Blad 48
Verslag van de raadsvergadering van 12 november 2001
stuurgroep voor de kenniscampus is op het ogenblik heel hard aan
het rekenen, voornamelijk aan het rekenen, of de plannen, zoals
die gemaakt zijn ook haalbaar zijn. Daarbij hebben de provincie en
de gemeente beide van hun kant aangegeven van wat kun je nu van
ons verwachten. Wij hebben in ons SIOF f 3 miljoen gereserveerd,
om maar iets te noemen, maar wij hebben ook aangegeven dat als het
gaat om het facilitaire in het ruimtelijk mogelijk maken en ook
naar verkeer kijken, dat onze inspanningen daar liggen. Het is een
ambitieus plan, dat nu doorgerekend wordt en waar nu gezocht wordt
naar welke fases kunnen we daarin aanbrengen. Zodra daar meer
helderheid over komt, want daar zitten we met drie hoge scholen,
die ik niet aan het touwtje heb, dan kan ik u daar meer over
vertellen. Er wordt wel degelijk hard aan gewerkt.
Als ik dan toch bij de heer Boorsma ben, hij heeft iets gezegd
over de autorisatie, ook een onderdeel van het besluit. In feite
is het voorstel dat wij hier doen over die autorisatie niet anders
dan het vorig jaar was, het bestendigen van de huidige situatie.
Eigenlijk worden wij daartoe genoodzaakt door de dagelijkse
praktijk, maar ook de voorschriften, zoals die er zijn.
Dan heeft de heer Stoker iets gevraagd over vrijwilligerswerk.
De nota vrijwilligerswerk wordt op het ogenblik uitgevoerd, daar
wordt met name heel hard aan gewerkt door het vrijwilligerssteun-
puntDat is de ene kant, die hebben we extra middelen gegeven en
daar is iemand aangesteld en daar wordt ook gekeken naar de ICT,
de mogelijkheid om die vrijwilligersvacatures wat beter toeganke
lijk te maken. In die zin wordt er heel hard aan gewerkt.
Een tweede waar wij mee bezig zijn. Wij hebben een voorstel
ingediend in Den Haag om een experiment te mogen doen, waarbij
vrijwilligerswerk en het bedrijfsleven aan elkaar geknoopt wordt.
Met andere woorden, wij willen voorstellen ontwikkelen waarbij we
een andere type vrijwilliger, met medewerking van het bedrijfsle
ven, hier op een aantal projecten kunnen krijgen. Daar moeten we
nog uitslag van krijgen. Maar uw concrete vraag, of er financiële
problemen waren, dat is mij op dit moment niet bekend. Los van het
feit dat men altijd graag meer geld wil, maar verder niet.
Dan is er een vraag van de mevrouw Dolstra over de inflatie 2,5%.
Deze raming is op basis van dezelfde ramingen die het kabinet
hanteert bij het Gemeentefonds.
Ik denk dat ik wat dat betreft er door ben.
(De heer De Beer: Ik heb in de richting van mevrouw De Haan nog
twee vragenhet betreft de moties nummer 12 en 13. U bent heel
expliciet ingegaan op motie nr. 11, maar niet op 12 en 13. Wat is
het standpunt van het college over 12 en 13? Dat is van de
Christenunie over perspectief 2002 enz.)
Ja, daar ben ik volgens mij wel op ingegaan. Wij stellen voor om
Perspectief volgend jaar op de manier te doen, zoals we hebben
voorgesteld. Voor de vakantie de jaarrekening met extra aandacht
en conclusies.
Blad 49
Verslag van de raadsvergadering van 12 november 2001
(De heer De Beer: Dus u ontraadt deze motie.)
Ja, ik ontraad de motie.
De heer Krol (weth.): Er zijn een aantal opmerkingen gemaakt over
de zaken die in mijn portefeuille zitten. Ik zal ze een voor een
nalopen
Er is een opmerking gemaakt door mevrouw Sijtsma over de P&O-nota,
dat die heel belangrijk is. Dat geeft mij de gelegenheid om de
volgende opmerking te maken.
Er ligt de toezegging van het college dat eind december of in
december de P&O-nota aan de orde zal komen in de Commissie Bestuur
en Middelen. De stand van zaken is als volgt, dat de organisatie
visie, dus het O-gedeelte, inderdaad klaar is, besproken wordt op
dit moment binnen het college en eigenlijk in concept gereed is om
richting Commissie Bestuur en Middelen te gaan. Ware het niet dat
er op dit moment ook een risicoanalyse ligt, een concept risico
analyse met betrekking tot de nasleep van de OZB-affaire, u kent
dat hele verhaal. En het college heeft voorrang gegeven met
betrekking tot bespreking van die nota boven die organisatievisie.
Dat betekent dat u in december die concept-risicoanalyse tegemoet
mag zien in de Commissie Bestuur en Middelen en dat wij hebben
besloten de organisatievisie met betrekking tot het O-gedeelte van
het P&O-beleid te behandelen zo spoedig mogelijk daarna. Dus het
accent wordt gelegd op de risicoanalyse, vervolgens komt de
organisatievisie en daarna volgt het P-gedeelte, wat inderdaad ook
belangrijk is. Ik neem aan dat u daarmee kunt instemmen, omdat het
politiek inderdaad wenselijk is, denk ik, dat we eerst die
risicoanalyse doen.
Tweede opmerking is gemaakt door mevrouw Sijtsma over de openings
tijden van burgerzaken. Beschouw je de tijden van Burgerzaken, dan
is op maandag burgerzaken open van 10:00 uur tot 16:00 uur,
dinsdag tot en met vrijdag van 09:00 uur tot 16:00 uur en op
donderdag nog van 18:00 uur tot 19:30 uur. Kijk je dan naar
basisschoolleerlingen, die hun paspoorten zouden moeten halen, dan
kom je tot de conclusie dat dat wel eens in de knel zou kunnen
komen. Vooralsnog handhaven wij die openingstijden. Mocht het zo
zijn dat het spaak loopt, dan denk ik dat we zo spoedig mogelijk
moeten kijken naar het verschuiven van uren om te realiseren dat
ook leerlingen bijvoorbeeld van basisscholen hun paspoorten kunnen
halen. Er zijn nog geen ontwikkeling om op dit moment die daar al
op inspelen. We wachten eerst even af hoe het loopt en passen dan
aan als dat nodig is.
Met betrekking tot het ziekteverzuim zijn opmerkingen gemaakt dat
in delen van de organisatie het ziekteverzuim nogal hoog is. Dat
klopt, en dat heeft ook de aandacht van de diverse management
teams. Dan hebben we het over de oorzaak van het hoge verzuim, de
verzuimbegeleiding, de werkdruk, de ambities en dat soort zaken.
De afdelingen P&O-advies is druk bezig daaromtrent een plan van
aanpak te maken, wat zo spoedig mogelijk, als dat nodig is, in de