Blad 16 Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001 samenwerking onmogelijk is geworden. Maar dan moeten we ons niet tegengehouden zien door zo'n regeling. Dan moeten we al te geheimzinnig doen over het op een rijtje zetten van de oorzaken. Ik denk dat daar zonet in eerste termijn door mevrouw De Haan al een aardige aanzet is gegeven. Maar op het moment dat zoiets uitblijft vind ik dat je als raadslid verplicht bent om er alsnog achteraante gaan en dat is wat wij hebben gedaan. Wat dan aan de orde is, is (en ik citeer uit de raadsbrief) "informatie inwinnen door de raad en informatieplicht van het college"En dat is de reden dat wij maandag al het initiatief hebben genomen richting landelijke SP door de Kamerfractie te verzoeken schriftelijke vragen te stellen aan de minister van Binnenlandse Zaken. Het gebrek aan informatie is nou juist de reden waarom wij in de loop van dinsdag hebben besloten alsnog een openbare raadsvergadering aan te vragen, want dat blijkt de enige manier te zijn waarop we informatie in kunnen winnen. Het initiatief lag hierbij dus bij de Leeuwarder SP-fractie, meneer Jacobse van de NLP-fractie, niet bij de Tweede Kamerfractie. Niet alleen raadsleden hebben het democratisch recht op uitleg, maar vooral ook de bevolking. Dit blijkt duidelijk uit de enquête van de Leeuwarder Courant van vandaag waarin bijna 60% van de bevolking te kennen geeft niet te weten of Van Maaren terecht is weggestuurd. En ik herhaal het nog maar eens: dat heeft niets te maken met elkaar beschadigen of met modder gooien of natrappen. Ik ga er dan ook van uit dat alle andere sprekers vanavond de gemeenteraad van Leeuwarden niet te kijk willen zetten en de wil uitspreken geen moddergevecht aan te willen gaan. We moeten over de inhoud praten, dat is ook waar de burger op zit te wachten, niet op de soap van een of andere commerciële omroep. Voorzitter, nu naar de inhoud. Hopelijk krijgen we deze avond meer inzicht in het hoe en waarom. Ik vraag geheel onbevangen en ongeremd over dezelfde zaken opheldering aan zowel mevrouw De Haan als mevrouw Van Maaren. Helaas heeft de laatste ons reeds verlaten. Dit is immers de eerste en waarschijn lijk enige mogelijkheid. Een aantal vragen is beantwoord. Ik ga ze bij langs en ik ga vervolgens voor mijzelf afvinken wat daar over is gezegd. Mocht dat niet kloppen, dan hoor ik u daar graag over in de tweede termijn. De vragen die ik aan u voor had willen leggen zijn de volgende: - Kunt u in tijd aangeven wanneer de eerste tekenen er waren dat de samenwerking spaak ging lopen en welke tekenen dat waren? (Ik stel vast dat die tekenen al vrij snel gedurende het aanstellen van mevrouw Van Maaren aan de orde zijn geweest.) - Welke acties zijn vervolgens concreet ondernomen om tot een verbetering in de samenwerking te komen en waarom deze acties, zoals duidelijk mag zijnzijn mislukt? (Ik stel vast dat er een aantal functioneringsgesprekken zijn geweest, ik vraag mij af waarom dit tot niets heeft geleid.) Wie van het college heeft vervolgens als eerste voorgesteld om aan te sturen op het uiteen gaan van wethouders en mevrouw Van Maaren Blad 17 Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001 Waarom hebt u niet alle fracties tijdig op de hoogte gebracht van de problemen in de arbeidsrelatie binnen het college? Is het vertrek van diverse wethouders louter een zaak van persoonlijke carrièreontwikkeling geweest of bent u van mening dat de problemen van de gemeente Leeuwarden hierin een stimule rende rol hebben gespeeld? In aanvulling daarop: bent u van mening dat een escalatie zoals deze onvermijdelijk was of dat de kans kleiner was geweest indien er meer continuïteit binnen het college was geweest of als er minder problemen zouden zijn geweest? In het programma Barend en Witteman noemde mevrouw De Haan mevrouw Van Maaren 'niet professioneel genoeg'. Is het alleen de persoonlij ke invulling (zo noem ik het maar even) van mevrouw Van Maaren verband houdende met het uitoefenen van het ambt, die het zogenaamde onoverbrugbaar verschil van inzicht over de werkwijze van het dagelijks bestuur van Leeuwarden' inhoudt? (Ik stel vast dat dit niet het geval is.) Is het verschil in inzicht tussen wethouders en mevrouw van Maaren in het opzetten van de inventarisatie van gemeentelijke risicogebieden één van de oorzaken van de breuk geweest? (Ik stel vast dat dat het geval is. Ik vraag mij tevens af welke rol nu welk persoon op welk moment gespeeld heeft. Daar zou ik graag duidelijkheid over willen.) Is het verschil in inzicht tussen wethouders en mevrouw Van Maaren betreffende de gang van zaken rond de benoeming van de nieuwe gemeentesecretaris één van de oorzaken van de breuk geweest Is het verschil in inzicht tussen wethouders en mevrouw Van Maaren betreffende het homohuwelijk en de zaak Eringa één van de oorzaken geweest? Is het niet behalen van de netwerkstatus voor Leeuwarden één van de oorzaken van de breuk geweest? (Ik stel vast dat dat het geval is. Is er inzake de OZB-problematiek verschil van inzicht geweest ten aanzien van de door het college uitgesproken gezamenlijke eind verantwoordelijkheid en zo ja, hoe uitte zich dit en is dit dan één van de oorzaken geweest? De Volkskrant spreekt vandaag over een onderzoeksrapport van Monsma, wat we binnenkort voor ogen krijgen, er is tijden de Commissie Bestuur en Middelen ook al wat over gezegd. Bestond er verschil van inzicht tussen wethouders en burgemeester over de vraag of en wanneer dit naar buiten had moeten komen en zo ja, is dit één van de oorzaken van de breuk geweest? (Ik ben geneigd te zeggen dat dat het geval is.) Is het zo, in aanvulling daarop, dat begin september een voorstel van de burgemeester is geweest om om tafel te gaan met de Commissaris van de Koningin om over de OZB-problematiek te spreken Is het inderdaad zo dat er gesproken zou worden over de OZB- problematiek Hoe zit het met de brief, waar sprake van zou zijn geweest met betrekking tot OZB en rapport Monsma? Bestaat deze brief

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 9