Blad 2
kosten voor sociale voorzieningen de laatste jaren constant
zijn gebleven.
In uw brief stelt u tevens de vraag in hoeverre het in het
rapport geschetste beeld naar onze mening in de toekomst
zou kunnen worden bijgesteld. Hoewel uitputtende
beantwoording van deze vraag in principe vraagt om een
dieper gaande beleidsinhoudelijke analyse zien wij voor de
toekomst goede mogelijkheden om de in het rapport
geschetste vicieuze cirkel te doorbreken. We denken hierbij
primair aan de effecten van het reeds ingezette
woningmarktbeleid gericht op het vergroten van de
woningvoorraad met voldoende aanbod in het hogere segment
De groei in de belastingcapaciteit die hierdoor optreedt
biedt in beginsel de beleidsoptie om tot een neerwaartse
bijstelling van de OZB-tarieven over te gaan zonder dat dit
leidt tot een derving van inkomsten. Daarnaast is het
beleid erop gericht om binnen de lopende en toekomstige
grondexploitaties de potentiële verdiencapaciteit optimaal
te benutten. Ook dit zal mogelijkerwijs ruimte kunnen geven
om tot een heroverweging van het belastingbeleid over te
gaan.
De exacte keuzes op dit terrein en de daarbij in de
beschouwing te betrekken overwegingen vragen evenwel om een
diepergaand beleidsinhoudelijk debat. Eventueel zijn wij
dan ook graag bereid om op een nader tij stip met de raad
verder van gedachten te wisselen omtrent de beleidsmatige
mogelijkheden om, indien gewenst, het uit het onderzoek
voortvloeiende beeld bij te stellen.
Voor wat betreft de hoogte van het negatieve saldo op
hoofdfunctie 7 (milieu) wijzen wij er tenslotte nog op, om
misverstanden te voorkomen, dat het gepresenteerde
overzicht in het rapport op dit punt een enigszins
vertekend beeld geeft aangezien de rioolrechten in de
Leeuwarder situatie zijn geïntegreerd in de OZB-heffing en
derhalve niet verantwoord worden onder hoofdfunctie 7.
Wanneer de lasten op hoofdfunctie 7 worden gecorrigeerd met
de baten uit rioolrechten kan echter worden geconcludeerd
dat het saldo van Milieu op een vergelijkbaar niveau ligt
met de twee andere gemeenten.
Wij hopen met het bovenstaande een voldoende eerste reactie
op het OZB-rapport gegeven te hebben.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
Blad 3
Mr. Dr. G. D. Dales, burgemeester,
DrsC.H.J. Brugman, secretaris.