Blad 70 Verslag van de raadsvergadering van 28 en 30 mei 2001 stoppen, maar we moeten wel met volle kracht vooruit ervoor zorgen dat stedelijke vernieuwing dit soort elementen ook in zich krijgt. Bij de Vrijheidswijk, voor zover het het multifunctionele centrum aangaat, kunnen wij daar nog in mee en het is in de stedelijke vernieuwing ook opgepakt. De nota's van de ste delijke vernieuwing hebben nu ook de verwijzigen naar deze kadernota. Het mag absoluut niet zo zijn dat de stedelijke vernieuwing op moet houden, omdat dit eerst moet. Het is net andersom, stedelijke vernieuwing wordt in onze ogen in- tegraler, als je iets van de uitgangspunten erin meeneemt. Dat zullen we vanaf het moment dat de raad zegt, dit wordt het, ook doen. Een van de belangrijkste uitgangspunten hier, ik denk dat dat van het grootste belang is en ik proef daar twijfels over bij de raad, is dat het gaat over dingen die wijkbewo ners zelf willen. Dat is nu juist het uitgangspunt hier. Wij bedenken niet allerlei mooie dingen. Wij gaan op maat in de wijk kijken wat voor die wijk de beste oplossing is, zodat bewoners actief kunnen worden, mee kunnen doen, mee kunnen praten en invloed kunnen uitoefenen op hun eigen leefomgeving. Als je deze uitgangspunten serieus neemt, dan kan er dus nooit iets ontstaan waar wijkbewoners zichzelf niet in herkennen of niet zouden willen of waar alleen ge ïnvesteerd wordt in steen en niet in mensen. Want de bedoe ling hier is investeren in mensen. Wat je doet is het faci- literen, zodat de voorwaarden er zijn, waarin dat kan. Dat is in feite de bedoeling van deze nota. Nu kom ik op de multifunctionele centra. Multifunctionele centra zijn niet gebouwen waarin je een aantal functies bij elkaar pakt en onder één dak zet, omdat het goedkoper is en misschien efficiënter. In multifunctio nele centra probeer je ook samenhang in je beleid tot stand te brengen. Als je kijkt naar bijvoorbeeld jeugdbeleid, wil je de samenhang brengen tussen bijvoorbeeld de kinderopvang in het jeugdbeleid, de school, de voorschoolse periode, de naschoolse periode, de activiteiten gewoon in de wijk, dan kun je dat beter tot stand brengen als je die organisaties ook met elkaar laat samenwerken en bij elkaar brengt. Dat kunnen ze ook heel goed van eikaars gebouwen gebruik maken. Het is niet alleen efficiency het is ook de samenhang bren gen in. Bij ouderenbeleid, zou je kunnen zeggen, doet zoiets verge lijkbaars zich voor. Er is een nieuwe ontwikkeling vanuit grote zorgcentra, ouderenzorgcentra, waarbij gekozen wordt voor daadwerkelijk ervoor zorgen dat mensen, die langer thuis willen blijven, ook thuis kunnen blijven, ervoor zor gen dat er minder grote of hele grote intramurale voorzie ningen komen, dat mensen in kleinschalige voorzieningen in de wijk kunnen blijven en daar de hulp krijgen. Die ontwik keling doet zich voor. Ze maken een slag naar de wijk en ze Blad 71 Verslag van de raadsvergadering van 28 en 30 mei 2001 maken een slag naar kleinschaligheid. Daar ligt een kans dat je niet alleen de mensen, die volledig hulp nodig heb ben, helpt op wijkniveau, maar dat je tegelijkertijd men sen, die gewoon nog thuis wonen, ook kunt bedienen, waar door ze weer langer thuis kunnen blijven. Vergelijkbare voorzieningen kun je je voorstellen voor bij voorbeeld gehandicapten, zodat ook gehandicapten met veel meer privacy en kleinschalige voorzieningen gewoon in de wijk kunnen blijven wonen en niet per definitie uit hun om geving moeten en naar grootschalige voorzieningen moeten, waar in feite maar één soort aanbod is. Die hele ontwikkeling is er nu ook en die sluit in feit heel erg mooi aan bij de wensen die wij hebben om op wijk niveau een aantal voorzieningen te realiseren. Die combina tie maken we in deze nota ook. Dat kan je niet in de hele stad tegelijkertijd doen, wat dat betreft ben ik het eens met de heer Jacobse. Als je zo'n kadernota schrijft moet je niet verwachten dat je volgend jaar dat ook allemaal realiseert. Dat is gewoon niet zo. We hebben gezegd, in ieder geval liggen er kansen in de Vrijheidswijk, wellicht ook in Achter de Hoven, Bil- gaard, dus laten we daar in ieder geval starten. Dus ook vanuit de gemeente zeggen onze energie daar beginnen. Maar dan wel werkend vanuit deze uitgangspunten. Zodoende zijn we ook gekomen bij de Vrijheidswijk met het multifunctione le centrum. Ik denk als je daar de stedelijke vernieuwing combineert met zo'n soort centrum, dat je voor de mensen het plezier om daar te wonen en daar te kunnen werken en recreëren, plezier te hebben van de woonomgeving, ze daar mee een prachtige voorziening geeft en dat dat, in mijn ogen, een kroon zou zijn op wat je in het kader van stede lijke vernieuwing van plan was. Zo moet u er wat mij betreft naar kijken. Hoe gaat het dan met alle andere buurthuizen. Is nu de be doeling dat we in snel tempo die allemaal gaan sluiten en daar grote nieuwe centra voor gaan bouwen. Dat kunnen we fysiek gewoon niet aan. Dat zal absoluut niet gebeuren. Wat ik wel vind wat moet gebeuren is dat we verder moeten blij ven nadenken over hoe we met die hele discussie van de wijkgebouwen omgaan, omdat ik wel een trend zie op het ogenblik in wijken, dat wijkcentra de neiging hebben om een beetje onderuit te zakken. In de zin van dat ze te klein worden en het moeilijk is mensen te krijgen, maar dat ook de participatie van buurtbewoners eigenlijk maar heel be perkt is. Deze nota zegt niet dat de wijkcentra dichtgaan, maar deze nota nodigt wel uit om verder na te blijven den ken over hoe we nu met al die andere wijkgebouwen omgaan en waar in wijken zich kansen voordoen om de faciliteiten voor bewoners weer wat sterker te krijgen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 36