«II 4
artikel 9 Indiening aanvraag
Artikel 4:1 Awb bepaalt dat subsidie wordt aangevraagd bij
het bestuursorgaan dat bevoegd is op de aanvraag te beslis
sen.
Lid 1 bepaalt dat de subsidie wordt aangevraagd bij het
college van burgemeester en wethouders. Om de procedure te
vergemakkelijken, zijn door het college vastgestelde aan
vraagformulieren te verkrijgen. Het geeft aan welke gege
vens bij de aanvraag moeten worden meegestuurd, zoals be
stek en tekeningen van het restauratieplan, een gespecifi
ceerde opgave van de geraamde kosten, een opgave van even
tuele andere bijdragen en de te realiseren cofinanciering I*
etc (lid 2)Beoordeling van de aanvraag geschiedt op basis
van de in het jaar van verlening van subsidie geldende
voorwaarden en uitgangspunten.
Bij te late indiening of onvoldoende en onvolledige gege
vens wordt het plan in principe niet in behandeling genomen
op grond van artikel 4:5 van de Awb (ontvankelijkheid)
Artikel 10 Volgorde behandeling aanvragen
In afwijking van de Subsidieverordening Stedelijke vernieu
wing 2003 is een bepaling opgenomen over de volgorde van
behandeling van aanvragen.
In beginsel worden aanvragen in volgorde van binnenkomst
behandeld
Als door het honoreren van een aanvraag het subsidieplafond
voor het lopende jaar zou worden overschreden, wordt de
aanvraag aangehouden tot het volgende jaar.
In artikel 11, vijfde lid (verlening) staat nog een bijzon
dere aanhoudingsbevoegdheid. Als van deze bevoegdheid ge
bruik wordt gemaakt dan bepaalt dit artikel dat de datum
van het vervallen van de aanhouding geldt als de datum
waarop de aanvraag is ingediend.
Artikel 11 Verlening restauratiehypotheek
De inhoud van dit artikel spreekt voor zich. Er wordt hier
nog eens op gewezen dat het hier de publiekrechtelijke ver
lening van de restauratiehypotheek betreft. Na de publiek
rechtelijke beschikking volgt nog de privaatrechtelijke
rechtshandeling met de geldgever (het Nationaal Restauratie
Fonds
Met lid 5 wordt tegemoetgekomen aan de wens in de praktijk
om de subsidieaanvraag niet af te handelen voordat de beno
digde vergunningen zijn verleend. Het lid is facultatief
geformuleerd omdat er subsidieaanvragen denkbaar zijn waar
bij de subsidieverlening juist aan de verlening van andere
vergunningen zal vooraf gaan, bijv. bij het maken van nieu
we woonruimte in bestaande panden (subsidieverordening ste
delijke vernieuwing 2003 paragraaf 3.2). Bij de ontvangst
6
4
bevestiging kan worden aangegeven dat de aanvraag wordt
aangehouden totdat de benodigde vergunningen zijn verleend.
Artikel 12 weigeringsgronden
In de Awb wordt in artikel 4:25 bepaald dat het subsidie
plafond niet mag worden overschreden. Overschrijding van
het subsidieplafond is grond voor weigering van de subsi
die. Daarnaast bevat artikel 4:35 de mogelijkheid subsidie
te weigeren als er objectiveerbare gronden zijn om aan de
betrouwbaarheid van de subsidieaanvraag te twijfelen. Deze
weigeringsgronden gelden ook voor deze verordeningDaar
naast geeft dit artikel enkele weigeringsgronden, die spe
cifiek zijn voor deze verordening. De aanvraag wordt gewei
gerd als niet is aangetoond dat het werk waarvoor subsidie
gevraagd wordt nodig en doelmatig is. Ook het beginnen van
de werkzaamheden zonder toestemming van het college is
grond voor weigering. Deze laatste bepaling is van belang
omdat de uitgangssituatie van essentieel belang is voor de
bepaling van de omvang en de noodzaak van de uit te voeren
werkzaamheden. Tenslotte dient een aanvraag te worden afge
wezen als zij strijdt met deze verordening.
Een extra weigeringsgrond, specifiek voor de subsidiering
via een hypotheek, is het onvermogen van de aanvrager om de
lasten van de hypotheek te dragen.
Artikel 13 Verplichtingen
Naast verplichtingen die zijn opgesomd in artikel 4:37 Awb
kan het college in beginsel ook andere eisen, voorwaarden
en beperkingen stellen aan zaken als de vorm, de inhoud en
de omvang van een project om zo hun beleidsdoelstellingen
te kunnen bereiken.
Artikel 14 De gereedmelding
Lid 1 van dit artikel bepaalt dat zodra een project defini
tief voltooid is, de gereedmelding door de subsidieaanvra
ger binnen 1 jaar dient plaats te vinden. De procedure is
analoog aan de aanvraagprocedure. De termijnstelling is
gewenst om de voortgang van de activiteiten te garanderen
en om te voorkomen dat onnodig lang een verplichting tot
betaling van subsidie blijft bestaan.
Lid 4 eist een verklaring dat het doel waarvoor de subsidie
is verleend is gerealiseerd overeenkomstig de opgelegde
voorwaarden en verplichtingen. De gemeente controleert dus
achteraf of aan de voorwaarden bij het verlenen van de sub
sidie is voldaan. Om te voorkomen dat iedere voorwaarde
daadwerkelijk moet worden gecontroleerd, is er voor gekozen
om een verklaring te vragen. Indien later blijkt dat bij de
uitvoering van de werkzaamheden is afgeweken van de eerder
genoemde doelstelling, voorwaarden of verplichtingen kan de
7