Blad 30 Verslag van de raadsvergadering van 28 februari 2004 De Voorzitter: Op verzoek van mevrouw De Vries wordt de vergadering voor een paar minuten geschorst. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over het amende ment van de heer Stoker inzake de uitzonderingspositie voor alleen de stadswachten. Het amendement van de heer Stoker namens de CU-fractie, meeondertekend door de heer Posthumus namens de FNP-fractie wordt verworpen met 7 tegen 28 stemmen. Voor stemden de le den van de fracties van de CU, FNP, SP en D66. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over het voorstel van het college over het beleid stadswachten 2005. De heer Elzinga (D66): De evaluatie blijkt niet zo gek veel om het lijf te hebben. We hadden gehoopt dat een echte eva luatie ook consequenties kan hebben. Om die reden zullen wij tegen stemmen. De heer Stoker (CU)Ik stem niet in met lid 1 van het be sluit, dus kan ik ook niet instemmen met het voorstel. Mevrouw De Vries (VVD): Wij kunnen op zich inhoudelijk het voorstel wel steunen, alleen gelet op de financiële para graaf zullen wij dat uiteindelijk niet doen. De hear Posthumus (FNP): Om deselde reden as de VVD-fraksje sille wy net ynstimme. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van het college, met de aantekening dat de le den van de fracties van FNP, VVD, D66 en CU geacht willen worden te hebben tegengestemd. De Voorzitter: Schorst de vergadering om 21.15 uur. De Voorzitter: Heropent de vergadering om 21.40 uur. Punt 15 Financiële haalbaarheid van een revolving fund voor de mo- numen ten z o rg De heer Zwart (PvdA): Mevrouw De Vries en ik zijn bijzonder verheugd dat na onze boeiende discussie in november tijdens de begrotingsbehandeling het college ons voorstel nu zo liefdevol heeft omarmd. Vanavond in de persoon van de heer Krol. Dat doet ons deugd. Ik zal vanavond mijn verhaal tot Blad 31 Verslag van de raadsvergadering van 28 februari 2004 een drietal punten beperken. Alvorens ik dat doe overigens, wil ik nog even ingaan op de door het college geformuleerde voordelen van dit voorstel aangaande het revolving fund. Het college wijst met name op het voordeel van het zichzelf voedende karakter van het fonds. Ik wil daar toch graag ook een aantal inhoudelijke voordelen aan toevoegen. Door dit besluit wordt voorkomen dat onze gemeentelijke in zet voor de monumenten wordt gehalveerd ten opzichte van de ISV-1 periode. Ik acht dat toch een groot voordeel. Ook dat het open karakter van het fonds in de toekomst het mogelijk maakt om de inzet van het fonds nog te vergroten als daar toe de mogelijkheden aanwezig zijn. Wij hopen allemaal op een hele goede fondsenwerving op dat punt. Verder brengt de keuze voor een revolving fund in principe met zich mee dat wij op dit moment voor een structurele voorziening gekozen hebben en dus niet meer periodiek een oplossing in de begroting hoeven te zoeken voor de aanpak van deze monumenten. Ik acht dat ook een winstpunt. Het college geeft in de raadsbrief aan dat na twee jaar, en ik neem aan dat bedoeld is twee jaar na de effectuering van het fonds, een evaluatie moet plaatsvinden. Dit punt is niet in het concept raadsbesluit opgenomen. Wij onder schrijven dit voornemen tot de evaluatie echter van harte. Dan nu de financiering. Het college heeft destijds, ook al bij de begrotingsbehandeling, aangegeven moeite te hebben met de door ons voorgestelde financiering uit ISV-2. Het kwam er op neer dat wij dan gebruik willen maken van onder andere het ontwikkelingsdeel dat daarin opgenomen is en dat beperkt de armslag van het college en ons allen voor wat betreft de inzet van die ISV-2. De bezwaren van het college begrijpen wijWij hebben dan ook geen bezwaar tegen het voorstel van het college, waarbij de ontbrekende zes ton alsnog uit de ISV-1 middelen worden gehaald. Verrassend overigens, want wij waren er niet van op de hoogte dat er zes ton over was gebleven op de ISV-1. Hadden wij dat gewe ten, hadden wij destijds dat ook als onderdeel van de dek king van onze motie gebruikt, maar een plezierige veras sing, dus vooruit. Risico op terugvordering, zoals het college heeft aangege ven, zien wij overigens als een vrij theoretisch risico. Minister Dekker van VROM is op dit moment zelf op nationaal bezig om met een revolving fund constructie te gaan opere ren en wij denken dat dat probleem opgelost gaat worden. Dan nog op de opzegtermijn voor het stimuleringsfonds Ne derlandse gemeenten. De voorziene dekking daarin van negen ton is gebruikt voor de bekostiging van het revolving fund. Een opzegtermijn van één jaar. Dat is vervelend. We hadden graag gezien dat daar geen sprake van was, maar dat klopt allemaal en daar zullen we rekening mee moeten houden. Na vraag bij de dienst heeft mij echter geleerd dat overwogen

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2005 | | pagina 16