Blad 66
Verslag van de raadsvergadering van 12 november 2001
ons niet als VVD-fractie, dat we hier weer als afzonderlijk in
december op terugkomen. We hebben net over het minimabeleid
gesproken, hier ligt een hele helder motie, door een aantal
partijen ondertekend. Wat ons betreft wordt deze motie in stemming
gebracht en wat de VVD-fractie betreft wordt die ook aangenomen,
mevrouw de voorzitter.
Amendement 1 vinden we uiteraard sympathiek van NLP-fractie, want
ook de VVD-fractie vindt dat er een goede en gezonde algemene
reserve moet zijn en die is ons niet gauw te klein. Het is wel zo,
deze opmerking heeft de CDA-fractie eerder gemaakt, dat de hoogte
van je reserve natuurlijk ook afhangt van de inhoud van je
risicoparagraaf. Op het moment dat je weinig risico's loopt, kun
je wat risicovoller investeren. Dus in die zin is er sprake van
communicerende vaten. Wij denken dat de hoogte voor de komende
beleidsperiode van algemene reserve bij het nieuwe collegeonder
handelingen op tafel zou moeten komen. Op dit moment hebben wij
geen behoefte aan de motie.
Dan motie nummer 5 over het koninklijke huis. Daar zijn wij als
VVD-fractie reusachtig blij mee. We zijn ook heel blij dat het
college hem heeft overgenomen. Voor sommige mensen is het nog niet
zolang geleden dat een raadslid uit deze raad voorstelde om als de
Groene Draak afmeerde in de Prinsentuin de eigenaren van die boot
dan geen vrijstelling van liggeld te verlenen. Dat is een
nadrukkelijk politiek punt geweest. Ik dacht dat het meneer Jansen
was van de PvdA-fractie die toen dat voorstel heeft ingediend.
We zijn blij dat het inzicht zo voortschrijdt.
Motienummer 6 is niet overgenomen, het doel wel, die f 20.000,-,
alleen wat anders gedekt. Ik neem aan dat de NLP-fractie er mee
tevreden is. Wij steunen de motie niet.
Dan de motie van openbaarheid. Wij kunnen ons voorstellen dat de
NLP-fractie deze motie indient. Wij vinden ook dat het college er
sportief op heeft gereageerd. Het college heeft aangegeven, punt 3
en 4 willen wij even bekijken, komen we op terug. En met die
beantwoording van het college zijn wij tevreden en wij hopen dat
dit voor de NLP-fractie reden zal zijn om te zeggen dat het
college hier op een goeie manier mee omgegaan is.
Motienummer 8 is eigenlijk een motie dat moet alle politieke
partijen zich dat het zelf moeten aantrekken en zichzelf uitge
daagd voelen, minder een taak van de gemeente, van de individuele
politieke partijen die deze raad bevolken. Daar moeten we met z'n
allen mee aan de gang, meneer Boorsma en daar worden we 6 maart op
afgerekend. Dat is gewoon de verantwoordelijkheid van de partij.
Dan de motie van D66-fractie, die lijkt goed. Je gaat meer
professionaliteit brengen in je personeelswervingZo kijk je er
in wezen tegenaan, je reserveert daar budgetten voor. Je bent echt
bezig met de professionalisering van het dagelijks bestuur van een
gemeente en ook van een gemeenteraad. Aan de andere kant heeft ook
Blad 67
Verslag van de raadsvergadering van 12 november 2001
de heer Stoker een paar dingen gezegd over de legitimatie die
gekozen moet hebben, hij/zij moet afkomstig zijn uit de lokale
samenleving, dat spreekt ons ook aan als VVD-fractie. Als je
optimaal gebruik zou maken van de mogelijkheden, die de voorstel
len van Elzinga bieden, dan zou je, bij wijze van spreken, een
soort beroepskaste van bestuursnomaden kunnen krijgen, die net als
dominee van standplaats naar standplaats trekken en daar dan een
periode van 4 jaar een stukje brood verdienen. Dat is toch een
lijn die de VVD-fractie niet voorstaat, meneer Hoogeveen.
(De heer Hoogeveen: Er waren al eerder opmerkingen over mijn
motiedie mij prikkelende om wat op te merken, maar dat doe ik in
mijn tweede termijn wel. Maar er wordt nu zoveel onzin gezegd, dat
ik denk van nu moet wat terug gaan zeggen. Want het is natuurlijk
zo dat een echt professionele manier van werving en selectie onder
meer inhoudt dat je samen een profiel voor die bestuurders
opschrijft. Dat je samen op schrijft wat voor bestuurders je nou
eigenlijk in dit college wil. Eén van die dingen, die je in zo'n
profiel kan zetten, is natuurlijk dat je graag bestuurders wilt
die met hun voeten in de klei van de samenleving van Leeuwarden
staan. En dat je dus geen kaste van beroepsbestuurders uit het
Westen van het land allemaal gaat aantrekkenDat soort dingen
kunnen we allemaal met elkaar bespreken, maar je moet het wel
doen. Tot nu toe laten we het gewoon over aan de politieke
partij en om maar gewoon voor te dragen wat hun denkt dat goed is.
En dat is het dan ook. Wij permitteren het ons niet om als
politieke partijen samen kritisch te zijn tegenover de kandidaten
die door één partij worden voorgesteld. En dat vind ik niet goed,
daar wil ik van af.)
Maar vindt u het dan de verantwoordelijkheid van een politieke
partij om te zorgen dat er kandidaten zijn, die in zo'n profiel
passen of vindt u het de verantwoordelijkheid van de belastingbe
taler om te zorgen dat partijen mensen naar voren kunnen schuiven
die in dat profiel passen?
(De heer Hoogeveen: Het is zeker een verantwoordelijkheid van de
politiek partijen om met goeie kandidaten te komen. Wij willen
budget beschikbaar stellen om ze daarbij te helpen, maar het is
wel de verantwoordelijkheid van die politieke partijen om met
goeie kandidaten te komen. Maar ik vind dat de raad de moed moet
hebben om te zeggen, als die kandidaten niet goed zijn, dan gaat
het dus niet door.)
Hoe kijkt u dan aan tegen de democratische legitimatie. Ik vind
dat een partij moet met een aantal mensen de verkiezingen in en de
kiezers moeten weten dat die mensen bereidt zijn om eventueel
voorkomende functies in te vullen.
(De heer Hoogeveen: <Ja, maar nu gaat het dus echt mis. Want nu
gaat Van Mourik dus zeggen dat mensen, die wethouder willen
worden, op de lijst moeten staan. En dat is nu wat de wet eruit
heeft gehaald, meneer van Mourik.)
Of een partij moet van tevoren zeggen: mensen jullie kunnen op ons
stemmen, maar we halen toch iemand anders als wethouder. Ik zal
elke partij dan wel willen adviseren om dat voor de verkiezingen
te zeggen niet erna. Dan moet de kiezer zich er maar over