Blad 43 Verslag van de raadsvergadering van 21 juni 2004 Blad 44 Verslag van de raadsvergadering van 21 juni 2004 Volkshuisvestingsbeleid is vooral strategisch beleid. Het gaat om het realiseren van lange termijn doelstellingen, geënt op de Stadsvisie. Wie zijn strategische doelstellin gen steeds verandert, al naar gelang er regen is of zonne schijn, zal zijn strategische doelstellingen nooit berei ken. Daarom is het ook juist dat in dit plan niet op één paard wordt gewed, dat er niet één marktsegment wordt uit gelicht. Wel worden accenten anders gelegd. Terecht. In dit plan zit een aantal concrete lange termijn doelen, zoals het bouwen van levensloopbestendige woningen en le- vensloopbestendige wijken. Er wordt een link gelegd tussen wonen en zorg ook al is de visie hierop niet verder uitge werkt. Niettemin onderschrijven we de hoofdlijnen van het plan. Dit plan is ook de het basisdocument voor gesprekken met de corporaties en andere investeerders voor de verdere uitvoering. Doorstroming is het kernwoord. Het bouwen van woningen in het hoogste marktsegment geeft de langste verhuisketen, zo wees een onderzoek van VROM onlangs uit. Op elke honderd nieuwe luxe koopwoningen kwamen de afgelopen jaren via de verhuisketen 267 woningen uit de bestaande voorraad vrij Op elke 100 nieuwe huurappartementen waren dat slechts 173. Bouwen voor het midden en hogere marktsegment loont dus de moeite. Bouwen in het duurdere segment bevordert de door stroming en pakt ook voor de onderkant van de markt goed uit. Het bouwen voor hogere en midden inkomens roept moge lijk een halt toe aan de uitstroom van deze groepen uit de stad en dat is positief. Het inzetten op deze inkomensgroepen is noodzakelijk. Vraag en aanbod van de twee-onder-een-kappers is bijvoorbeeld volledig uit balans. We kunnen dat in de analyse cijfers zien. Hier wreekt zich het te veel op sociale woningbouw gerichte beleid dat Leeuwarden in het verleden gevoerd heeft. Daarnaast vinden wij het juist dat er meer goedkope re koopwoningen zullen worden gebouwd. Anders ontbreekt er een schakel in de verhuisketen en wordt de doorstroming ge blokkeerd. Het eigen woningbezit vinden wij belangrijk. In Leeuwarden is het percentage eigen woningbezit in pakweg 25 jaar gegroeid van 34% tot pakweg 52%. Dat neemt niet weg dat er nog veel mensen zijn die niet in staat zijn om een woning te kopen. Voor hen dient in voldoende huisvesting te worden voorzien door het aanbieden van kwalitatief goede én betaalbare woningen. Momenteel zijn er in principe voldoen de woningen voor deze doelgroep, zij het dat door trage doorstroming er te weinig woningen vrijkomen. Al te snelle doorstroming is echter ook niet altijd bevorderlijk voor de sociale cohesie en daarmee de leefbaarheid van een wijk. Er zijn een tweetal moties ingediend die eigenlijk over compensatie gaan. Compensatie van sloop en daarmee zou dan de krapte in deze sector moeten worden tegengegaan. Het tegengaan van de krapte in de sociale woningbouw is ook het doel van de CDA-fractie. Maar wij kiezen voor een ander instrument: primair het bevorderen van de doorstroming door nieuwbouw voor midden en hogere inkomens De Leeuwarder woningmarkt, ik citeer dan de directeurbe stuurder van de CHF, die stelt dat er een probleem in Leeu warden is. Dat probleem is niet het aantal sociale wonin gen, het probleem is de doorstroming. Aldus de heer Deinum. Leeuwarden heeft nu een grote aantrekkingskracht op die mensen met een laag inkomen. Daar is niets mis mee. In te genstelling tot Rotterdam zijn ze welkom. Ik herhaal: aan het aantal sociale woningen in Leeuwarden ligt het niet, maar wel aan de doorstroming. De omliggende gemeenten heb ben dit onvoldoende opgepakt. Voorzitter, wie het landelijke volkshuisvestingbeleid een beetje volgt, weet dat er een beroep op de corporaties wordt gedaan om de overmaat aan eigen vermogen in te zetten in de sociale volkshuisvesting of de stedelijke vernieu wing. Kernvraag is natuurlijk of die corporaties ook daar toe bereid zullen zijn. Blijven ze op de centen zitten als een Dagobert Duck of zijn ze daadwerkelijk bereid te inves teren. Wij bespeuren een kantelingproces; de bereidheid om deel te nemen in de 3Plus constructie en de afspraken met NWF inzake de Vrijheidswijk zijn tekenen dat de vlag er an ders bij hangt dan een paar jaar geleden. De minister van VROM heeft aangekondigd in de toekomst de huren vrij te laten in ruil voor investeringen van corpora ties onder het motto: gaat het niet goedschiks dan maar kwaadschiks. Duidelijk is dat dit op termijn ook gevolgen zal hebben voor de Leeuwarder sociale woningmarkt. De im pact daarvan is nog niet te overzien. Maar het belang van een goede onderlinge samenwerking tussen gemeente als re giehouder en corporaties blijft een succesfactor voor de uitvoering van dit plan. Een andere succesfactor is het provinciaal volkshuisvestingsbeleid. Tot nu toe lijkt het positief voor Leeuwarden uit te zullen pakken. De ingezette koers kan woorden doorgezet. Maar we mogen ook vragen aan andere gemeenten om meer te bouwen voor de sociale doel groep. Want dat is teveel blijven liggen en op het bordje van Leeuwarden geschoven. Het amendement van de PAL/GL-fractie om vrij uitvoerige in formatie te verstrekken op het eind van het jaar, wij vra gen ons af of dit wel uitvoerbaar is en wij vragen ons ook Blad 45 Blad 46 Verslag van de raadsvergadering van 21 juni 2004 Verslag van de raadsvergadering van 21 juni 2004 af of de markt wel zo werkt. Ik denk niet dat wij die zul len steunen. Het amendement van de PAL/GL-fractie over dat het aantal sociale woningen in absolute zin zal afnemen, daar heb ik het al over gehad, over de compensatie. Het gaat natuurlijk niet alleen om aantallen, er wordt ook een kwaliteitsslag gemaakt en dat wordt wel eens vergeten. De motie van de LLP-fractie gaat ook over compensatie van netto minimaal 10%. Ik stel mij dan voor hoe dat gaat. Er moeten plannen worden gemaakt, de gemeente als regiehouder moet dat doen, overleg voeren met investeerders. De inves teerders maken plannen. Stel nu dat er plotseling een hause komt aan koopwoningen, dan zit je natuurlijk per definitie met die 8% scheef. Ik vraag mij af of dit wel uitvoerbaar is, los van het feit dat wij daar dus niet voor zijn om heel andere redenen. De onttrekkingverordening vinden wij een stap te terug, meer naar het ouder stelsel. Plannen worden met elkaar ge maakt en daar wordt in dit plan ook op ingezet. Het is niet meer zo als voorheen, dat de gemeente plannen maakt en zegt, zo moet het worden uitgevoerd. Dan gaan wij terug naar Oost-Europese toestanden. (Mevrouw Dolstra (LLP): Bent: u bekend met het feit dat wo ningcorporaties tegenwoordig machtig zijn als er teveel aan huurwoningen komen, om ze dan te verkopen. Dus wat u zegt dat op een gegeven moment, als er een hausse komt op koop woningen, het best mogelijk is dat daar toevallig die huur woningen bij in zitten.) Het is inderdaad juist dat corporaties sociale huurwoningen mogen verkopen, maar dat vind ik juist een element waarin ook het college, in de persoon van de v/ethouder, moet vra gen hoe het in de toekomst gaat en hoe zij met het strate gisch voorraadbeleid omgaan, waar gebouwd wordt en wat er verkocht wordt enzovoort De motie van de FNP-fractie nog even. Ik heb begrepen dat de dorpen een beetje buiten dit plan vielen. Als dat zo is dan hoor ik dat nog graag even van de wethouder. Wij hebben toen ook over deze motie gesproken inderdaad bij het dor penplan. Ik meen dat we daar toen met elkaar niet voor wa ren of is het uitgesteld, ik weet het even niet. Ik wou graag nog duidelijkheid hebben ook van het college op dit punt van wat is nu exact het provinciaal beleid, want voor zo ver ik weet is het nog niet zover dat onze dorpen maar flink kunnen uitbreiden. De heer Zijlstra (PvdA)Er is in de verschillende bijeen komsten en discussies, bij diverse gelegenheden, al veel goeds gezegd over het Woonplan. Wij hebben daarbij ook aan gekondigd dat wij met name de levensbestendige bouw en de woon-service-zones van belang vinden. Wij hebben ook opmer kingen gemaakt over de eindeloze procedures soms. Ik wil daar niet verder allemaal nu nog op ingaan. Ik wil me be perken tot een aantal opmerkingen die in de commissie uit eindelijk naar boven zijn gekomen. Allereerst wil ik nog een keer terugkomen op de second opi nion die gehouden is, waarvan het college ook zegt dat het ondersteunend beleid voor ons is. Ik hoop dat de aanbeve lingen van die second opinion ook nog eens goed worden be keken, want de reactie van het college was aan de andere kant ook wel van: die second opinion is geweest, wij hebben het eigenlijk allemaal al in kaart gebracht en uitgevoerd. Ik zou te zijner tijd nog wel eens willen horen wat precies de effecten daar nu van zijn. Op hoofdlijnen kunnen wij met het woonplan instemmen. Wij onderschrijven de extra inspanning voor het middeldure seg ment voor de broodnodige doorstroming. Een goed beleid, waar wij ook zeker achter staan. Maar bij het op gang krij gen van die doorstroom spelen ook een aantal factoren, die wij minder makkelijk kunnen beïnvloeden. Het gaat niet al leen om voldoende aanbod. Ook in het lage segment zal in de toekomst steeds weer aanbod moeten zijn. Als aandachtspunt voor dat middensegment vragen wij dan nog wel dat er in alle bandbreedtes wordt gebouwd - want er zit een aardige bandbreedte in, van 160.000 naar 230.000 - en dat men zich niet alleen concentreert op het bedrag van 230000 In de commissie ontstond een verwarring door de bijzondere vaardigheid die de heer Van der Wal heeft met hoofdrekenen, waarbij de wethouder geprobeerd heeft in zijn antwoord dat te verduidelijken. Alleen werd het toen niet zo duidelijk. Dat gaf wel een beetje aan dat de cijfers en de streefge tallen, die we hebben, niet echt resultaatgericht zijn. De motie die de PAL/GL-fractie daarover heeft ingediend reikt toch ook wel wat ver. Ik ben dan ook benieuwd wat de wet houder nog kan doen om over één a twee jaar resultaatge richt aan te kunnen geven wat de bouw is geweest en in wat voor segmenten dat is gedaan. De uiteindelijke afname in de sociale huursegmenten op dit moment staat onder druk. We moeten natuurlijk bouwen voor de toekomst. We moeten ook inzetten op alle niveaus. Al leen, we kunnen ook niet ontkennen dat er op dit moment een druk zit juist in dat lagere huursegment. Wij zijn dan nu ook nog niet bereid om te accepteren dat dit plan van 2005 - 2007 zal leiden tot een vermindering zelfs. Dat kunnen we op dit moment niet aanvaarden. We hebben daarom mede de mo tie van de PAL/GL-fractie ondersteund.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2004 | | pagina 12