Blad 46 Verslag van de raadsvergadering van 29 november 2001 Ik blijf verschillen van mening met het college over de relatie tussen het vertrek van mevrouw Van Maaren en deze belasting kwestie. De motie van de NLP-fractie op dit punt is in mijn ogen een acceptabel voorstel, waar ik van harte mee instem. De suggestie van mevrouw Dolstra om een evaluatieonderzoek staat mij ook wel aan maar het hoeft natuurlijk niet dubbel op. Mocht motie twee van de NLP-fractie niet worden aangenomen, dan gaan wij voor dat evaluatieonderzoek. De Partij van de Arbeid-fractie refereerde eraan dat zij vinden dat correct is omgegaan met de quickscan van Monsma. Wel nu ik heb daar al over gezegd dat het ook beslist niet de bedoeling was dat dit tot een rapportage zou leiden, die quickscan. En dus is men er niet open mee omgegaan, en dus ook niet goed mee omgegaan (Mevrouw Sijtsma: De rapportage is wel degelijk opgesteld en er zijn dingen ter inzage gelegd op de afdelingHet was toeganke- lijk voor alle raadsleden. De raadsleden zijn met nadruk uitgenodigd om zichzelf daar op de hoogte stellen van wat er allemaal aan verbeteracties was en wat er voor punten lagen.) Klopt, maar de commissievergadering was op 2 september en dat werd verteld op 5 september. Dus, op 2 september wist mevrouw De Haan ook al de conclusies en heeft ze er niet over gerept en heeft dan in theorie de mogelijkheid gegeven om daar naar toe te gaan, wetende dat er weinig raadsleden de moeite nemen om al die hindernissen af te gaan om daar regelmatig naar toe te gaan. Dat is heel erg open natuurlijk, als je het op die manier doet, dat klopt dat is buitengewoon open. De heer Wijmenga stelde in eerste termijn dat deze belasting kwestie niets te maken heeft met het vertrek van mevrouw Van Maaren en dat deed ook de heer Van Mourik. Maar een motie om nu echt eens boven tafel te krijgen hoe het zit, daar wil men niet aan. Hij verdedigt de stelling, ze verdedigen beide een stel ling, maar willen liever niet op deze manier boven tafel krijgen hoe het nu echt zit. (De heer Van Mourik: Ik denk dat het zo is, mevrouw de voorzit ter, als je vindt dat de zaak duidelijk is, dat je dan geen behoefte hebt aan nader onderzoekDat is het gevoel van de WD-fractieMisschien dat u een ander gevoel heeft, dat is uw goed recht, maar u moet me geen dingen in de mond leggen die ik niet gezegd heb. Ik ben tenminste nog zo eerlijk om te zeggen: ga dat standpunt van mij dan maar eens naast een onafhankelijk onderzoek leggen. U durft dat niet aan en dat vind ik toch zwak. Dan zou ik als ik u was in het vervolg toch maar wat minder stellig spreken over uw conclusies. Ook stelde de heer Van Mourik het goed te vinden dat er nog oppositie is. Welnu dat is natuurlijk goed, maar ik heb mij dikwijls afgevraagd of er nog wel zelfstandig handelende coalitiepartijen zijn. Dat heb ik mij afgevraagd ziende het Blad 47 Verslag van de raadsvergadering van 2 9 november 2001 stemgedrag bij OZB I, bij OZB II en ik maak mij sterk dat ik straks weer die conclusie moet trekken. Mevrouw Uiterwijk Winkel stelt, bij OZB I hebben de oppositie partijen gezegd dat niet het hele college verantwoordelijkheid draagt. Wij hebben toen gezegd dat zo te ervaren, maar dat wanneer het college zich als geheel verantwoordelijk acht, wij geen bezwaar tegen een dergelijke conclusies maken. De heer Jacobse en de heer Boorsma zijn daar ook al op in gegaan. Dan zegt de heer Sluiter net tot de heer Hoogveen: 'u kijkt er van buiten tegenaan'Welnu, wij als Christenunie kijken er ook van buiten tegenaan. Maar mijn ervaring in de afgelopen raads periode is wel dat de collegepartijen er ook zeker wel voor zorgen dat er van buiten tegen aankijken ook echt zover moge lijk van buiten is. En dat is hier de bestuurscultuur. Dank u wel. Mevrouw Dolstra: Als hekkensluiter heb ik er maar weinig aan toe te voegen. Ik kom eerst even op Werkwijzer. Mevrouw Hafkamp zei: vhet bestuur werd niet ingelicht door de manager'Neemt niet weg dat de verantwoordelijkheden wel bij het bestuur lagen en dat typeert dus het besturen van Werkwijzer op dat moment. Ik vind het niet een afdoende antwoord om dan te zeggen: dat lag hem weer aan de managers. Zo ligt het hier altijd aan een ander blij kbaar (De heer Roekiman: Volgens mij hebben wij het vanavond over het belastingplan of ieder geval beleid, maar niet over Werkwij zer. Nee, maar we hebben het hier ook nog over de vrijheid van meningsuiting en andere dingen die erbij waren. Want ik heb het al eerder gezegd, men stuurt het maar steeds aan dat de proble men zijn ontstaan bij de belastingen, maar die problemen zijn ontstaan door een rapport wat in eerste instantie geheim werd gehouden en wat mevrouw Van Maaren dolgraag boven tafel wou. Dat was de allereerste oorzaak, dat wij hier met z'n allen staan en dat wij nu maandenlang debatteren en noem maar op. Zo mogen we dus Werkwijzer er ook wel bij nemen, want we hadden het wel over een wethouder, die daar in het bestuur zat en die hier ook flink wat gaten heeft laten vallen. In dat verlengde ligt het. Tot zover eerst dit stukje dus. Wij hebben het hier over het vertrouwen van de wethouder, dat nadat de ene blunder na de andere gepleegd is, zoals ook die vijftigduizend zwijggeld, waar ook helemaal niemand het meer over heft. Het heeft wel met het functioneren te maken, met uitvinden te maken van bepaalde dingen en wat ons betreft eigenlijk te maken met bekonkel. Ik heb het ook gehad over klachten van gewone burgers, waardoor veel Leeuwarders minachting hebben voor de Leeuwarder politiek.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 24