Blad 44 Verslag van de raadsvergadering van 19 en 28 juni 2000 Dat betekent dat één ding ook duidelijk was: de gemeente besluit niet alleen; dus de gemeente, de wethouder, het college en de gemeenteraad kregen een andere rol: regie, coördinatie, afstemming en dus langzaam maar zeker op af stand. En dat is wennen. Een gemeenteraad die niet over alle uitvoeringsplannen beslist. Nadat het kaderplan was vastgesteld in december jl. kon er hard worden gewerkt aan de twee gebieden waarvan de partij en, ook de raad, had gezegd: 'Die eerst, Achter de Hoven en Noordrand en dan met name daarin de Vrijheidswijk. En er is hard gewerkt, met dat beperkt aantal mensen vanuit het projectbureau, met deskundigen, met mensen van buiten af, met corporaties en met de bewoners. En bijna allemaal dachten ze dat ze wisten hoe het moest, terwijl toch niemand ervaring had op dit gebied. Er moest interactief worden gewerkt, er moesten sociale, economische en andere aspecten mee worden gewogen. Kortom, integraal beleid, niet alleen stenen en fysieke omgeving, maar ook onderwijs, werkgelegenheidsprojecten, voorzieningen en ga zo maar door. Dat waren allemaal voorwaarden van het ISV en daar kwam nog één bij: hoe betrek je de markt erbij, hoe betrek je betrokken erbij Maar de gemeenteraad had al in een vroeg stadium duidelijk gesteld: betrek de bevolking erbij en leg uit waarom wij dit doen. Ik heb het gevoel dat dat wel aardig gelukt is in de stad, dat voldoende duidelijk is waarom deze operatie gedaan moet worden. Het begrip 'Stedelijke Vernieuwing' hoeven wij nauwelijks uit te leggen. Tot zover ging dat allemaal nog wel. Maar dan, dan komt de eerste concrete wijk. En als u het nu achteraf bekijkt, had het inderdaad best allemaal anders gekund en dat zal ook beslist in de Noordrand moeten gebeu ren, maar of dat allemaal wat had geholpen, betwijfel ik, omdat altijd en overal de discussie zich toespitst op de werkelijke sloop en de daarbij behorende aantallen. Dat is logisch, want dat grijpt diep in. In de wijk wordt namelijk niet vanuit het macroniveau geredeneerd, daar is de gemeen teraad voor. Als we kijken naar de wijk Achter de Hoven, dan is dat ze ker in het beeld van Den Haag een kleine wijk, maar we heb ben het aangedurfd om het als één geheel te presenteren. Achter de Hoven is een herkenbaar gebied omgrensd door de spoorlijn, Pieter Stuyvesantweg en de Potmarge. Daarbinnen doen zich ook herkenbare gebiedjes voor: Potmargegebied, de markante straat Achter de Hoven, het Rode Dorp, de Fruit- straat en onmiddellijke omgeving en de Vegelinwijk. Binnen de criteria van ISV, die dus ook weer terugkomen in de nota Wonen 21e eeuw, gaat het bij zo'n gebied om: verkoop huur woningen, samenvoegen van woningen, voorzieningen op gebied van groen en recreatie, grootschalige sloop, nieuwbouw in andere segmenten, renovatie dat wil zeggen verbetering par Blad 45 Verslag van de raadsvergadering van 19 en 28 juni 2000 ticuliere sector en gezamenlijke aanpak met partijen waar onder corporaties en marktpartijen. Al deze aspecten komen terug in dit wijkplan. Wij voldoen daar dus exact aan. Voldoende sloop, voldoende nieuwbouw, voldoende verkoop. Uit de regelmatige contacten met de In spectie Noord van VROM weten we dat dit plan goed valt bij het ministerie. Bovendien heeft de staatssecretaris zich persoonlijk op de hoogte gesteld in april jl. van deze plannen en hij was daar positief over. Helaas heb ik deze totale benadering en totale afweging, op een enkele uitzondering na, gemist bij de inbreng van de raad in de eerste termijn. De meeste fracties hebben alleen op microniveau geoordeeld en daarbinnen zelfs nog op mini- micro de Vegelin. Maar er is natuurlijk meer aan de hand en de raad heeft net als het college de verantwoordelijkheid voor de totale woningmarkt in Leeuwarden. Het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid moet voortdurend een toetsing zijn van hoe ziet de totale woningmarkt eruit. Wij doen daar alles aan om die kwalitatief op orde te krij gen en daarbij behoren binnenstedelijke maatregelen zoals sloop Nu het eerste sloopplan in die context wordt behandeld, moet het ook als zodanig worden afgewogen. En zeker niet op microniveau, want dan kom je er nooit uit. Ik zou veel meer kunnen zeggen over de breedte van dit on derwerp, maar ik denk dat ik het voldoende helder heb ge maakt. Ook de heer Drewel heeft dat in de eerste termijn gedaan Wat ook helder moet zijn, is dat we in dit stedelijk ver nieuwingsproces als gemeente niet tot in detail zaken moe ten willen vastleggen. Nu we overgaan tot de uitwerking van dit plan, komen de partijen die het moeten uitvoeren echt aan de bak. Wij denken dat te doen door middel van oprich ting van een wijkontwikkelingsmaatschappij waarin de ge meente en de corporatie, in dit geval Corporatie Holding Friesland, zeker zullen deelnemen, maar wie weet ook een bank die op dit gebied actief is, maar je kunt ook denken aan een ontwikkelaar die risicodragend mee wil doen. Zo'n WOM zal heel wat uitvoerend werk gaan verrichten en dat begint al met aankopen woningen. Gemeente staat daarbij flink op afstand. Dit naar aanleiding van opmerkingen van de heer Drewel. Het college zegt dat er sprake moet zijn van een onderzoek, als onderdeel van de stedenbouwkundige uitwerking, dat naar de juiste invulling kijkt van de Vegelin, maar waarbij in ieder geval uitgegaan moet worden van sloop van minimaal 125, maximaal 160. Het gaat natuurlijk om meer, het gaat erom op welke plek kan dat karakteristieke van de Vegelin nu het beste tot zijn recht komen. Welke soort woningen bouw je terug en welke soort woningen moet je nu in het nieuw te ontwikkelen uitwerkingsplan in het Potmargegebied bouwen. De VVD-fractie heeft het over urban-villa's, luxe

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2000 | | pagina 23