Blad 94
Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001
En ik heb ook nooit gepraat van een zwijgplicht ook niet naar
fractievoorzitters
Dan de bekrachtiging, nog even dan één keer herhalen. Wij hebben een
traject gekozen waarbij het de bedoeling was tot een overeenkomst te
komen en waarbij het niet de bedoeling was om een openbaar debat te
houden. Als wij die overeenkomst hadden gehad en er was een
meerderheid, een politieke meerderheid, die in de raad zou zeggen
van wij steunen dit, dan was dat voor de minister genoeg geweest.
Nu wij gekozen hebben, gezien alle discussie, voor een openbaar
debat, heeft de minister tegen ons gezegd: nou wil ik ook wel dat is
in de raad het laat bekrachtigen als je dat openbare debat hebt. Zo
is de situatie en daarom hebben we, nu we dat openbare debat hebben
georganiseerd, ook een besluit laten nemen om het te bekrachtigen.
Dan, een aantal statements.
Mevr. Uiterwijk Winkel: wij zijn nog steeds ontevreden over de
regie, de tijdsdrukte de verwarring rond artikel 6. Daar hebben wij
het over gehad. Ik heb natuurlijk zelf ook aangegeven in mijn eerste
termijn dat ik ook ontevreden ben geweest over een aantal zaken
zoals ze gelopen zijn, ook inzie dat we daar inschattingsfouten
gemaakt hebben. Ik vind het ook helemaal niet verkeerd om dat hardop
te zeggen. Maar goed, we hebben het met elkaar gelopen, we hebben
elkaar gecorrigeerd, we hebben er stappen ingezet, omdat we een
probleem op te lossen hadden waarvan we overtuigd waren dat dat
moest en zo gaat dat dan. Niet alles is van tevoren te overzien.
Dan komt er een motie van afkeuring van de D66-fractie, met name
gericht op het college, ook te maken hebbend met de manier waarop we
met elkaar dit proces hebben gedaan. Ik vond het wat gemakkelijk,
moet ik eerlijk zeggen, dat D66 de motie van PAL/GroenLinks
overneemt en dan zelf daarmee komt. Eigenlijk heeft ze de laatste
tijd steeds gezegd dat de manier waarop we samen lopen en de kanten
die er aan zaten en de commotie, ik herinner mij dat wij samen voor
de televisie zaten, dus het verbaast mij nu dat het nu een motie van
afkeuring wordt.
(De heer Hoogeveen: Voor de televisie waren we het ook niet op alle
punten eens, hoor. Dus wat dat betreft denk ik dat we nou ook niet
rare dingen moeten doen. Punt 1. Als de PAL/GroenLinks-fractie de
motie wel zelf had ingediend hadden wij hem meeondertekend, dat was
ook al zo besprokendus zo makkelijk is het allemaal niet. Die
motie kenden we dus al. Punt 2. Wij hebben zelfkritiekwij hebben
er zelf bijgezetenmaar het blijft dat de wethouders wel de regie
horen te voeren hier. U bent hier de professionele bestuurder wij
doen het erbij in onze vrije tijd, we verwachten van u een stukje
regie, we verwachten van u dat u ook over de communicatie nadenkt en
dat heeft u onvoldoende gedaan.)
Oké, ik heb denk ik genoeg gezegd over de manier waarop wij onze rol
ingevuld hebben en wacht de stemming over de motie van de D66-
fractie af. Het lijkt mij ingewikkeld om daar als college een
stemadvies over te gaan geven. Dus ik onthoud mij wat dat betreft
van een aanbeveling.
Blad 95
Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001
Dan heeft u een terechte correctie gedaan, meneer Hoogeveen, waarbij
u gezegd heeft van, de wethouder zei net dat er een fax zou zijn
geweest van Duk en dat is niet waar. Dat klopt die correctie heeft u
terecht gedaan en het is ook goed voor het verslag om dat rechtgezet
te hebben.
Verder heeft u gezegd, de overeenkomst wel bekrachtigen maar
doorpraten met de advocaten. Ik denk dat ik die lijn net heb
ingezet
Dan komen we bij de heer Stoker. Ik heb al even geïnterrumpeerd en
mijn grootste boosheid in ieder geval kwijtgeraakt. Ik respecteer
het feit dat de heer Stoker zegt, ik heb dit niet zo gewild, ik had
liever gewild dat de wethouders het hadden uitgepraat en dat de raad
had gekozen voor een andere weg. Dat respecteer ik, dat is
natuurlijk z'n goed recht. Maar hij moet niet argumenteren in de
sfeer alsof het college het vervolgens allemaal verkeerd heeft
gedaan, want daar was een meerderheid in deze raad die vond dat het
wel moest en het college cck. Dus in die zin zijn wij doorgegaan op
een weg die u niet welgevallen was. U zegt nu bij nader inzien
bekrachtig ik de hele overeenkomst niet. Nou dat is uw goed recht.
Andere dingen ben ik net op in gegaan. U heeft gevraagd naar de, u
noemt dat de eerste fase risico-onderzoek, ik denk dat u bedoelt,
die interne rapportage van Monsma over de bevindingen die ze hebben
gedaan van het rapport Monsma. Ik ben daar uitvoerig op ingegaan,
heb de weg laten zien hoe wij daar lopen. Dus wij komen binnenkort,
dat heb ik al toegezegd, in de commissie bestuur Commissie en
Middelen, wij komen binnenkort met hele verhaal naar de commissie en
u kan naar de afdeling om alle details uit de monitor terug te
vinden. Dus in die zin denk ik moet de situatie helder zijn, ik houd
niets achter, u kunt op de afdeling kijken, we komen met een stuk en
dat ligt in feite klaar, dus het komt eraan.
(De heer Jacobse: Mag ik even een opmerking maken n.a.v. een
opmerking die de wethouder maakt richting de heer Stoker. U zegt
meneer Stoker is consequent daarin dat die het nu afwijst, maar dat
is niet helemaal correct. De heer Stoker heeft aangegeven dat hij de
overeenkomst zou steunen als zowel mevr. Van Maaren als de
wethouders hem zouden steunen en dat is het geval. Dus wij hadden
vandaag mogen verwachten dat de heer Stoker deze overeenkomst zou
steunen
(De Voorzitter: Nee, maar de heer Stoker heeft nog geen stemverkla
ring afgelegd en die heeft gezegd dat hij overweegt iets te doen.
Dus zover is het nog niet en wel 1icht wil de heer Stoker nog een
stemverklaring afleggen zodadelijk. Mevrouw de Haan gaat verder.)
De heer Stoker heeft dit in ieder geval verklaard.
Nou dan waren er nog vragen van de trouwambtenaar en is mevr. Van
Maaren een bepaalde kant uitgeduwd. Als u mijn betoog van de eerste
instantie goed beluisterd heeft, dat de algemene kritiek was op de
burgemeester, wat de redenen waren waarom wij uiteindelijk tot dat