Blad 22 Verslag van de raadsvergadering van 26 augustus 2002 Gesteld wordt dat er in de procedure nogal wat valt af te dingen op de vergunningverlening voor de bouw van de huis vesting van 300 studenten in het RengersparkgebiedDan worden een aantal punten genoemd. Ten aanzien van a en b wil ik hier kort opmerken dat, in tegenstelling tot dat wat gesuggereerd wordt, de vergunningaanvraag op de gebruike lijke wijze is gepubliceerd, belanghebbenden de gelegenheid hebben gehad om de ter visie gelegde stukken in te zien volgens de daarvoor geldende regels en daarop hun zienswij ze te bepalen. Juridisch is daarmee door de gemeente juist en volgens de gebruikelijke procedure gehandeld. Mocht daar nog twijfel over hebben bestaan, dan had de rechter een dergelijke twijfel aan de juridische juistheid van een en ander in zijn uitspraak in de zaak rond de voorlopige voor ziening wel tot uitdrukking gebracht. Ten aanzien van de punten c. en d. gaat het om de bedenkin gen die in zijn gebracht door de Vereniging Veilig en leef baar RengersparkgebiedEen brief van de vereniging is ge dateerd 18 juni en op 2 juli binnen gekomen bij JVZ, een verkeerde afdeling dus, snel doorgestuurd naar Bouwen en Wonen en op 4 juli is daar het antwoord opgesteld. (Mevrouw Inberg: Dit hoort bij het technische verhaal. Wij hebben gezegd wij maken onderscheid in twee delen. Daarom staat er ook wij bevelen dit voor agendering aan bij de be antwoording van onze schriftelijke vragen. Ik zou dit nu niet aan de orde willen stellen, daar heeft mevrouw Dikken gelijk in, het gaat om het tweede deel van het debat over hoe heikele kwesties aan te kaarten.) Prima, ik ben er ook zo door, ik wil dit toch eventjes aan stippen, want ondertussen blijft daar de suggestie van on juist juridisch handelen van de gemeente hangen en dat wil ik toch echt wegnemen. In de antwoordbrief die de gemeente heeft opgesteld aan de bedoelde vereniging is het excuus opgenomen dat de klacht niet rechtstreeks is betrokken bij de afweging al dan niet medewerking te verlenen aan het bouwplan. Wel is de ziens wijze bestudeerd en de conclusie is gewettigd vast te stel len dat de zienswijzen van de vereniging overeenkomen met de verder ingebrachte zienswijzen, die wei rechtstreeks in de beoordeling zijn betrokken. De vereniging is daardoor niet in zijn belangen geschaad, gezien de overeenkomst in de zienswijze en de conclusie had ook niet een andere ge weest Gesteld wordt voorts - en nu kom ik hoe langer hoe meer bij het punt waar het in deze discussie over gaat - dat het niet tijdig en volledig informeren van de raad door het college aanleiding was tot het aanvragen van dit debat. Ons inziens is de ware aanleiding tot dit debat een volgen de zin uit het voorliggende stuk: 'In het nieuwe duale stelsel is het zoeken naar een nieuwe rolverdeling tussen college en raad'En in dat zoeken lopen wij klaarblijke lijk tegen misverstanden op en wie zal ons dat in dit sta dium kwalijk nemen. Het is immers niet zo dat het college de raad niet tijdig en niet volledig heeft geïnformeerd. Dat is hier het misverstand. Het nemen van dit besluit, de bouw van studentenhuisvesting aan de Rengerslaan voor de duur van ten hoogste vijf jaar, valt onder de bevoegdheid van het college, volgens artikel 17 van de Wet op de ruim Blad 23 Verslag van de raadsvergadering van 26 augustus 2002 telijke ordening. Een dergelijk besluit staat, evenals alle andere besluiten opgenomen in de besluitenlijst van het college, in dit geval op de lijst van 2 juli 2002. Die be sluitenlijst gaat vervolgens in zijn geheel naar het presi dium en het is dan aan het presidium om verdere bespreking met de raad te regelen. Inmiddels is het besluit wel door het college genomen, dat ligt in de aard van dit soort be sluiten besloten en met een zekere onherroepelijkheid. Het is immers zeer wel denkbaar dat derden rechten en verwach tingen aan het collegebesluit kunnen ontlenen, waardoor zo'n besluit niet meer straffeloos is terug te draaien. Het college is overigens niet gemandateerd om deze besluiten te nemen, maar het is een originele bevoegdheid van het colle ge om dit besluit te nemen. Als de raad het voldoende van belang vindt, kan de raad te allen tijde besluiten om het onderwerp alsnog op de agenda te plaatsen. Mocht de raad besluiten van oordeel te zijn dat het college, ondanks zijn bevoegdheid, een verkeerd besluit heeft genomen, dan hebben de raad en het college een probleem met elkaar. Hiermee zijn alle opmerkingen die er op duiden dat het col lege de raad gehinderd heeft in een tijdige beïnvloeding onterecht. De bevoegdheid van het college volgens artikel 17 van de Wet op de ruimtelijke ordening maakt een proberen van de raad om voorgenomen beleid te wijzigen inderdaad niet mogelijk, althans niet vooraf. Er worden vervolgens nogal wat zaken samengevat en daar moet ik misschien maar een aantal zaken uitlaten, die dan in een latere discussie terug komen. Krtom, er is inderdaad sprake geweest van een snelle start van de bouw en er is geen sprake geweest van late informa tie van de raad. Dan kom ik op het hoofdstuk: het raadslid en de rechtszaal, daar kan ik denk ik ook kort over zijn. Het aanspannen van een zaak tegen de gemeente behoort niet tot het politieke en parlementaire handwerk van een raads lid. Ik ben het met mevrouw Inberg eens dat het als het ge beurt niet bijdraagt tot het aanzien van de politiek. Anders dan zij ben ik niet van mening dat zij er toe ge dwongen werd. Ik heb dat in mijn schets tot wat tot de be voegdheid van het college behoort en wat dan de mogelijkhe den van de raad zijn, denk ik, voldoende duidelijk gemaakt. Dan komen wij op net verzoek om een gentlemans agremer.t Het college wordt verzocht de in te schatten gevoeligheden te bespreken, mevrouw Inberg herhaalde dat in haar toelich ting, in het agendaoverleg van het presidium. Ons inziens is dat de omgekeerde weg, net college moet niet inschatten wat politiek gevoelig ligt, de raad moet dat doen. De raad moet dat doen i.e. het presidium, dat beschikt over de be sluitenlijst. Die besluitenlijst kan intussen beter en dat is misschien een aanzet tot een afspraak die wij hier kun nen maken. Die besluitenlijst kan zo opgezet worden dat het een beter inzicht geeft in wat er precies aan de orde is en waarom het gaat. Vanaf de besluitenlijst kan wellicht door- gelinkt worden naar de achterliggende stukken, die immers ook aan de pers openbaar zijn gemaakt op datzelfde moment en waar uiteraard de raad ook recht op heeft. Dan denk ik

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2002 | | pagina 12