De hoofdfunctie 6
Geconstateerd wordt, dat in de septembercirculaire 2003 het bedrag dat in
het gemeentefonds voor bijzondere bijstand is uitgetrokken voor het jaar
2004 met in totaal 150 min. euro is gekort (zie septembercirculaire, pag.
14). Dit kwam in Leeuwarden neer op een ombuiging van 1,1 miljoen euro.
Er heeft echter geen bezuiniging op de minimabudgetten plaatsgevonden,
maar op andere beleidsterreinen buiten hoofdfunctie 6. Er heeft derhalve
een verschuiving plaatsgevonden van gemeentelijke middelen ten gunste
van hoofdfunctie 6 om de rijksbezuinigingen op te kunnen vangen, zo wordt
gesteld door de ambtelijke organisatie. De interne begroting 2005 van het
beleidsprogramma Werk en Inkomen, Expeditie Werk, laat het volgende
beeld zien:
Inkomsten
l-deel
55.201
W-deel
20.700
Uitkering gemeentefonds min.
2.807
Incidenteel 1 min. motie
311
Overschot l-deel 2004
517
Restant Fonds W&l
483
Totaal inkomsten
80.019
Uitgaven
Werkdeel
20.100
Bijstandskosten
54.243
Bijzondere bijstand
1.524
Toename klantenaantallen
121
Langdurigheidstoeslag
560
Ziekten kosten
445
Schuldhulpverlening
454
Kwijtschelding
387
Declaratieregeling
187
Uitvoeringskosten case man.
227
Uitvoeringskosten LDT
171
Saldo W-deel
600
WWB reserve
1.000
Totaal uitgaven
80.019
OZB in Leeuwarden, raadsonderzoek Lokale lasten
30
(Bron: interne uitdraai, Werk en Inkomen, gemeente Leeuwarden)
De bovenstaande opstelling geeft feitelijk een geflatteerd beeld. Op de
eerste plaats is de uitkering uit het gemeentefonds een algemene uitkering
en niet zonder meer toe te rekenen aan deze functie. Hoewel het uiteraard
zo is, dat in de totale uitkering uit het gemeentefonds een bedrag is
opgenomen dat dient ter compensatie voor deze functie, is het de vrijheid
van de gemeente zelf die bepaalt of dit bedrag daadwerkelijk wordt
uitgegeven aan deze functie. Op de tweede plaats laat de bovenstaande
opstelling de personele lasten niet zien. Uitgaande van ongeveer 12,5 min.
euro aan personele lasten, maken deze twee factoren dat zo n 15,3 min.
euro uit de algemene middelen moet worden vrijgemaakt om de functie
werk en inkomen te kunnen bekostigen (12,5 2,8 15,3 min.). Ultimo
2004 telt Leeuwarden 6.827 niet werkenden werkzoekenden, 16% van de
beroepsbevolking (Jaarstukken 2004, bijlage I). Het aantal periodieke
bijstandsgerechtigden bedraagt ultimo 2004 4.327, terwijl het aantal
personen dat een beroep doet op de WAO, WAZ, WAJONG, etc. 6.025
bedraagt rond die tijd (Jaarstukken 2004, pag. 237). Het totaal aantal
uitkeringsgerechtigden komt dan op 10.352. In Alkmaar was het aantal
bijstandsgerechtigden veel lager: 2.579, maar bedraagt het totaal aantal
uitkeringsgerechtigden 10.312. In Deventer bedroeg het aantal
bijstandsgerechtigden nog lager: 2.030 en was het totaal aantal
uitkeringsgerechtigden 8.836 (Jaarrekeningen 2004, Deventer, Alkmaar).
Gezien het feit dat Leeuwarden en Alkmaar een bijna gelijk aantal
uitkeringsgerechtigden kennen, kan dus geconstateerd worden dat de extra
uitgaven die Leeuwarden pleegt niet direct gerelateerd zijn aan het aantal
uitkeringsgerechtigden.
Naast inkomensoverdrachten heeft Leeuwarden een goed ontwikkelde
welzijnsfunctie. Het gaat hier om zorg en opvang. Deze functie is gericht op
het bieden van basisvoorzieningen en het bestrijden van achterstanden.
Gelden in dit kader worden veelal in de vorm van een subsidie verstrekt aan
bijvoorbeeld de Stichting Hulp en Welzijn Leeuwarden. Op jaarbasis gaat
ongeveer 17,5 min. euro om aan subsidiegeld binnen deze functie (los van
sportvoorzieningen, speelplekken, etc.). Aan de andere kant komt 4,3 min.
aan baten binnen op deze functie. Gesaldeerd wordt op deze functie 13,4
min. uitgegeven aan welzijnsactiviteiten, los van sport en spel. Zie voor een
totaaloverzicht van deze functies bijlage II.
De vraag rijst dan binnen welk onderdeel van hoofdfunctie 6 de additionele
uitgaven worden gemaakt. De volgende tabel kan in dit verband
gegenereerd worden:
OZB in Leeuwarden, raadsonderzoek Lokale lasten
31