Blad 46
Verslag van de raadsvergadering van 15 en 16 oktober 2001
ve rapporten van beëdigde makelaar-taxateursIk vraag me af waar
de PvdA-fractie deze stelling weghaalt
Wij hebben gekeken naar wat de totale positie is van de grond en
het water in die regio en we hebben daar ook andere mensen over
benaderd.
(De heer Van Mourik: Bedoelt u met de regio het bedrijventerrein
waar het achterligt?)
(De heer Ten Hoeve: Dit is natuurlijk een beetje de zaak buiten
proporties trekken. Ik vind het irritant dat de WD-fractie dit
doet, die juist voor een hogere juist opbrengst zou moeten plei
ten. Objectief gekeken, en naar eerdere rapportenligt hier een
stuk grond wat een behoorlijke waarde vertegenwoordigt. De argu
menten die de wethouder heeft gebruikt - het is jammer dat ik dat
moet zeggen - doen er niet toe. De opstallendie er staanhebben
niks met de waarde van de grond te maken. Nou is het vervelend,
want mijn fractie gaat akkoord met een - zijn we heel duidelijk
van mening - te lage opbrengstmaar we willen alleen als er in de
toekomst sprake is van verkoop en er winst gemaakt wordt, daar een
deel van veiligstellen voor de gemeenteDaar kan de WD-fractie
toch nooit bezwaar tegen hebben!)
(De heer Van Mourik: Ik heb er bezwaar tegen, mijnheer Van Mourik,
wanneer de waarheid iets anders wordt voorgespiegeld. U zegt die
opstallen vertegenwoordigen de waarde niet, die geven in wezen een
negatieve waarde aan de grond. De heer Feenstra heeft in de Com
missie Bestuur en Middelen namens het CDA-fractie voorgesteld:
schuif de hele rommel d'r af en ga het ontwikkelendan krijg je
een andere plan. Dus de keuze is gewoon: verkoop je het of ga je
het ontwikkelen.)
(De heer Ten Hoeve: Nee, daar gaat het niet om. De zaak vertroe
belt opnieuw. Wat er moet gebeuren is eerst kijken wat is deze
grond waard, en dat is ook gebeurd. Technisch is er in de commis
sie ook door de heer De Vries een berekening op losgelatendat
zelfs het huurbedrag ons meer oplevertdan wat we nu aan geld
ontvangenU moet er niet argumenten bij halen, die er niet toe
doen. Hier ligt grond te koop, grond aan het water, belangrijke
grond en die verkopen wij te goedkoopMaar ik zeg nog eens, wij
gaan akkoord, maar we willen alleen dat als er in de toekomst
winst is, dat die winst naar de gemeente komt voor een deel. Daar
kan de WD-fractiedenk ik, geen bezwaren tegen hebben. Dit zit
me hoog, ik heb het toen in de commissie behandeld en door ver
schuivingen is dat anders gegaan en een heleboel mensen weten de
cijfers niet meer. Maar wanneer de wethouder zegt: "er is helemaal
geen sprake van verkoop"dan hoeft hij ook geen bezwaren tegen
het kettingbeding te hebben.)
De heer Veldhuis: Ik handhaaf de motie.
De heer Jacobse: Wij hadden in de commissie een voorbehoud ge
maakt. Ik heb in de eerste termijn niet gesproken, omdat ik vond
dat dat redelijk verwoord was. Je moet niet dingen dubbel doen. Ik
vind - zoals de heer Ten Hoeve dat nog eens heel nadrukkelijk aan
Blad 47
Verslag van de raadsvergadering van 15 en 16 oktober 2001
geeft - op het moment dat er niets aan de hand is, heb je ook aan
beide kanten niets te verliezen. Wij wijken in principe af van ons
normale gebeuren, door het weer niet aan de hoogste bieder te ver
kopen om omstandigheden, daar hebben we ook begrip voor, daar zijn
in het verleden afspraken over gemaakt. De zaak loopt lang. Ik
vind datgene wat verlangt wordt heel redelijk. En wij zullen dus
voor de motie stemmen.
De heer Feenstra: Mevrouw de voorzitter, ik heb ook de eerste ron
de niet het woord gevraagd, maar nu hier een motie ligt voor een
kettingbeding wil ik ten eerste even zeggen: u weet wat ik zelf in
de commissie gezegd heb. De prijs vinden wij ook heel laag, maar
we moeten dit toch eigenlijk een keer doen, want we zitten hier al
acht jaar mee te stoeien. De hele wijk verkopen wij daar voor
niks. Dat weet ook de PvdA-fractie nog, wij hebben daar nog sport
velden verkocht onder de vorige wethouder voor een hele lage
prijs. Dus de grond kost daar zeker niks en ik vind de waarde van
deze grond van een tientje de vierkante meter ook bijzonder laag.
Want daar praten we over, tien gulden de vierkante meter. Maar we
zouden er niet over discussiëren.
Ik wou nog even een opmerking maken, dat dit hele gebeuren niet
meer voldoet aan de eisen vandaag de dag. Door de wethouder is
toegezegd dat hij rekening zal houden met de toekomst. Dat we dus
met een staande mastroute (die we naar Leeuwarden toe krijgen) ook
zullen moeten voldoen aan goede schiphuizen, die in zo'n plaats
moeten staan dan. Dat zal dan in een andere wijk moeten, want ik
heb niet het vertrouwen dat deze stichting dat allemaal kan beta
len. Ik pleit hierbij voor een kettingbeding. Dat bij een eventu
eel faillissement de curator dus voor altijd weer terug moet naar
de gemeente en dat de gemeente dan een beslissing krijgt. Het ket
tingbeding op zich is juridisch nooit haalbaar. Dat moet ik wel
zeggen, waar praten we dan over. Over een stukje, over een paar
schiphuizen, over het hele blok. En je weet niet als je de eerste
honderd schiphuizen verkoopt of dat dan al een kettingbeding is,
moet je daar dan al iets voor afdragen. Dat kan wel bij huizen van
een woningstichting, huis-per-huis-verkoop, maar in zo'n wijk is
het juridisch nooit haalbaar.
De heer Boorsma: Voorzitter, we hebben in de commissie aangegeven
akkoord te gaan met de prijs die nu voorligt, terwijl vergeleken
met de onderhandelingen er kennelijk nog wel wat rek bleek in te
zitten. Ik vind het op zich niet onredelijk om zo'n soort vorm,
wat de PvdA-fractie nu voorstelt, mee te nemen. Ik denk dat het op
zich helemaal geen kwaad kan als er sowieso geen sprake zal zijn
van verkoop, althans de verwachting die wordt uitgesproken.
Wat mijn fractie betreft kunnen wij akkoord gaan met de motie.
De heer Van Mourik: Een onderdeel van de totale transactie wordt
ook gevolgd door een aantal activiteiten, die de koper moet ver-