingegaan op de verge
lijking met de Harmonie. Ik zal dat nu niet doen. Ik heb
alleen aangegeven dat bepaalde bedragen, die nu al in de
begroting staan, toegerekend kunnen worden aan Cambuur en
dat je dan ook over hele forse bedragen spreekt. Ik denk
dat als Youp van 't Hek optreedt in de Harmonie, hij een
kaskraker is, die heel veel geld oplevert, waardoor de
gemeentelijke subsidie misschien wel wat lager kan worden
vastgesteld. Er wordt op dat soort voorstellingen verdiend.
Een volle zaal kost geld en een lege zaal kost geld.
Versterking van het bestuur, ik vind dat het college te
recht zegt dat de gemeente niet moet willen om zelf een
vertegenwoordiger te leveren in het bestuur. De afstand
tussen Cambuur en gemeente moet zo snel mogelijk groter
worden, op het moment dat dat verantwoord mogelijk is. De
betrokkenheid, die er naast geschetst wordt, om dat proces
te begeleiden, spreekt ons wel aan.
Ik vind het jammer dat er niet een tussenstand gegeven kan
worden met betrekking tot de actie. Het college heeft aan
gegeven, op vragen van de heer Krol, dat 1 juni als eindda
tum wordt beschouwd. Ik vind dat vrij laat, maar aan de
andere kant geeft het wel de mogelijkheid om per 1 juli met
een accountantsverklaring de rekening op te maken. Daar had
ik tenslotte om gevraagd.
Als ik de moties van de NLP-fractie naloop, dan is motie 1
in wezen, heb ik begrepen, half overgenomen door het colle
ge. Hij is inmiddels aangepast. Wij kunnen ons op zich wel
vinden in die motie, ook al vinden wij dat het college op
dit moment, als je kijkt naar de tekst van het raadsbe
sluit, die bevoegdheid al heeft. Het positieve van deze
motie is dat hij expliciet beschrijft hoe het college dan
met die bevoegdheden om zou moeten gaan.
Dat geldt eveneens voor de tweede motie.
Resumerend, mijn fractie kan zich met de grootst mogelijke
meerderheid vinden in de voorstellen van het college. De
kleinst mogelijke minderheid heeft een andere afweging
gemaakt en deze kleinst mogelijke minderheid zal de voor
stellen van het college niet ondersteunen.