Blad 22 Verslag van de raadsvergadering van 26 juni 2002 zijn er dan ook uitgebreid op ingegaan, die hebben er vra gen over gesteld. Ik zal ze niet herhalen maar, ook wij zijn heel benieuwd naar de antwoorden van het college. Ook grote twijfels die zijn geuit in verband met de concur rentiepositie Al, Heerenveen-Drachten. Ook die twijfels de len wij. Je kan dan heel gemakkelijk de conclusie trekken, "nou, dan doen we niet mee". En misschien wordt dat ook we de uitkomst van deze avond, dat moeten we nog even afwach ten. Maar dan verlies je, mocht de Zuiderzeelijn in eniger loi vorm toch doorgaan, ook alle invloed en dat is ook één van de hoofdlijnen denk ik, tenminste zo heb ik dat geïn terpreteerd, dat het college uiteindelijk kiest voor een bijdrage van 10 miljoen euro plus nog een miljoen, iets in de risicosfeer, en dat dan nu ook aan de gemeenteraad voor stelt Ik zal niet al die twijfels herhalen, heb ik al gezegd. In de fractievergadering die wij 4 dagen geleden hebben gehad, toen was het voorstel trouwens nog 15 miljoen euro inclu sief station Werpsterhoek, hebben wij onder voorwaarde, daar kom ik zo nog even op, afgesproken dat we uiteindelijk wel voor het voorstel zouden stemmen. Er ligt nu een ander voorstel, zonder Werpsterhoek. Wij wachten de discussie verder en de antwoorden van B W ook even af hoe we daar op zullen reageren. U stelt voor in het besluit, uiteindelijk, om een bedrag van 10 miljoen te reserveren in het SIOF-fonds 2005-2010. Ik versta onder reserveren dat je dat vastlegt, dat je dan nagaat of binnen een redelijke termijn aan de voorwaarden, die Leeuwarden gesteld heeft aan dit bedrag, voldaan wordt, dat dat onontkoombaar wordt vastgeld. En dat je dan uitein delijk, als de kosten echt gaan lopen, dat bedrag uit het fonds dan ook reëel betaalt. Van Mourik en mevrouw Haitsma hebben daar ook al naar gevraagd. Maar wat betekent nu dat artikel 13, 'de rijksbijdragen en de regionale bijdrage worden verschuldigd indien en zodra de samenwerkingsover eenkomst in werking is getreden'Maar het artikel daarop, 'dat er bijdrages worden verstrekt in contanten op nog na der tussen de partijen overeengekomen termijnen en tijd stippen' Daar zit op z'n minst een onduidelijkheid in, tenminste van mij wel er is ook al naar gevraagd. Ik ga van het raadsbesluit uit en dat spreekt over reserveren. Mijn fractie vindt dat wij die reservering, gezien ook de groot te van het bedrag en de belangen, en daar zijn anderen ook al op ingegaan, het beslag wat op de investeringsmiddelen ligt, aan een tijdshorizon moeten binden. Vandaar dat ik met de volgende motie kom: "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op woensdag 26 juni 2002; behandelde het agendapunt Zuiderzeelijn; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 juni 2002 (bijlage nr. 120); Blad 23 Verslag van de raadsvergadering van 26 juni 2002 overwegende dat: - het niet wenselijk is zonder tijdslimiet een derge lijk groot bedrag in het SIOF te reserveren; - de nieuwe raad in 2006 vrij moeten kunnen beschikken over die investeringsmiddelen; besluit het bedrag onder punt C in het voorgestelde besluit in het SIOF te reserveren onder voorwaarde dat vóór 1 ju ni 2006, krap vier jaar, onomstotelijk is vastgelegd dat de Zuiderzeelijn onder de door het college van B W in de raadsbrief voorgestelde voorwaarde wordt aan gelegd." De motie is medeondertekend door mijn fractiegenoot Roeki- man Dit is voor ons een belangrijke kwestie, want wij vinden niet dat je met deze hele belangrijke kwestie met deze be dragen tot in lengte van jaren, en dus ook nieuw raden, nieuwe colleges misschien, moet vastleggen op het besluit dat wij vanavond nemen. Dit soort projecten, er is ook al eerder aan gerefereerd, hebben de neiging om qua tijd enorm uit de hand te lopen en ook qua kosten trouwens. Mijn frac tie vindt dat wij binnen 4 jaar duidelijkheid moeten heb ben. Dan kan in 2006 de nieuwe raad besluiten naar de om standigheden die zich dan voordoen of nieuwe ontwikkelin gen, of ze de reservering continueren of dat ze zeggen: we gebruiken het voor een ander belangrijke projecten. Want ook het college geeft in de raadsbrief aan dat dit beslag consequenties heeft voor andere zeer nodige investeringen. Ik vind dus dat wij ook als raad niet over ons graf over 4 jaar moeten willen regeren vandaar deze motie. De heer Dekker: De centrale vraag vanavond is het wel of niet financieel deelnemen aan de ZuiderzeelijnOm daarin een goede beslissing te kunnen nemen moeten we de voor en nadelen tegen elkaar afwegen. Eén van de voordelen is een snellere verbinding tussen Amsterdam en Leeuwarden. Gezien de verwachtte verhoudingen tussen het ticket voor de trein op dit moment en de prijs van een ticket voor een magneet- zweefbaan hebben we het volgens ons toch voornamelijk over een forenzenverbinding en dit is wat de SP-fractie betreft geen noodzaak. We hechten meer waarde aan het Friese imago van rust en ruimte, dan aan een imago van een verstedelijkt sub-randstadgedeelte De snellere verbinding tussen Leeuwarden-Heerenveen is er wat ons betreft niet, gezien het vertrek vanuit een te nog te realiseren station Werpsterhoek, waar men toch eerst heen zal moeten. Er worden nu al vraagtekens gezet bij de bezettingsgraad van de Zuiderzeelijn, dat deze lijn rendabel zal worden of zal zijn is dus helemaal nog niet zeker. Dan vraag ik aan

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2002 | | pagina 12