m
Blad 2
Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001
Te behandelen:
Punt omschrijving
1 Perspectiefnota.
bijlage blz.
70 2
Vaststelling financieel kader stedelijke
vernieuwing in het tijdvak 2000-2004. 95
Jaarrekening en jaarverslag.
143
100 (naar 3 juli)
De Voorzitter: Ik open de vergadering.
U heeft op uw tafel een nieuwe agenda gekregen voor de
raadsvergadering van morgen, daar is een punt aan toege
voegd. Het afscheid mevrouw De Jong staat op punt 10 en
punt 5, de BABS-kwestie, is naar voren gehaald, naar aan
leiding van interpellaties.
De eventuele moties over de BABS-kwestie wil ik graag naar
dit punt van morgen verwijzen, dan kunnen we dat onderwerp
in één keer bespreken. Maar geheel aan u wanneer en hoe u
moties indient en aan mij wanneer ze behandeld worden.
Er is bericht van verhindering van de heer Zwart, mevrouw
Mol, de heer De Beer en de heer De Vries.
Punt 1 (bijlage 70).
De Voorzitter: Aan de orde is de Perspectiefnota 2002-2005.
Mevrouw Sijtsma: We hebben net nog een sessie gehad met het
ondertekenen van moties en ik heb nog niet alle handteke
ningen op een rijtje, dus ik hoop dat u me voor het uitzoe
ken daarvan wat extra tijd wilt gunnen. Verder probeer ik
me aan de tijdslimiet te houden.
Voorzitter,
Sneller dan gemiddeld in Nederland daalde de werkloos
heid in Leeuwarden de afgelopen jaren.
De herinrichting van de Binnenstad kwam op gang, met
concrete resultaten.
De ontwikkeling van Zuiderburen is een feit.
Een prachtige Cultuurnota wordt op dit moment ten uit
voer gebracht
We werken aan de trendbreuk, die Leeuwarden tot die stad
zal maken, waar ook niet-Leeuwarders willen gaan wonen
en waar de Leeuwarders zelf niet meer uit willen ver
trekken. Een trendbreuk die onder andere met de plannen
rond Leeuwarden-Zuid gestalte zal krijgen.
r
Blad 3
Verslag van de raadsvergadering van 2 juli 2001
Met het Lokaal Sociaal Beleid nam Leeuwarden het voor
touw op landelijk niveau, om het welzijnsbeleid te her-
ij ken
Het valt niet te ontkennen, er is in deze collegeperiode in
Leeuwarden veel in gang gezet; de voorgaande ultrakorte en
zeer onvolledige opsomming geeft aan dat er goede resulta
ten zijn geboekt op het gebied van stadsontwikkeling, op
economisch gebied, op sociaal en cultureel gebied.
Daarbij gaan we niet voorbij aan de constatering, dat de
stroom van projecten moeilijk toetsbaar is in haar onder
linge samenhang, en er van de ambtelijke organisatie het
uiterste gevergd wordt. Wij pleiten ervoor op dit moment
niet meer allerlei nieuwe projecten op te starten, maar een
kwaliteitsslag te maken t.a.v. de ingezette projecten, in
de zin van samenhang en uitvoering. Het ontbreken van een
kader doet zich voelen. Daarom zijn wij ervan overtuigd dat
nu het moment is om een stadsvisie te ontwikkelen. Een vi
sie die zich uiteraard moet verenigen met de ruimtelijk
economische structuur. Aan de stadsvisie gekoppeld is een
PR-campagne, gericht op imagoversterking van onze stad, on-
ontbeerlij k
Op politiek gebied zijn een aantal heikele kwesties te kort
op elkaar aan de orde geweest. Dit doet afbreuk aan de
flitsende start en doorstart van dit college en dat is zeer
spijtig. Toch is het niet reëel de resultaten, die geboekt
zijn, door deze kwesties te laten overschaduwen, dat zou
buiten proportie zijn.
Voorzitter, wij vinden dat er serieus werk gemaakt moet
worden van het actualiseren van de bestemmingsplannen. Het
voorstel om incidenteel f 520.000,- vrij te maken voor de
tweede fase van de actualisering van bestemmingsplannen is
afgewezen. De PvdA-fractie is van mening dat hierdoor te
veel vertraging zal worden opgelopen. Bestemmingsplannen
zijn het belangrijkste instrument voor de ruimtelijke orde
ning en tijdige herziening is voor de gemeentelijke over
heid noodzakelijk om de gewenste sturing te geven aan het
ruimtelijke beleid. De PvdA-fractie stelt daarom voor in
2002 eenmalig f 300.000,- beschikbaar te stellen voor dat
doel. Dat we nu niet gelijk f 520.000,- in willen zetten,
heeft te maken met de vertraging die, vooral door het pro
ces van de stedelijke vernieuwing, in de eerste fase is op
gelopen, waardoor die eerste fase in 2002 nog doorloopt.
Met de gevraagde f 3 ton is de continuïteit van de actuali
satie gewaarborgd en kan de achterstand beperkt blijven. We
gaan er vanuit dat volgend jaar het resterende bedrag be
schikbaar wordt gesteld om het vernieuwingsproces te vol
tooien