Blad 54
Verslag van de raadsvergadering van 26 juni 2002
werkelijk zouden vinden.
Dan de heer Stoker met een korte, maar hartverwarmende,
bijdrage. Hij toont zich een voorstander van de Zuiderzee-
lijn en gaat akkoord met het voorstel van het college. Dat
doet ons deugt
De heer Stoelinga, namens Leefbaar Leeuwarden. Hij zegt ie
dereen spreekt alleen maar over de magneetzweefbaan vari
ant Dat klopt ook, want als we het hebben over de financi
ële bijdrage, dan is die ook met name gekoppeld aan die
MZB—variant. Daarnaast in die aanbestedingsprocedure gaat
de HSL-variant ook mee, dat is ook een snelle verbinding.
De variantenkeuze is dus een van die momenten waarop een
beslissing moet worden genomen over een van die varianten
en als dat niet de MZB zal worden maar wellicht de HSL, dan
krijgen we opnieuw een discussie over de eventuele bijdrage
ook voor een HSL-variant, als daar voldoende draagvlak voor
zou bestaan in de regio.
Ook de heer Stoelinga heeft het een en ander gezegd over
het Afsluitdijktraject en zegt zou het toch niet alsnog
goed zijn om dat weer op de agenda te plaatsen. Dat lijkt
ons geen goed idee, gelet op de fase van besluitvorming
waar we nu in zitten en waarbij de Afsluitdijkvariant niet
aan de orde is.
De FNP-fractie gaat in op de kwaliteit van het besluit, wat
ook leidt tot de conclusie dat we dit niet zouden moeten
doen. Wijst ook op de NEI-rapportage en op een heleboel an
dere rapportages, die u ook via het internet heeft achter
haald. Ik heb al iets gezegd over al die rapporten, die
vanavond ook niet allemaal aan de orde zijn en ook de nuan
ceringen die je daarbij kunt maken, maar dat je uiteinde
lijk dus verantwoordelijkheid moet nemen en op basis van
wat er bekend is een besluit moet nemen.
Stukken zijn te laat aangeleverd. Weet ik. Eerder had met
alle respect niet gekund, maar dat het vervelend is dat on
derschrijven wij.
U vindt het niet acceptabel dat zonder raadpleging van de
bevolking nu een besluit wordt genomen. Daar komen we op
terug. Ik heb de uitspraken gedaan over die referenda, zo
als ik ze heb gedaan.
Voorzitter, daar wou ik het in eerste instantie bij laten.
De Voorzitter: Ik wil het volgende voorstellen: de wethou
der zal nog even in overleg gaan met de medewerkers over
dat aspect van die raadpleging c.q. het correctief referen
dum, dan hebben we dat gehad, want dat zult u misschien
willen betrekken in de tweede instantie in uw beantwoor
ding. Als we dat kort kunnen laten plaatsvinden, dan gaan
Blad 55
Verslag van de raadsvergadering van 26 juni 2002
we daarna naar de tweede termijn en dan wil ik u zeer zeer
uitdrukkelijk verzoeken om buitengewoon beknopt te zijn in
uw reactie en als u geen reactie wilt geven, omdat het
standpunt al helder en duidelijk is gemaakt in de eerste
termijn, dan zijn wij u daar dankbaar voor. Want we hebben
na het afronden van dit onderwerp nog een stevig onderwerp.
Dus maak uw borst maar nat.
We schorsen even, u blijft even hier zitten en het overleg
zal plaatsvinden tussen de wethouder en de medewerkers.
(De heer Zwart: Voorzitter, misschien kunnen wij twee vlie
gen in een keer slaan, want wij willen sowieso een schor
sing voorstellen
Ik vind het prima als u twee dingen wilt combineren, want
ik denk dat de beantwoording van de wethouder uitermate
helder en duidelijk is geweest. Zullen wij dan afspreken
dat wij 10 minuten en absoluut niet langer schorsen?
De Voorzitter schorst om 23.00 uur de vergadering.
De Voorzitter heropent om 23.10 uur de vergadering.
Mevrouw Waanders (weth.): De vraag of er een correctief re
ferendum mogelijk is. De informatie, zoals ik die hier van
avond bij elkaar heb gesprokkeld, leidt tot het antwoord
dat dat niet kan. Dat kan niet op basis van de huidige Ge
meentelijke Referendumverordening. Daar zou nog weer een
apart besluit over genomen moeten worden. Maar nog even
over het idee sowieso van een referendum, om ook in een la
ter stadium de bevolking te raadplegen, daarvan heb ik ge
zegd: vanavond nemen wij het besluit of wij wel of niet
deelnemen aan het ZuiderzeelijnprojeetAls wij in een la
ter stadium op basis van een volksraadpleging gaan zeggen:
bij nader inzien, na raadpleging van de bevolking, stel dat
het referendum er toe zou leiden dat er een meerderheid is
die zegt het zou niet moeten en we zouden dat overnemen en
als je dat niet overneemt dan is er naar ons idee sprake
van volksverlakkerij, dus dan zou je het ook moeten overne
men, dan zou je dus op volstrekt oneigenlijke gronden, dat
niets bijvoorbeeld met een programma van eisen te maken
heeft, zeggen: wij haken alsnog af. Dat betekent dus dat je
terugkomt op een eerder genomen besluit en dat betekent dus
ook dat als het gaat om dat financiële risico, dat daaraan
verbonden is, dat het dan heel erg groot is, want je haakt
gewoon af, zonder dat het te maken heeft met een afweging,
die te maken heeft met besluitvorming die op dat moment
moet plaatsvinden bijvoorbeeld over een programma van ei
sen. Je haakt gewoon als partij af.
(De heer Dekker: Volgens mij zijn wij een volksvertegen
woordiging Op het moment dat het volk tegen ons als volks
vertegenwoordiging zeggen: wij willen dit niet, is het vol
gens mij voldoende grond om te zeggen: wij trekken ons te
rug.