Blad 36 Verslag van de raadsvergadering van 29 november 2001 een boekenplank vol te hebben met lectuur over hoe de burge meesterscrisis hier in Leeuwarden is gegaan? Er zullen meer mensen, misschien wel misschien niet, naar de pen grijpen. Wij hebben aan deze motie geen behoefte. Er is één vraag gesteld, daar wil ik graag op ingaan. Dat heeft betrekking op de gebeurtenissen in het weekend voordat wethou der De Haan haar aftreden bekend maakte. Ik vind die vraag belangrijk, omdat de PvdA-fractie die stelt en heel veel oppositiepartijen lopen al vooruit, die concluderen al. Ik denk dat het daarom goed is om de feiten even helder op een rij te zetten Wat is er, ik dacht zondagmiddag om een uur of twee of drie, gebeurd? Ik ben gebeld door Omrop Fryslan radio, mevrouw Geveke als ik mij niet vergis, om een reactie op de stukken, zoals die bij ons waren gekomen, en ik heb daar drie dingen gezegd. - Ik heb gezegd dat ik een scherp debat verwacht, ervan uitgaande dat wethouder De Haan daar aan deel zou nemen. - Ik heb gezegd dat wij de zaak uiterst serieus opnemen en ik denk dat de feiten die conclusie ook schragen. - En ik heb gezegd dat het tijdstip van de verkiezingen bij het debat geen rol mag spelen. Dat zijn de feiten, de situatie was er volgens mij naar. Iedereen van de oppositie, vooral de oppositie, koppelt daar gemakkelijk en toch ook, vind ik, vrij snelle conclusies aan. Als ik zeg oppositie, dan bedoel ik verschillende partijen die aan het woord zijn geweest, ik noem dat gemakshalve oppositie. Ik ben blij, mevrouw de voorzitter, met de signalen van van avond. Het toont aan dat er nog een oppositie is in Leeuwarden en de laatste jaren heb ik daar wel eens aan getwijfeld. Ik denk dat het goed is om onze inzet met betrekking tot de OZB nog eens te verduidelijken. Wij hebben van meet af aan het idee gehad, bij OZB I en II, dat het lek niet boven water was en dat de oorzaken dieper lagen. Dat is de belangrijkste reden voor onze opstelling en inzet geweest. Wij waren er niet gerust op dat de zaak onder controle was en de feiten staven dit. Wij zijn blij met de aanpak die nu wordt gekozen, want wij hebben het idee dat het lek nu wel boven water is. Wij hebben dus vanaf het begin die opzet gekozen en die instel ling gehad, en wij hebben niet vanaf het begin de behoefte gehad om bijvoorbeeld een insteek te kiezen, zoals de heer Hoogveen die op 28 maart heeft gekozen. Toen heeft hij in de commissie gezegd: 'we krijgen snel alle informatie, er worden goede opdrachten verstrekt voor onderzoeken, er worden goede deskundigen betrokken bij het hele traject, op het late moment dat er ingegrepen wordt er ook goed ingegrepen'waren toen de woorden van de heer Hoogeveen. En wij hebben bij de start van de OZB I en II discussie al helemaal niet de behoefte gehad om door middel van een mailtje via PEL te laten weten, zoals NLP- fractie dat heeft gedaan, dat de wethouder geen enkel blaam trof. Wij hebben van meet af aan de ernst van de situatie ingeschat en wij hebben daar naar gehandeld. Blad 37 Verslag van de raadsvergadering van 29 november 2001 Daarnaast heb ik aangegeven, en dat is niet alleen vanavond, maar dat is in de hele OZB-casus zo geweest, dat wij niet op een val van het college uit zijn. Dat heeft niets te maken met lafheid, maar met verantwoordelijkheidsgevoel. En de VVD- fractie hoopt dan ook dat deze avond niet op een val van het college uitdraait. Er worden vervolgens in de bijdrage in eerste termijn hele grote woorden gebruikt om de opstelling van de VVD-fractie te beschrijven, mevrouw de voorzitter. Het komt er voor ons op neer dat we niet kritisch mogen zijn, als we ook niet van meet af aan de doelstelling hebben het college te laten vallen. En als er schijn wordt gewekt, zoals vanavond, dat de VVD-fractie niet loyaal is geweest, dan vindt de oppositie het ook niet goed. Als er geen overleg wordt gevoerd tussen de coalitiepar tijen onderling en tussen de collegeleden en de collegepartij en, dan zwabbert het college, dat is niet goed. En als het wel gebeurt, dan noemen we dat achterkamertjespolitiek. Wij hebben in deze casus, dat wil ik benadrukken, mevrouw de voorzitter, een uiterst consistente lijn gevaren, die we van meet af aan hebben geconstateerd. Bij die casus, bij die gebeurtenissen, hebben wij ons actief opgesteld, actiever dan menige partij die vanavond zo'n ongelo felijk grote mond opzet. En dat hebben wij gedaan omdat de situatie dat noodzakelijk maakte. En iedereen moet daar vooral de komende tijd van vinden wat hij wil. Dank u wel. Mevrouw Uiterwijk Winkel: Wij onderkennen dat er een collectie ve verantwoordelijkheid ligt bij het college als het gaat om het totale belastingverhaalDe mate van politiek verwijtbaar heid ligt bij de een zwaarder dan bij de ander. Wat voor onze fractie van belang was, is dat mevrouw De Haan meer informatie had moeten geven over de OZB II kwestie. Het gaat ons niet zo zeer om het volledige belastingverhaal. Onze fractie spreekt nogmaals het vertrouwen in de coalitie uit Tot slot, we kunnen ons voorstellen dat de oppositiepartijen liever zelf de initiatieven hadden genomen de wethouder van financiën de wacht aan te zeggen. Het is anders gelopen, om dan nu uit kinnesinne het aftreden van het hele college te vragen, gaat ons veel te ver en vinden wij ook niet terecht. Derhalve zullen we ook de motie van de NLP-fractie niet steunen. Met name de NLP-fractie suggereert dat het hele college nu als geheel verantwoordelijk gesteld moet worden. Dit is in schrille tegenstelling met hetgeen zij bij twee OZB kwesties beweerde, namelijk dat het niet zo mag zijn dat een lid van een collegi aal college nooit politiek aansprakelijk gesteld kan worden voor zijn of haar portefeuille. De NLP-fractie en de andere oppositiepartijen hebben bij de OZB I en II aangegeven dat niet

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 19