Blad 38 Verslag van de raadsvergadering van 21 november 2001 ming mee bereikt moet worden over de stedelijke vernieuwing in de Noordrand, staat nu op wel zeer vijandige manier tegenover ons gemeentebestuur. Dat zal wel opgelost moeten worden. Als je dan vaststelt dat er zulke tegenstrijdige berichten de wereld in worden geholpen, dan moeten we toch even goed kijken wat we aan het doen zijn. Ik geloof de wethouder wanneer hij zegt dat er in het kadaster staat dat er geen millimeter grond in bezit van de corporatie holding is. Maar daarnaast hoor ik hem zeggen: die opties, dat weten wij niet, dat kunnen wij niet controleren. Dat is een punt om toch wel even goed naar te kijken. Om die reden vinden wij nog steeds dat er reden is om nu even nog geen besluit te nemen Het tweede punt waar in de overweging van een motie, waar verder in de beantwoording van het college niet op ingegaan is, is wat ons betreft ook wel degelijk reden om nog eventjes goed naar te denken over wat wij op dit moment aan het doen zijn. Er is in de bouwwereld wel wat aan de hand op dit moment en partijen die betrokken zijn bij deze overeenkomst, zijn daarbij ook in discussie. Ik denk dat dat reden is om even goed met elkaar te praten daarover. Betekent niet meteen dat we partijen in de verdachtenbank moeten zetten, maar we moeten wel even weten wat we doen als we deze overeenkomst sluiten. De heer Jacobse: Voorzitter, wij hebben een aantal jaren terug reeds in vrij grote mate van eensgezindheid ingestemd met het wijzigingen van het beleid, in die zin dat het gaat om de grondpolitiek, namelijk de ondernemende gemeente, die zelf gronden verwerft en tot ontwikkeling brengt, juist om er ook wat aan te verdienen, omdat toen de praktijk was, dat het met name de bouwondernemingen zelf waren die verworven en tot ontwikkeling brachten en de gemeente daar niks aan verdiende. Wij hebben toen ook reeds de keus gemaakt om aan risicosprei ding te doen, door zoveel mogelijk samen te werken met private partijen. Want we kijken natuurlijk allemaal met grote ogen, en dollars in die ogen, naar de winsten die mogelijk zijn, maar alle winst willen betekent ook alle risico lopen en dat hebben we toen bewust niet gewild. Wij hebben toen gelijk gezegd: als we zoveel geld investeren, dan willen we ook de risico's zoveel mogelijk afdichten door middel van samenwerking met private partijen, om daar zoveel mogelijk het risico te leggen. Wij zijn aan de slag gegaan, wij hebben gronden verworven, we hebben flinke investeringen gedaan, we hebben private partijen gevonden. Er is nu een intentieovereenkomst totstandgekomen en we zijn ook verplichtingen aangegaan tot het halen van een bouwvolume. Dat telt voor mijn fractie ook zwaar. Blijft dat we met het zweet in de handen het besluit nemen, want ondernemen brengt risico met zich mee, dat is ook al gezegd en ik moet eerlijkheidshalve zeggen, ik zal niet ontken nen, uit de geschiedenis zijn wij natuurlijk toch bang voor de advocaten van de commerciële bureaus, als het mis gaat. Wij Blad 39 Verslag van de raadsvergadering van 21 november 2001 kennen natuurlijk nog allemaal de naslepen van Stadskantoor en Harmonie. Volgens mij lopen de arbitragezaken nog steeds en zijn de advocaatkosten inmiddels hoger dan de claims. Natuur lijk hebben we daar wel onze vragen en onze angsten over. Echter, we begrijpen natuurlijk ook dat als we dit soort trajecten willen, en wij willen dit soort hoeveelheden woningen op korte termijn bouwen, dan moeten we wel met zulke bedrijven in zee gaan en moeten we wel zulke overeenkomsten sluiten. De NLP-fractie heeft constant, met het oog op die gewenste ontwikkelingen, dit project gesteund en wij draaien ons nu ook niet voor die verantwoordelijkheid weg. Voorzitter, met in achtneming van het onderdeel over de exploi tatie van die natte natuur, ik wil daar best nog nader op ingaan, maar daar hebben we in de commissie uitgebreid gedaan, dus ik laat het maar hier liggen, waarover ik in de eerste termijn sprak, steunen we derhalve het voorstel van het colle ge. De heer Feenstra: Ik zou nog graag een antwoord willen hebben op de vraag of het probleem met de Ottema-Kingma Stichting vertraging op kan leveren ten opzichte van de start van de projecten. In die omgeving zijn wel wat plannen in het begin stadium. Daar is nog niet op geantwoord. Dan wil ik ook heel duidelijk zeggen dat we het vaak genoeg in de commissie gehad hebben over dit verhaal en over de private partijen, die we gehad hebben. Daar hebben we duidelijk voor gekozen en ik geloof niet dat we daar nu weer een wijziging in aan moeten brengen. In de commissie is er heel weinig over gesproken dat deze vier toch wel 'rijke partijen', in ieder geval financieel sterke partijen, dat we daar blij mee mogen zijn en dat we als 50% mede-eigenaar dit starten en doe er geen mensen meer bij of meer private partijen. Dan wil ik nog wel een opmerking plaatsen naar de NLP-fractie. Het proces loopt niet meer van Stadskantoor. Daar hebben we al genoeg problemen over gehad. (De heer Roekiman: De heer Feenstra stelt een vraag over de consequentie van de OKS-grondenof dat een vertraging zal opleveren. Ik ben zeer benieuwd, als dat wel het geval is, of de CDA-fractie dan wel akkoord gaat met de intentieverklaring. De heer Van Mourik: Waar we ons ook bij de beide commissiever gaderingen, waar gesproken is over OKS, ons daar ook mee bezig gehouden. Ik heb de wethouder toch horen zeggen dat dat geen belemmering is voor het aangaan van de intentieovereenkomst. Wij kunnen akkoord gaan met de voorstellen, zoals die liggen, met in acht name van de toezeggingen, zoals die zijn gedaan. Dat houdt ook in dat wij geen behoefte hebben aan de motie. Er is sprake van een proces, waarbij wij drie jaar lang ontzettend forse kredieten voor voorbereidingskosten beschikbaar hebben

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 20