Blad 10 Verslag van de raadsvergadering van 18 december 2006 De heer Stoker (CU) kan zich vinden in de samenwerkings overeenkomst. Hij geeft aan dat het marktconform werken wel belangrijk is. De heer Zijlstra (PvdA) geeft aan dat verschillende eigena ren verantwoordelijkheden krijgen. Hij hoopt dat dit zorg vuldig wordt ingevuld. De heer Drewel (CDA) zegt dat de grondexploitatie leidend is, de exploitatie duurt negen jaar, wat gebeurt er als dit verandert? Is dan het bestemmingsplan leidend? De hear Posthumus (FNP) jout oan dat 5 desimber 2003 al in definityf beslüt naam is, no is pas de ütfiering. Hij fre- get wat de risiko's binne, hoe't de weromkeppeling is nei de ried, of it foldocht oan de kritearia dy't fêststeld binne troch de kommisje De Haan en oer de kommersjele akti- viteiten (winkels) op de Kenniscampus. De heer Van der Wal (PAL/GL) geeft aan dat helemaal risico loos zo'n project natuurlijk nooit is en wil dat de raad goed op de hoogte wordt gehouden. Wethouder Krol geeft toe dat het lang geduurd heeft en er snel aan de gang moet worden gegaan. Hij zegt dat de risi co's niet groot zijn, de kaders zijn door de raad vastge steld en er zal worden gerapporteerd via de majeure projec ten. Hij zegt toe dat de raad op de hoogte zal worden ge houden van de voortgang. Met de commerciële detailhandel wordt bedoeld bedrijfjes die op de kenniscampus zullen moe ten komen. Het bestemmingsplan wordt gerealiseerd aan de hand van het masterplan, zoals dit is vastgesteld. De ge meente is verantwoordelijk voor de openbare ruimte. De hogescholen hebben toegezegd te zullen toezien op het ordentelijk houden van de woonvoorziening. Het parkeren zal conform de wens van de raad zijn en dus zo weinig mogelijk auto's in het zicht. In de grondexploitatie kan het gat van 6 ton binnen de grondexploitatie worden opgevangen. Er wordt gewerkt aan een nadere uitwerking van de bestuur lijke samenwerkingsovereenkomst, die is technisch losgekop peld van de grondexploitatie en een zelfstandig stuk gewor den. Toezeggingen Wethouder Krol zegt toe dat de raad op de hoogte zal worden gehouden van de voortgang van de kenniscampus. 15. Herziening Gemeentelijk Windmolenbeleid De heer Feitsma (PvdA) geeft aan dat met dit voorstel al leen wordt besloten over het beleid en niet over de plaat sing van windmolens. Het college heeft blijk gegeven van een goede afweging tussen de belangen van duurzame energie Blad 11 Verslag van de raadsvergadering van 18 december 2006 enerzijds en de belangen van bewoners anderzijds, er is een ruime afstand gecreëerd ten opzichte van de bewoning. Mevrouw Den Hollander (CDA) zegt dat het hier gaat om een afweging van sterk tegengestelde belangen, enerzijds de wens van ondernemers voor plaatsing van windmolens en an derzijds de bewoners die bang zijn voor overlast. Het voor stel van het college voorziet in een aanzienlijke beperking van het aantal windmolens, maximaal 5 in het meest zuide lijk gebied van de Hemrik. Uit aanvullende informatie van het college blijkt dat de geluidsbelasting voor de woonwijk onder de norm blijft. De CDA-fractie kan instemmen met het voorstel Mevrouw Buma geeft aan dat de SP-fractie duurzaamheid hoog in het vaandel heeft staan. Friesland biedt goede mogelijk heid voor het plaatsen van windmolens en de Hemrik is een goede locatie. Zij is voorstander van een grotere diameter van de rotors en heeft hiertoe een motie van de FNP-fractie meeondertekend. Zij dient een motie in inzake de afstand tot een woonwijk. Amendement SP De gemeenteraad van Leeuwarden, in vergadering bijeen op 18 december 2 006, overwegende dat Windenergie een duurzame energiebron is; De gemeente veel waarde hecht aan duurzaamheid; Het geluid van windmolens door een wijziging in de wet geluidhinder niet meer van invloed is op de ge luidszone en daardoor meer kansen biedt voor de plaatsing van windmolens en het jammer is deze kans weer teniet te doen door het hanteren van ruimere af standsnormen (dan wettelijk noodzakelijk) Het stimuleren van windenergie ook economische kansen biedt; Bewoners geen hinder mogen ondervinden van de windmo lens Besluit Dat de minimale afstand van een windmolen tot een woonwijk 50 0 meter moet bedragen. De heer Stoker (CU) zegt dat er meer mogelijkheden zijn dan windmolens voor het opwekken van duurzame energie, zoals water, zonne-energie e.d. Hij wil luisteren naar de gelui den van de bewoners van Camminghaburendie last hebben van deze windmolens en geen oogkleppen opzetten. Wij moeten creatiever zijn met het ontwikkelen van duurzame energie. Hij is niet tegen windmolen, maar wel op deze plaats en gaat daarom niet akkoord met het voorstel De heer Stoelinga geeft aan dat de NLP-fractie tegen het plaatsen van windmolens in de stad is. Als het al nodig is windmolens te plaatsen, dan moeten ze in buitengebied wor-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2006 | | pagina 6