Blad 70
Verslag van de raadsvergadering van 19 en 28 juni 2000
(De heer Boorsma: Ik zou toch wel graag willen weten waarom
de heer Drewel de motie niet steuntwant ik bespeur hier
een vrijblijvendheidals het gaat om deze problematiek
waar ik eigenlijk een beetje versteld van sta.)
Wij gaan akkoord met het hetgeen de wethouder heeft gezegd.
(De heer Boorsma: Hij verschuilt zich nu achter de antwoor
den van de wethouderMaar er zijn twee dingen, die ik in
eerste termijn naar voren heb gebrachtwaar het ons in de
kern om gaat in de motie.)
De Voorzitter: Ik schors de vergadering.
De Voorzitter schorst om 21.15 uur de vergadering.
De Voorzitter heropent om 21.35 uur de vergadering.
De heer Den Oudsten (weth.)Wij hebben nog twee vergade
ringen van de Commissie Stadsontwikkeling, ik stel voor dat
wij in een besloten stukje van de Commissie Stadsontwikke
ling opening van zaken geven over de stand van zaken met
betrekking tot Atoglas
De heer Bilker (weth.Mevrouw De Jong heeft gesproken
over de nuanceringen in de commissie, waarvan zij zegt dat
dat eigenlijk aan de orde is. Daar ben ik blij mee. Ik denk
dat het goed is dat wij met z'n allen constateren dat zo'n
interactief proces voor ons allemaal, dus bewoners, colle
ge, alle partijen, een leerproces is. Dat geldt natuurlijk
ook weer voor de Noordrand, waar we de conclusies trekken
dat wij toch met een communicatietraject zo om moeten gaan
dat wij inderdaad eerst op papier zetten wat nu precies die
momenten zijn waar je adviezen over vraagt, waar je reac
ties op vraagt en waar dan de besluitvorming ligt. Dat dat
in een notitie verwoord wordt en dat wij dat bespreken in
de commissie.
Dan is de macro-micro-discussie nogal nadrukkelijk aan de
orde geweest. Natuurlijk hebben wij het hier over het wijk-
plan, dat zal helder zijn, daar ben ik ook uitgebreid op
ingegaan, maar het ging mij even over de toetsing wat je
voortdurend moet doen met het kaderplan en daar hoort ook
de sloop bij. Natuurlijk zijn er dan marges aan te geven,
dat hebben verschillende fracties ook gezegd, die je ook
weer moet relateren aan de haalbaarheid in zo'n wijk en je
moet het ook weer relateren aan de situatie op zo'n moment
van de woningmarkt. Dat geldt ook, richting mevrouw Dol-
stra, voor sloop en dat geldt ook voor huurwoningen en
leegstand
Blad 71
Verslag van de raadsvergadering van 19 en 28 juni 2000
Financiën, mevrouw De Jong is daar iets dieper op ingegaan
en heeft uiteindelijk gezegd, als er een hele goede toe
lichting ligt, met al de nuances die de wethouder noemde,
dan is dat ook voor hen acceptabeler. Ik denk dat het goed
is dat wij dat nog eens nader uitwerken, want dat is er
natuurlijk wel, en dat wij dat richting commissie sturen.
De heer Kalsbeek is namens de SP-fractie ingegaan op de
motie die hij in eerste instantie heeft ingediend. Ik heb
gezegd in eerste termijn dat het eigenlijk een onderdeel is
van het hele pakket wat wij al doen. Dus ik vermag niet in
te zien waarom nu één groep er uitgehaald wordt en dat dat
apart in de commissie moet. Wij kennen de omvang niet, wij
kennen het aantal niet, wij kennen de individuele wensen
niet, wij kennen ook vooral de individuele achtergronden
niet met een geschiedenis soms van huursubsidie en noemt u
alles maar op, dat moet eerst allemaal in kaart worden ge
bracht. Ik herinner u er aan dat dat ook gebeurd is met de
Hooidollen/Jokse, dat daar in eerste instantie zeker de
corporaties individueel maatwerk verrichtten.
Dan kom ik bij de opmerking van de SP-fractie, als er dan
naar boven komt dat het om schrijnende gevallen gaat qua
inkomenspositie en dat daar ook onze eigen Sociale Zaken
mee gemoeid is, dan is het natuurlijk zeer voor de hand
liggend dat de gemeente daar een verantwoordelijkheid
heeft. Maar dat heb ik al gezegd in de commissie. (De heer
KalsbeekDan kan de wethouder de motie gewoon overnemen.)
Nee, want de heer Kalsbeek vraagt om specifiek deze groep
er uit te halen en daar een apart voorstel van te maken en
dat in de commissie te bespreken. Dat gaat mij te ver.
Dan is ook door de heer Kalsbeek gevraagd om nog eens goed
te kijken naar de onderwijskundige motieven van Comenius,
waarop die de keuze baseert om op die plek te willen bou
wen. Dat is ten eerste een keuze van Comenius zelf, ten
tweede ga ik ervan uit dat Comenius nu, op basis van het
feit dat wij dit besluit nemen van die twee jaar, zich gaat
beraden en dan weer terug komt met nieuwe voorstellen, daar
zitten natuurlijk ook onderwijskundige motieven in. Ik ben
ervan overtuigd dat wethouder De Haan komt met alle argu
menten in de Commissie Welzijn.
Mevrouw Dolstra heeft het woord getto gebruikt en de verge
lijking met Amerika. Die discussie ken ik, maar het gaat
hier natuurlijk niet om die discussie. Wij hebben nooit
gesproken over Vegelin is een getto, u hebt mij dat nooit
horen zeggen, in tegendeel, wij beschouwen Achter de Ho-
ven/Vegelin als een wijk van Leeuwarden waar een evenwich
tige woningvoorraad moet zijn. Daar hebben wij het over en
wij moeten absoluut natuurlijk niet termen gaan gebruiken
die nooit aan de orde zijn.